Vlaanderen maakte zich op voor ruk naar radicaal-rechts, in Wallonië is het politieke landschap compleet anders

Vlaanderen

‘Als het in Nederland kan, waarom hier dan niet?”, vraagt de barista van Kaffee Beans retorisch aan een man en een vrouw op zijn terras. Het nieuws over het onderhandelingsakkoord tussen de PVV, VVD, NSC en BBB is een dag oud, en ook in de West-Vlaamse stad Kortrijk onderwerp van gesprek. Een radicaal-rechtse partij die meeregeert, staat dat ook België te wachten?

De barista neemt de tijd voor een politieke discussie met zijn klanten, want druk is het rond het middenuur niet. „Ik vind ook dat migranten nu te veel worden bevoordeeld. Maar Vlaams Belang is daar zo extreem in”, verzucht de vrouw. Ze neigt naar het centrumlinkse Vooruit. Haar gesprekspartner gaat juist voor de centrumrechtse Nieuw-Vlaamse Alliantie (N-VA), die de afgelopen jaren in de Vlaamse regering zat: „Vlaams Belang komt er toch niet in” – waarop de barista wijst naar de PVV in Nederland. Zijn keus staat voor „negentig procent” vast, de partij noemt hij niet.

Bij de vorige verkiezingen, vijf jaar geleden, kwam de groei van Vlaams Belang als een grote verrassing. De radicaal-rechtse partij zette zich af tegen de zittende partijen en kaapte met strenge voorstellen voor migratiebeleid het ‘probleemeigenaarschap’ in het debat weg bij de N-VA van Bart De Wever. Die laatste partij werd, vóór Vlaams Belang, nog wel de grootste in Vlaanderen. Daarmee haalden de twee Vlaams-nationalistische partijen meer dan een derde van de stemmen binnen.

Tot een Vlaams-nationalistische coalitie kwam het echter niet. Vlaams Belang en voorganger Vlaams Blok worden vanwege de extreme opvattingen al decennialang geboycot door het gros van de partijen. Alleen de N-VA zette tot nu toe de deur op een kier voor samenwerking. Na de vorige verkiezingen werd er zelfs even onderhandeld met Vlaams Belang, maar uiteindelijk ging de N-VA in Vlaanderen in zee met twee andere partijen: de christen-democratische CD&V en de liberalen van Open VLD.

Anno 2024 zijn de rollen omgedraaid. Vlaams Belang lijkt bij de verkiezingen op zondag 9 juni in Vlaanderen ruimschoots de grootste te gaan worden, ditmaal gevolgd door de N-VA die eveneens op meer dan twintig procent staat in de peilingen. De kans bestaat zelfs dat de twee samen een meerderheid behalen in het Vlaams parlement. Dat de vier Nederlandse partijen vorige week een onderhandelingsakkoord presenteerden, werd dan ook bejubeld door partijleider Tom Van Grieken. Op sociale media feliciteerde hij zijn „goede vriend” Geert Wilders met het behaalde succes, dat volgens hem laat zien dat ook zijn partij kan meeregeren.

Migratie thema nummer één

„Andere partijen kunnen straks niet om Vlaams Belang heen”, zegt de 29-jarige elektrotechnicus Louis, die niet met zijn achternaam in de krant wil.

Op een bankje op de Kortrijkse Grote Markt wacht hij op zijn vrienden, met wie hij het Pinksterweekend de jaarlijkse Sinksenfeesten in de stad gaat vieren. Hij zegt „met volle overtuiging” op Van Grieken te zullen stemmen.

Op zijn telefoon laat Louis een foto zien met de politicus, die een paar dagen daarvoor nog in Kortrijk was om actie te voeren tegen seksueel geweld, naar aanleiding van twee groepsverkrachtingen. Volgens Louis laten de incidenten zien dat België strenger moet optreden tegen „illegale migranten”, ook al heeft het Federaal Parket niets naar buiten gebracht over afkomst van de verdachten. Voor de twintiger is migratie verkiezingsthema nummer één.

Daarin is hij niet de enige. Uit een peiling van omroep VRT en dagblad De Standaard bleek dit voorjaar dat ruim 20 procent van de Vlamingen migratie het belangrijkste onderwerp vindt bij de verkiezingen.

