De Indiase regio Odisha is gastheer van het WK hockey. Waarom is de sport daar zo groot?

WK hockey Voor de tweede keer is het WK hockey in Odisha. De deelstaat positioneert zich als de bakermat van het Indiase hockey. De rest van het land moet wel nog aansluiten, en dat leidt soms tot discussie.

Fans van India waren massaal aanwezig tijdens poulewedstrijden tegen Spanje (2-0 winst India) en Engeland (0-0).
Fans van India waren massaal aanwezig tijdens poulewedstrijden tegen Spanje (2-0 winst India) en Engeland (0-0).

Foto’s Divyakant Solanki

Het geluid van de 20.000 toeschouwers in het Birsa Munda International Hockey Stadium, in de Indiase stad Rourkela, klonk oorverdovend. Er was vorige week bijna geen stoel vrij op de eerste speeldag van het WK hockey voor mannen in het nieuwe stadion, vernoemd naar een befaamde vrijheidsstrijder. Het is het grootste hockeystadion van India en de sfeer is er indrukwekkend. Dat vond ook de Nederlandse bondscoach Jeroen Delmee, die zijn ploeg een dag voor de eerste wedstrijd (4-0 winst tegen Maleisië) liet wennen aan de volle tribunes.

Voor de tweede keer op rij organiseert Odisha, deelstaat aan de oostkust, het wereldkampioenschap hockey. Hoofdstad Bhubaneswar is al een bekende naam in de sport, omdat daar de editie van 2018 plaatsvond en er in het Kalinga-stadion ook veel wedstrijden voor de Pro League zijn gespeeld.

Nieuw is dat dit WK op twee locaties wordt georganiseerd. Het is een manier om het onbekende Rourkela aan een internationaal publiek te tonen en daarvoor werd de industriestad flink onder handen genomen. In iets meer dan een jaar tijd ging de stad „op de schop”, vertelt de lokale journalist Tazeen Qureshy. Het Birsa Munda-stadion kostte de deelstaat 2,6 miljard rupees (omgerekend zo’n dertig miljoen euro) en werd pas een week voor het begin van het WK formeel geopend. Om Rourkela bereikbaar te maken is het nabijgelegen militaire vliegveld deze maand ook opengesteld voor de burgerluchtvaart en het vervoer van ploegen.

Zulke maatregelen zijn voor de deelstaatregering een vanzelfsprekendheid als het op hockey aankomt. Odisha – het toerismebureau van de deelstaat spreekt van „India’s best bewaarde geheim” – profileert zichzelf als de bakermat van de sport in India. En het wil hockey gebruiken als internationaal uithangbord, om bezoekers te trekken. In de deelstaat had de sport eerder een emancipatoire rol: jeugd uit achtergestelde, arme en tribale gezinnen kon zo een gesponsorde plek in het schoolsysteem bemachtigen, of er carrière in maken. Inderdaad delen enkele van India’s grootste hockeysterren zo’n achtergrond – onder wie voormalig verdediger Dilip Tirkey, tegenwoordig voorzitter van de nationale hockeybond.

Odisha is ook drijvende kracht van de recente investeringen om de glans van de sport weer op te wrijven. De acht gouden medailles die Indiase hockeyteams samen op Olympische Spelen wonnen zijn inmiddels alweer decennia oud – de laatste stamt uit 1980. Maar wellicht zit de sport weer in de lift: in Tokio (2021) pakten de Indiase mannen het brons. Op het lichtblauwe shirt van de WK-ploeg, die de druk voelt om dat succes te onderstrepen, prijkt groot de sponsornaam van deze ene deelstaat.

Sponsoring door de deelstaat

In 2018 sloot de regering van Odisha een sponsorovereenkomst af met Hockey India, de nationale bond. Na het recente olympische succes werden spelers en staf financieel beloond; de miljoenendeal werd verlengd. In samenwerking met de multinational Tata Steel werden in de afgelopen jaren jeugdacademies opgericht en kunstgrasvelden aangelegd in de hele deelstaat, inclusief plattelandsgebieden. Deelstaatpremier Naveen Patnaik, die sinds 2000 aan het hoofd van de lokale regering staat, laat zich graag voorstaan op die ontwikkeling.

„Odisha zag waar de centrale overheid iets liet liggen, en heeft zich ontfermd over de sport”, stelt Yashodhan Nakhare aan de telefoon. Hij was eerder sportjournalist en voert tegenwoordig het woord voor de Odisha Naval Tata Hockey High Performance Centre – een opleidingsinstituut voor jonge talenten. „Ze krijgen nu diëtisten en sportpsychologen – allemaal faciliteiten die eerder nooit beschikbaar waren voor sporters, en elders in India nog steeds niet. Spelers met potentie worden nu vanaf jonge leeftijd begeleid. Dat begint al vruchten af te werpen. Het team dat nu aan het WK begint, moet het succes van de Olympische Spelen onderstrepen. Maar daarna staat echt een nieuwe generatie klaar.”

