Europa warmt relatief snel op, maar ‘opwarming alleen zegt niet alles’

„Europa is het continent dat het snelst opwarmt, met temperaturen die ongeveer twee keer zo snel stijgen als het wereldgemiddelde.” Dat meldden de aan de Verenigde Naties verbonden Wereld Meteorologische Organisatie (WMO) en Copernicus, het klimaatbureau van de Europese Unie, eerder deze week. Het suggereert dat er in Europa iets uitzonderlijks aan de hand is. Maar klopt dat wel?

Klimaatwetenschapper Álvaro Silva, consultant voor de WMO, geeft antwoord op vragen van NRC.

Wat rekent de WMO tot Europa?

„Dan begin ik ermee dat de WMO bij klimaatanalyses de wereld in zes regio’s indeelt: Afrika, Azië, Zuid-Amerika, Noord-Amerika, Australië en Europa. De regio Noord-Amerika bijvoorbeeld omvat Canada, de Verenigde Staten, Mexico, Centraal-Amerika en het Caribisch gebied.

„Van Europa onderscheidt de WMO twee varianten. De ene variant omvat Europa en het Europees deel van Rusland. De andere variant omvat ook nog Groenland en een deel van het Midden-Oosten.”

En in welk Europa is de temperatuur sinds de pre-industriële periode met 2,3 graden Celsius gestegen, het getal dat in het nieuws was?

„Die gaat voor allebei op. Het is de gemiddelde opwarming over de laatste vijf jaar. Als je alleen naar 2023 kijkt, kom je op een opwarming van zo’n 2,5°C voor de kleinere Europa-variant en 2,6 voor de grotere. Dat komt vooral door Groenland, dat snel opwarmt.”

Hoe snel warmen de andere continenten dan op?

„We hebben niet voor alle continenten een vergelijking met de pre-industriële periode, omdat niet voor alle regio’s zo ver terug meetgegevens voorhanden zijn. We hebben data vanaf 1900.

„Uit de cijfers blijkt Europa niet uitzonderlijk. Er zijn meer regio’s die min of meer twee keer zo snel opwarmen als het wereldgemiddelde. Europa komt als hoogste uit, met een opwarming van 0,5°C per decennium sinds 1991. Dan komt Azië, met 0,4°C per decennium. Hierbij rekent de WMO ook het deel van Rusland ten oosten van de Oeral. Op de derde plek staat Noord-Amerika, met een opwarming van bijna 0,4°C per decennium.”

De lucht boven de oceanen warmt veel langzamer op dan de lucht boven land

Hoe kan het dat deze regio’s twee keer zo snel opwarmen als het wereldgemiddelde?

„Het wereldgemiddelde omvat de opwarming boven land én boven zee. En de lucht boven de oceanen warmt veel langzamer op dan de lucht boven land. Vooral omdat water een hoge opslagcapaciteit voor warmte heeft. Het verdampen van water kost veel energie. Die energie kan dan niet meer gebruikt worden voor het verwarmen van de lucht. Op land bevat de bodem niet altijd even veel vocht, en is er meer energie om de lucht op te warmen.”

En waarom warmen juist de regio’s op het noordelijk halfrond snel op?

„Omdat ze grote stukken land bij het Arctisch gebied hebben, en dat warmt wereldwijd het snelst op. Veel sneller dan de andere pool, Antarctica. Dat komt onder meer omdat het Arctisch gebied ijs op water is. Antarctica is ijs op land. IJs reflecteert veel zonlicht en beperkt zo de opwarming. Het ijs in het Arctisch gebied drijft op water. Als het ijs is gesmolten krijg je een donker wateroppervlak, en dat absorbeert veel meer zonlicht. Daarnaast wordt extra warmte vanaf de tropen naar de polen getransporteerd.

„Op het zuidelijk halfrond is het heel anders. Een regio als Zuid-Amerika bijvoorbeeld warmt ongeveer even snel op als het wereldgemiddelde. Niet alleen omdat het ver van het Arctisch gebied verwijderd is, maar ook omdat er op het zuidelijk halfrond meer oceaan is dan op het noordelijk halfrond. En oceaanstromingen spelen ook een rol.”

En waardoor scoort Europa qua opwarming het hoogst vergeleken met Azië en Noord-Amerika?

„Wat we weten is dat het zonlicht dat het landoppervlak van Europa bereikt, is toegenomen. Dat komt omdat er minder wolken zijn, met name in de zomer. Het heeft onder andere te maken met de verminderde luchtvervuiling. Maar hoe dat in Azië en Noord-Amerika is, heb ik niet zo snel bij de hand.”

Maar Europa is dus niet zo uitzonderlijk als die zin in het persbericht van de WMO suggereert?

„Nee. En ik wil er nog bij zeggen dat de opwarming op zich niet alles zegt. In sommige regio’s is die opwarming een stuk minder, maar is de impact ervan veel groter.”