Het thema is de afgelopen jaren nooit ver weg is geweest uit het publieke debat, zegt politiek wetenschapper Ilke Adam, gespecialiseerd in migratie. „Hoewel het aantal asielmigranten lager ligt dan in 2015, is het onderwerp nu veel meer gepolitiseerd.” De publieke beeldvorming hangt samen met de opvangcrisis waar het land sinds 2021 mee kampt: duizenden mensen moesten al op straat slapen omdat voor hen geen plek meer was in een reguliere- of noodopvang.

België kampt sinds 2021 met een opvangcrisis: voor duizenden asielzoekers is er geen plek min een reguliere- of noodopvang. In Brussel sliepen asielzoekers in tenten aanmeldcentrum Klein Kasteeltje.
Foto Bart Dewaele

Vlaanderen versus Wallonië

De andere Vlaamse partijen, met de N-VA voorop, hebben geleerd van de verkiezingen van 2019: zij focussen zich in hun campagne amper op migratie, in de wetenschap dat alle aandacht voor dat onderwerp Vlaams Belang in de kaart speelt.

De Wever richt zich vooral op de sociale zekerheid voor de Vlaming en begrotingsdiscipline. Daarbij zet hij zich af tegen de Waalse partijen, en in het bijzonder de sociaal-democratische regeringspartij PS. Hun leider, Paul Magnette, zou „miljarden extra” willen uitgeven en daarvoor „kijken naar de Vlaamse spaarcenten”.

Waar de Vlaming in 2023 gemiddeld 48.478 euro bijdroeg aan de Belgische economie, bleef het Waals gewest steken op iets meer dan 36.279 euro. Ook zijn de economische groeicijfers in Vlaanderen jaar in, jaar uit hoger dan in het zuidelijke deel van het land.

Met zijn retoriek grijpt De Wever terug naar zijn geliefde vijandbeeld van de verkwistende Waal die zijn hand ophoudt bij de overheid, terwijl de hardwerkende Vlaming de dupe wordt.

Nog altijd is een onafhankelijk Vlaanderen De Wevers grote droom, al is dat in het verkiezingsprogramma om strategische redenen afgezwakt naar een streven naar meer regionale autonomie via staatshervormingen, ook wel confederalisme.

Flinks

De hang naar radicaal-rechts gaat samen met een groei op de linkerflank, ten koste van het centrum. De laatste weken is de anti-kapitalistische en marxistische Partij van de Arbeid (PVDA) bezig aan een opmars. Onder leiding van de bevlogen Raoul Hedebouw is de partij, niet verwant aan de Nederlandse PvdA, na Vlaams Belang en N-VA virtueel de grootste van Vlaanderen. Een miljonairstaks en het verlagen van de pensioenleeftijd, van 67 naar 65 jaar, zijn de belangrijkste breekpunten voor de links-radicale partij.

Met een verzwakt politiek centrum, een grotere rechtse én linkse flank en een uitgesproken boycot van Vlaams Belang zal het een hele kluif worden om een Vlaamse regering te vormen, denkt Adam. „Op federaal niveau zal niemand met de N-VA willen regeren als ze in Vlaanderen met Vlaams Belang samen gaat. Ook is er binnen de N-VA weerstand tegen regeringsdeelname met het Vlaams Belang.”

Komt Vlaams Belang bij een grote verkiezingsoverwinning dan helemaal met lege handen te staan? Politiek misschien wel, maar uit onderzoek van de Universiteit Antwerpen blijkt dat nagenoeg alle partijen op met name migratiebeleid zijn opgeschoven naar rechts. Bij het linkse Vooruit heeft de gewijzigde koers zelfs het stempeltje ‘flinks’ gekregen. „Zo slaagt Vlaams Belang er zonder mee te regeren al in een deel van het programma te verwezenlijken”, aldus Adam.

Vlaams Belang gaat in Vlaanderen met leider Tom Van Grieken aan de leiding in de peilingen voor de verkiezingen van 9 juni.
Foto Bert Van Den Broucke / Imago

Wallonië

In een feesttent op het Weerstandsplein in Dottenijs, een dorp in de omgeving van Moeskroen, zingt een volkszanger uit volle borst. Met moeite overstemt Thibault Morel het geluid. De lokale kandidaat van de Moeskroense PTB, de Waalse kant van de PVDA, gaat met zijn campagneteam langs de tafels. Hoewel hij veel van de feestgangers persoonlijk kent – hij groeide op in Dottenijs – is het „voor iedere stem”. En voor de winst in de muziekquiz, die later op de avond in de tent plaatsvindt.