Nakhare had graag gezien dat het olympische succes nog breder was uitgedragen door de nationale bond.

„Het succes werd gevierd, ik weet zeker dat in heel India mensen aan hun tv gekluisterd zaten. Maar ik weet niet zeker of er genoeg is gedaan om de populariteit ook in het hele land te laten beklijven.”

Andere Indiase sportanalisten delen zijn visie. Tazeen Qureshy, die opgroeide in de deelstaat „als zeer fanatieke toeschouwer”, zag in de laatste vijf jaar hoe politieke wil en financiering de al langer ingebakken liefde voor het hockey in Odisha stutten. De rol als toernooibestemming heeft de Indiase sport ook als geheel vooruit geholpen, zegt zij. „Het valt niet te ontkennen dat we een aantal heel goede stadions hebben, we hebben goed materiaal en goede organisatorische vaardigheden. Dat heeft een aanzuigende werking.” Inmiddels ziet Qureshy wel een keerzijde. De grote stadions in steden en regio’s waar het hockey vroeger óók populair was, staan leeg. Steden als Delhi, Bangalore en Ranchi moeten het zonder de brede aandacht van de betreffende lokale autoriteiten doen. Qureshy: „Terwijl ook in andere deelstaten talent rondloopt dat de kans zou moeten krijgen zich te ontwikkelen. Om in grote wedstrijden te spelen, of om publiek te trekken. Ik denk dat langzaam wel wat irritatie is rond de monopoliepositie die Odisha lijkt te hebben.”

Hockey India League

Na decennia stilstand was het langetermijnplan voor de sport in Odisha goed, stelt Qureshy. „Maar het zou niet goed zijn als het hockey volledig afhankelijk is van één deelstaat. Wat als een volgende lokale regering andere prioriteiten heeft? Dan raak je alle ontwikkeling weer kwijt.”

Nakhare – hij formuleert voorzichtig, als nieuwbakken communicatie-medewerker van de grote sponsor – ziet een soortgelijke ontwikkeling: wie goed hockey wil zien, moet naar Odisha. Wie goed hockey wil (leren) spelen, moet ook naar Odisha. „Deze deelstaat heeft eerder een WK georganiseerd. Het is logisch dat we nu op die ervaring varen. Maar voor een duurzame volgende stap moet waarschijnlijk meer gebeuren op clubniveau – in het hele land.” Dat zou ook belangrijk zijn voor de fans in India, zegt hij.


Lees ook: een interview met Oranje-aanvoerder Thierry Brinkman. Het WK winnen is voor hem geen must

Bondsvoorzitter Dilip Tirkey wijst het idee dat Odisha een monopolie zou hebben op het hockey van de hand. De oud-international is geboren in de deelstaat en geldt als een boegbeeld. Met India nam de verdediger drie keer deel aan de Olympische Spelen. Rond de eeuwwisseling speelde hij enkele seizoenen bij de Nederlandse club Klein Zwitserland.

„Odisha heeft geen monopolie, maar de chief minister is wél een visionair. Hij heeft liefde voor de sport. De deelstaatregering ziet en vervult een plicht om hockey te laten groeien – dat is goed voor de sport zelf en voor de ontwikkeling van jongeren”, laat Tirkey weten aan NRC. Hij heeft het zo druk met laatste voorbereidingen dat hij alleen per e-mail op vragen kan antwoorden. Als het WK voorbij is, kan de bond volgens hem middelen gaan aanwenden buiten Odisha. Bij zijn uitverkiezing als voorzitter van Hockey India – er was geen tegenstander – in maart vorig jaar, voerde Tirkey uitgebreid campagne met de belofte om de Hockey India League (HIL) weer op te starten.

Die competitie, met franchiseteams samengesteld uit Indiase en buitenlandse spelers, is mogelijk de volgende stap voor een meer evenwichtige ondersteuning van het hockey. De competitie, die van 2013 tot en met 2017 elk jaar een maand werd georganiseerd, zorgde er volgens Nakhare voor dat Indiase spelers meer zelfvertrouwen kregen: „De kleedkamers delen met internationale spelers, samen op het veld staan; het bevestigde voor Indiase hockeyers dat zij dat niveau aankunnen.” De wedstrijden vonden plaats in heel India, en spelers leerden hoe het is om voor een groot publiek te spelen. Uiteindelijk kampte de HIL met financiële problemen. Als het de bondsvoorzitter lukt om een nieuwe competitie op te zetten, wil de internationale hockeybond wel zoeken naar speeldata in de volle internationale agenda.

„Het moet commercieel haalbaar zijn”, aldus Tirkey. Uiteindelijk zijn voor het hockey in India de steun van één deelstaatregering en een staalfabrikant niet voldoende.