N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Interview
Coach Ricardo Moniz van het Hongaarse Zalaegerszegi TE stapte tijdens een wedstrijd op de scheidsrechter af na oerwoudgeluiden. Hem hangt een schorsing van twee jaar boven het hoofd. „De scheidsrechters willen het niet horen.”
Het is een beladen beeld. Trainer Ricardo Moniz (58) van de Hongaarse club Zalaegerszegi TE die het veld op loopt om een eind te maken aan de oerwoudgeluiden van de aanhang van tegenstander Honvéd, zaterdag, richting zijn zwarte spelers. Na eerst tevergeefs de vierde official te hebben aangesproken – „hoor je niets, dóe wat man” – gaat hij verhaal halen bij de scheidsrechter. Het komt hem op een rode kaart te staan. Onduidelijk is nog welke straf de Hongaarse voetbalbond daaraan verbindt. In een verklaring op Twitter veroordeelt de bond alle racistische uitingen: „Als het kan worden bewezen dat er bij een wedstrijd racistische uitingen zijn, zal de disciplinaire commissie optreden. Er zal dan een onderzoek worden ingesteld.”
Kunt u nog eens beschrijven wat er precies gebeurde?
„Het begon al tijdens de bekerwedstrijd tegen Kazincbarcikai, vorige week woensdag. Ook toen klonken er oerwoudgeluiden en ook toen ben ik op de vierde official afgestapt. Die hoorde zogenaamd niets terwijl iedereen het kon horen.
We hadden net zeven uur gereden om die wedstrijd te spelen, dus ik besloot geen actie te ondernemen. Ik wilde niet riskeren dat we de volgende bekerronde zouden missen door een paar gekken. Wel heb ik tegen mijn spelers gezegd dat er een moment zou komen dat voor mij de maat vol was. Ik bereidde hen voor op dat moment. Ook om hun mentale veerkracht te vergroten.”
Dat moment diende zich al snel aan.
„Zo kort na die ervaring van woensdag knapte er iets tegen Honvéd. Ik was woedend. Het is altijd hetzelfde. Iedereen hoort die oerwoudgeluiden, behalve de scheidsrechter en officials. Ze willen het niet horen. ‘Het moet stoppen’, zei ik tegen de scheidsrechter, die verontwaardigd reageerde en met die rode kaart zwaaide. Mijn spelers gingen direct om mij heen staan. Ze begrepen wat er gebeurde omdat ik hen had voorbereid.”
In 2019 was u trainer van Excelsior toen speler Ahmad Mendes Moreira van het veld liep na geconfronteerd te zijn met oerwoudgeluiden. Speelde die gebeurtenis mee bij uw reactie van zaterdag?
„Die link heb ik niet eerder gelegd, maar ik denk dat u gelijk heeft. Onbewust moet dat hebben meegespeeld. Als je meerdere keren met racisme wordt geconfronteerd – als coach of als speler – bouwt zich de woede langzaam op en ga je sneller over tot actie.”
De supporters achter die oerwoudgeluiden van toen zijn nooit vervolgd. Het stadionverbod dat hun werd opgelegd was ook geen stadionverbod in de categorie ‘racisme’, maar ‘wangedrag’.
„Daar ben ik heel teleurgesteld over. Ahmad heeft zijn verantwoordelijkheid genomen door van het veld te stappen. Trainer Erik van der Ven van FC Den Bosch heeft zijn verantwoordelijkheid genomen door vrede met hem te sluiten [nadat hij Mendes Moreira een „zielig mannetje” had genoemd omdat hij na een doelpunt juichend voor de harde kern van FC Den Bosch ging staan, red.].
„Maar die daders zijn er heel genadig af gekomen. Een stadionverbod is veel te slap. Er is vooral heel veel gepraat. Praten vinden we in Nederland interessant en gewichtig. Al die ellenlange discussies en verhalen op tv.”
Volgens het OM was er een gebrek aan bewijs.
„Maar je moet de slechteriken niet alleen straffen, je moet ook een dialoog met hen aangaan om te zorgen dat ze niet nog een keer de fout in gaan. En na die dialoog – en liefst dus ook een straf – moet je voor reïntegratie zorgen. Zo voorkom je dat de polarisatie verder toeneemt. Het ontbreekt voor mijn gevoel aan betrokkenheid, daadkracht en moed. In het mondiale voetbal treden we te slap op.”
In het aanvalsplan dat de KNVB een paar maanden na het incident lanceerde worden bewustwording en gedragsverandering wel genoemd als straf.
„Dat zijn goede stappen. Een hoop landen hebben geen aanvalsplan. Maar ik heb het nu over deze ene zaak en dan valt mij dus op dat die daders er goed vanaf zijn gekomen. Positief is dat het incident voor goede emoties zorgde. Mensen hebben racisme in het voetbal op grote schaal moreel verworpen.”
Hoe zijn de reacties in Hongarije?
„Mensen vinden het bijzonder dat iemand een daad stelt. Zelfs premier Orbán, een groot sportliefhebber, heeft zich achter onze boodschap geschaard, hoorde ik van onze technisch directeur.”
Het gebeurt ook niet vaak dat een coach een scheidsrechter maant een wedstrijd te staken vanwege racisme.
„Voor mij is dat geen bijzondere daad. Als trainer is het je taak om te verbinden. Voetbal is een prachtige sport die draait om kwaliteit en karakter. Niet om hoe je eruit ziet. Als coach heb ik veel van de wereld gezien. Bij Tottenham Hotspur bijvoorbeeld heb ik van dichtbij aanschouwd hoe voetbal de maatschappij op een positieve manier kan beïnvloeden. Ik ben in hele arme wijken in Londen geweest waar kinderen met een bal sliepen. Positief ingestelde, gedisciplineerde kinderen, wier ouders zagen hoe hun kind door de sport veranderde. Voetbal is zo’n krachtig bindmiddel, maar dan moet je wel normen en waarden blijven beschermen.”
Draaien dit soort incidenten – en de reactie daarop – die mooie sport de nek om?
„Voetbal gaat niet alleen kapot aan racistische incidenten. Tien jaar geleden was ik trainer bij het Hongaarse Ferencvárosi TC toen één van mijn spelers, Akeem Adams, overleed aan de gevolgen van een hartaanval. Daar werd toen overheen gepraat, maar ik heb er een principezaak van gemaakt. Samen met de internationale spelersvakbond FIFPro heb ik gevochten voor optimale harttesten. Inzichten komen vaak te laat omdat daadkracht uitblijft. Dat is een wetmatigheid in het voetbal.”
Zouden meer coaches uw voorbeeld moeten volgen?
„Iedereen is vrij te doen en te laten wat hij of zij wil. Ik doe dingen vanuit mijn hart, dat is mijn manier.”
Er hangt u een straf boven het hoofd van de Hongaarse voetbalbond. Weet u welke?
„Ik hoorde vandaag dat mij volgens de reglementen een schorsing kan worden opgelegd van een maand tot twee jaar.”
Wat zou u in het ergste geval doen?
„ Dan zou ik mij tot de Europese voetbalbond wenden. Maar ik wil niet op de zaken vooruit lopen. Dit is een complexe zaak. Laten we hopen dat de bond het juiste doet.”