Hoe schadelijk zijn chemische stoffen? De Gezondheidsraad wil meer zicht op de gevolgen van de blootstelling eraan

Nederland moet de blootstelling van mensen aan chemische stoffen gaan meten in bloed en urine. Dat schrijft de Gezondheidsraad donderdag in een advies. Zonder zulke gegevens is niet goed vast te stellen in hoeverre mensen te hoge doseringen binnenkrijgen van stoffen waarmee ze elke dag in aanraking komen, via bijvoorbeeld huishoudelijke producten maar ook voedsel, drinkwater en medicijnen.

„We missen een goede manier om te controleren of beleid effectief is, en zicht op hoe stoffen ophopen in het lichaam”, zegt Marianne Geleijnse, vicevoorzitter van de Gezondheidsraad. Wetenschappers van bijvoorbeeld het RIVM moeten het nu nog doen met schattingen en modellen op basis van metingen in het milieu, drinkwater, voedsel en incidenteel bij consumentenproducten, maar dat levert „beperkte gegevens” op. Hooguit vinden metingen bij mensen nu incidenteel plaats na maatschappelijke onrust, bijvoorbeeld rond vervuilende fabrieken zoals van PFAS-producent Chemours in Dordrecht.

Geleijnse hoopt niet alleen zicht te krijgen op de gezondheidsschade van bekende vervuilingen zoals PFAS en lood, maar ook op „cumulatieve blootstelling”. Van losse chemicaliën is soms bekend dat ze schadelijk zijn, en ook een combinatie van vele stoffen kan in het menselijk lichaam voor gezondheidsschade zorgen. Op lange termijn kan een meetprogramma zicht geven op schadelijke combinaties. Daarnaast zijn er specifieke risicogroepen waarop weinig zicht is, zoals inwoners van specifieke wijken, kinderen of zwangeren. Het RIVM schat dat chemische blootstelling op het werk leidt tot een afname van 90.000 gezonde levensjaren, maar de precieze ziektelast is moeilijk vast te stellen.

Groot gat

Moleculair epidemioloog Jelle Vlaanderen van de Universiteit Utrecht is „heel positief” over het advies van de Gezondheidsraad. „Op dit moment is er niks om chemische blootstelling in kaart te brengen in Nederland. Er is een groot gat in onze kennis. Er worden gigantisch veel chemische stoffen geproduceerd, maar we weten niet in welke concentraties mensen worden blootgesteld. En of er bepaalde kwetsbare groepen zijn die veel binnenkrijgen.”

Nederland deed eerder al wel structureel metingen via de GGD, maar dat programma werd in 1997 afgebroken. De meest zorgelijke stoffen van destijds, met name polychloorbifenylen (pcb’s) en dioxines, waren in concentraties aan het afnemen. De kosten van structurele metingen zouden niet meer hebben opgewogen tegen de baten, vond de overheid toen.

Inmiddels is de chemische productie wereldwijd bijna verviervoudigd, terwijl het toezicht erop zwak is. Binnen de EU hoeven alleen stoffen in totale productie van boven een ton per jaar geregistreerd te worden, waarbij bedrijven veiligheidstesten voor milieu en mens moeten aanleveren. Binnen de EU zijn zo’n 100.000 stoffen in gebruik, en onderzoekers hebben berekend dat er wereldwijd 350.000 chemische stoffen of mengsels op de markt zijn, waarvan bij 50.000 de precieze identiteit vertrouwelijk is en 70.000 ervan niet goed geregistreerd zijn. Het mondiale productievolume van ruim twee miljard ton is naar verwachting in 2050 nog eens verdrievoudigd.

Het RIVM schat dat chemische blootstelling op het werk leidt tot een afname van 90.000 gezonde levensjaren

Effect

Maar wat doet dat precies met de gezondheid? Aan correlaties geen gebrek: wetenschappers zien verbanden tussen chemische blootstelling en schade aan het hormoonstelsel, kanker en onvruchtbaarheid. Maar het is lastig om een causaal verband aan te tonen, niet in de laatste plaats omdat ieder mens een andere cocktail binnenkrijgt.

Van sommige stoffen in het milieu is aangetoond dat ze kanker veroorzaken, zegt Vlaanderen. „Maar er zijn heel veel stoffen waarvan we niks weten. Dat is het grootste kennisgat nu, en daar maak ik me het meeste zorgen over.” Daarnaast lukt het volgens Vlaanderen nauwelijks om een stap verder te gaan: om combinaties van stoffen aan te wijzen die samen schadelijk zijn. Met nieuwe statistische methodes, structurele metingen en epidemiologische data hoopt hij combinaties van stoffen op te sporen die samen schadelijk zijn.

„Samen met de Verenigde Staten en Duitsland was Nederland vroeger koploper op het gebied van monitoring van de blootstelling van burgers aan chemische stoffen”, schrijft de Gezondheidsraad in zijn advies. „Nederland is echter tegen de internationale trend ingegaan.”

Een woordvoerder van demissionair minister Pia Dijkstra (Medische Zorg) zegt tegen ANP dat ze het advies eerst wil bestuderen voor ze erop reageert. Dat verwacht ze te kunnen doen nadat de Tweede Kamer terugkomt van de zomervakantie. Gezondheidsraad-vicevoorzitter Geleijnse verwacht dat er na successen in het buitenland nu serieus naar het advies gekeken zal worden.