Het neerhalen van twee Russische militaire vliegtuigen is voor Oekraïne net zo groot als het zinken van de Moskva

Twee militaire vliegtuigen binnen één uur: de Russische luchtmacht werd zondagavond boven de Zee van Azov een slag van jewelste toegebracht. In Oekraïne werden de verliezen maandag zelfs vergeleken met het zinken van de kruiser Moskva, het vlaggenschip van de Russische Zwarte Zeevloot, in april 2022.

De twee getroffen Russische vliegtuigen vullen elkaar aan: het ging om een radartoestel dat het luchtruim afspeurt, en een commandotoestel dat fungeert als militaire verkeersleiding en gevechtsvliegtuigen begeleidt die de gedetecteerde doelen moeten uitschakelen. De commandant van de Oekraïense strijdkrachten, generaal Valeri Zaloezjny, bevestigde maandag dat de Russische toestellen zijn „vernietigd”. Zaloezjny gaf geen details over de aard van de Oekraïense aanval.

Ook in internationale militaire luchtvaartkringen werd melding gemaakt van de kostbare Russische verliezen ten oosten van de Krim: het ging om een Beriev A-50, de (minder geavanceerde) Russische tegenhanger van het Amerikaanse AWACS-radarvliegtuig, en een Il-22M, een militair commandocentrum in de lucht. De Russische luchtmacht beschikt maar over weinig van deze specialistische toestellen, maar ze spelen een cruciale coördinerende rol in de oorlog in Oekraïne, niet alleen in de lucht, maar ook op de grond en in de wateren rond de bezette Krim.

De Russische vliegtuigen werden zondagavond rond negen uur beschoten door „Oekraïense eenheden”, zo meldde Joeri Mysiagin, vice-voorzitter van de Oekraïense parlementscommissie voor nationale veiligheid, op Telegram. Kort daarna bevestigden „bronnen bij de strijdkrachten” tegenover het Oekraïense radiostation RBC dat de A-50 was neergehaald boven de Zee van Azov, kort nadat het toestel was opgestegen bij Kyrylivka, ten zuiden van de bezette stad Melitopol. Het toestel verdween van de radar. De IL-22M zou beschadigd zijn geraakt door een beschieting en maakte een noodlanding bij Anapa, even ten noorden van de Russische stad Novorossiesk.

Opmerkelijk succes

Het uitschakelen van de twee vliegtuigen is een opmerkelijk nieuw succes voor de Oekraïense luchtmacht, die in de meeste opzichten inferieur is aan de Russische; Oekraïne beschikt over minder gevechtsvliegtuigen dan Rusland, en wat het heeft is van mindere kwaliteit. Niet voor niets wordt al maanden reikhalzend uitgekeken naar de komst van enkele tientallen Nederlandse en Deense F-16’s. Door de geavanceerde Russische luchtafweer zijn de Oekraïense gevechtsvliegtuigen nu gedwongen op grote afstand te blijven van de door Moskou gecontroleerde gebieden.


Lees ook
Oekraïne smacht naar Patriots, nu de meeste Russische raketten door de luchtafweer breken

Inwoners van de Oekraïense stad Zmiiv, in de regio Charkiv, zoeken steun bij elkaar na een Russische luchtaanval met raketten, maandag.

Maar net zoals de nauwelijks bestaande Oekraïense marine een tamelijk succesvolle campagne weet te voeren tegen de Russische Zwart Zeevloot, slaagt de Oekraïense luchtmacht er steeds meer in de Russische luchtvloot pijn te doen. Afgelopen december schoten de Oekraïners binnen enkele dagen maar liefst vier Russische gevechtsvliegtuigen van het type Su-34 uit de lucht, naar wordt aangenomen onder meer door de inzet van Patriot-raketten in het zuiden van het land. De zondag neergehaalde toestellen vlogen bovendien boven de Zee van Azov, die van alle kanten wordt beheerst door Rusland.

Patriot-raketten

Net als bij die operaties boven het bezette zuiden van Oekraïne werd maandag opnieuw volop gespeculeerd over de vraag hoe de Oekraïense luchtmacht erin slaagde dergelijke waardevolle doelen te raken op relatief grote afstand. De beste luchtafweer waarover Oekraïne beschikt is de Patriot-raket, maar die heeft een gelimiteerd bereik van een kleine 150 kilometer. Het is zeer de vraag of de Oekraïense strijdkrachten een Patriot-batterij op zo’n korte afstand van het front zouden inzetten; de raketten zijn hard nodig om de bevolking van Kyiv en andere steden te beschermen tegen de veelvuldige Russische aanvallen met hypersonische raketten. Oekraïne meldde vorige week al dat het een tekort had aan Patriots.

In een rapport over de Russische oorlog in Oekraïne schreef de Britse denktank Royal United Services Institute (RUSI) in 2022 dat de Oekraïense strijdkrachten het „tamelijk eenvoudig” vonden om de Russische A-50 door middel van elektronische oorlogvoering te „verzwakken”. Maar het lijkt onwaarschijnlijk dat een elektronische aanval zondagavond de oorzaak was van het neerstorten van de A-50.

Volgens de militaire specialisten van The War Zone is het uitschakelen van de toestellen een „grote klap” voor de Russen, „omdat van elk toestel maar een handvol bestaan”. Daarnaast wijst het medium erop dat het de Russen nu duidelijk is dat op zulke afstanden van de Oekraïense frontlinies vliegen zeer gevaarlijk is, waardoor de Russische toestellen „feitelijk terug worden gedrongen”. In december gebeurde dat dus ook al met de Russische Su-34 gevechtsvliegtuigen. Als Moskou zijn radar- en commandovliegtuigen op grotere afstand van Oekraïne moet laten opereren, zal dat directe gevolgen hebben voor het Russische ‘zicht’ op de frontlinies.

Vijftien bemanningsleden

De Beriev A-50, net als zijn Amerikaanse tegenhanger AWACS voorzien van het kenmerkende radarsysteem bovenop het toestel, werd in het midden van de jaren tachtig geïntroduceerd in de Sovjet-Unie. Het viermotorige toestel, bediend door vijftien bemanningsleden, kan met zijn radarsysteem niet alleen doelen detecteren diep in het Oekraïense luchtruim, maar ook ver voorbij de frontlinies op de grond: voor luchtdoelen zou het gaan om afstanden tot 650 kilometer, voor gronddoelen tot 300 kilometer – afhankelijk van de hoogte waarop het toestel zelf vliegt. Daarbij kan de A-50 vanuit de lucht tien gevechtsvliegtuigen begeleiden bij hun luchtaanvallen op Oekraïense doelen. Rusland zou slechts negen of tien van deze radarvliegtuigen operationeel hebben, schatte The War Zone een jaar geleden. In februari werd op het vliegveld Matsjoelisjtsy, bij Minsk in Wit-Rusland, een A-50 beschadigd bij een droneaanslag, opgeëist door Wit-Russische verzetsstrijders.

Van de Il-22M heeft de Russische luchtmacht volgens militaire analisten meer exemplaren operationeel, maar niet veel. Het Britse ministerie van Defensie meldde afgelopen zomer dat de vloot uit zo’n twaalf toestellen bestond. Ze spelen volgens Londen een „zeer belangrijke rol in het dirigeren van de Russische troepen in hun oorlog tegen Oekraïne”. In juni werd een Il-22M uit de lucht geschoten door de Wagner-troepen van Jevgeni Prigozjin, toen hij met zijn huurlingenleger optrok in de richting van Moskou.