Kortrijk mag dan maar tien kilometer noordelijker liggen, het politieke landschap is over de Vlaams-Waalse grens compleet anders. In het overwegend armere deel van het land gaat de politiek minder over migratie, maar veel meer over geld, belastingen, en de slechte staat van de weg.

Wallonië is er na de de-industrialisatie van eind vorige eeuw niet goed in geslaagd om nieuwe bedrijvigheid te creëren, wat blijkt uit de werkloosheidscijfers. In Vlaanderen werkte dit voorjaar slechts 3,3 procent van de beroepsbevolking niet, in het Waalse gewest lag dat op 8,2 procent. „Franstalige en Nederlandstalige journaals berichten vaak over hele andere dingen. Alleen het weerbericht voor heel België overlapt”, zegt politicoloog Caroline Sägesser van sociaal-politiek onderzoekscentrum Crisp.

Kentering

De stem van kiezers met een laag vertrouwen in de politiek vindt in Wallonië historisch zijn weg via de sociaal-democratische Parti Socialiste (PS). Maar een kentering is gaande. Hoewel de partij van Magnette naar verwachting opnieuw de grootste zal worden, leverde PS de afgelopen twee verkiezingen telkens een paar zetels in. De strijd om wie de grootste wordt is dan ook een stuk spannender dan in Vlaanderen.

Aan de linkerkant is het de PTB dat stemmen afsnoept van de PS. Ook in Moeskroen, een voormalige textielstad tegen de Franse grens, staat dat volgens Morel te gebeuren. De afgelopen jaren groeide de lokale afdeling volgens hem gestaag, juist door „buiten de politiek” actie te voeren voor wat inwoners volgens hem belangrijk vinden. Zo streden Morel en zijn collega’s „met succes” tegen de afvaltaks, die voor elk huishouden ongeacht grootte en inkomen gelijk was.

Aan rechterzijde weet de Mouvement Réformateur (MR) zich met name op economisch vlak te profileren als een alternatief voor de linkse partijen. Deze partij zet in op belastingverlagingen en kernenergie. Hoewel de liberalen de afgelopen vijf jaar deel uitmaakten van de federale Vivaldi-regering, liet de flamboyante MR-leider Georges Bouchez geen moment na om zich af te zetten tegen zijn coalitiegenoten. De partij lijkt er heel Wallonië niet veel zetels bij te krijgen, wel wordt het mogelijk de grootste in het Brusselse gewest.

Met Chez Nous doet in Wallonië weliswaar een radicaal-rechtse partij mee, maar kans van slagen geeft Sägesser de partij niet. Niet alleen krijgt de partij geen media-aandacht, Waalse media boycotten net als de partijen radicaal-rechts gedachtegoed, ook is de interne organisatie volgens haar niet stevig genoeg om electoraal succes te boeken. „Dat is de voorgangers van Chez Nous om die reden ook niet gelukt”, zegt ze.

Olijfboomcoalitie

Morel wijt het aan de sterke organisatie van bestaande partijen die de proteststemmer weten te overtuigen. Maar is de PTB/PVDA als radicaal-linkse partij ook klaar om mee te regeren? „Ja”, klinkt het volmondig. „Maar dan moeten we wel de mogelijkheid hebben om echt het verschil te kunnen maken.” Hij wijst naar de groene partijen, die na elke regeringsdeelname afgestraft worden. „Wij willen de linkse locomotief zijn voor andere partijen, die nu vaak naar rechts kijken.”

Sägesser ziet het niet gebeuren. „De PS wil het niet en de PTB hoeft niet per se.” Ze verwacht in Wallonië een „olijfboomcoalitie”, geleid door de PS, samen met de christen-democraten van Les Engagés en de ecologisten van Ecolo. Op federaal niveau vreest de politicoloog weer een ellenlange formatie. „Of de Waalse partijen moeten in zee met de N-VA en dus akkoord gaan met staatshervormingen, een breekpunt van die partij. Of er komt een Vivaldi-plus, waarin naast de zeven huidige regeringspartijen nog een extra partij nodig gaat zijn voor een meerderheid.” Maar ook daarbij plaatst ze een kanttekening: „Als de Vlaamse partijen binnen die federale coalitie weer geen meerderheid vormen, breekt de boel alsnog af.”

Paul Magnette van de Parti Socialiste.
Foto Virginie Lefour