Dilan Yesilgöz: ‘Ik wil het beter gaan doen, dat is zeker’

Of het goed is voor een politieke partij, om na zeventien jaar een nieuwe leider te krijgen? Dilan Yesilgöz-Zegerius (46) neemt bij de VVD de plek in van Mark Rutte, die in 2006 partijleider werd en nu dertien jaar premier is. En ze zegt meteen: „Ja, ik denk dat dat best gezond is.”

Waarom?

„Ik denk dat het altijd wel goed is als er op een gegeven moment nieuwe mensen komen op plekken.”

Waarom is het goed voor de VVD?

„Het is niet zo dat ik rondliep met het idee: nu moet het maar eens gebeuren. Tot aan de val van het kabinet en dat Mark zijn beslissing nam, was ik er niet mee bezig. En dan ga je denken: wat is nu mijn rol? Maar ik denk dat het na al die jaren wel gezond is, een nieuw hoofdstuk.”

Waarom?

„Los van de VVD: de afgelopen jaren was de politiek, met steeds dezelfde mensen, wel heel erg bezig met zichzelf. Echt gewoon de hele tijd. En veel te weinig met het oplossen van problemen van mensen. Maar wij zijn er, vind ik, om te dienen. Over Mark Rutte heb ik altijd gezegd dat ik erg… Hij is niet dood of zo he, hij is nog steeds druk bezig. En ik ben me hier niet aan het afzetten tegen hem. Ik ben erg blij met wat hij doet en nog steeds doet, maar ik ben ook heel blij met mijn nieuwe rol.”

Ik dacht: ik wil niet gered worden, waar ben ik nou slachtoffer van?

Onze vraag was: waarom is het voor de VVD goed om van leider te wisselen?

„Ik denk dat een frisse wind voor iedere partij zo nu en dan goed is. En als het om ons gaat: er zijn heel veel dingen goed gegaan, Mark heeft ons door zware tijden geloodst, zoals de financiële crisis, corona, Oekraïne, noem maar op. Knap gedaan. Maar er zijn ook blinde vlekken geweest, waarvan Groningen en de toeslagen heel duidelijke voorbeelden zijn. De les daarvan is dat we er met nieuwe leiders voor moeten zorgen dat we geen nieuwe blinde vlekken krijgen. We moeten echt veel beter luisteren naar mensen. We mogen niet zeggen: we hebben het zo bedacht, het staat op papier en dus werkt het. En als u het niet zo ervaart, gaan we het u nog eens uitleggen. Dat is wat er nu gebeurt.”

Er is de afgelopen jaren niet goed geluisterd?

„Dat denk ik ja. En vanuit mijn rol nu trek ik me dat aan, want ik denk dat ik daarin het verschil kan maken. Ik denk ook wel dat anderen hier in Den Haag de analyse over de blinde vlekken nu maken. Tel daar nog maar eens bij op dat we de afgelopen jaren vaak genoegen namen met een waterig compromis.”

U zegt: dat kan ik, luisteren? Beter dan de VVD tot nu toe heeft gedaan?

„Nee, ik ben er niet mee bezig of ik dat beter kan.”

Wat bedoelt u dan met ‘ik kan daarin het verschil maken’?

„Ik zei ook dat ik denk dat iedereen dat nu moet doen, beter luisteren. Ik wil niet zeggen dat Mark Rutte of andere VVD’ers niet goed hebben geluisterd. Ik denk wel dat we een politiek klimaat hebben gecreëerd waarin we heel veel bezig waren met onszelf. Ik wil het nu beter gaan doen, ja, dat is zeker.”

Het ‘waterig compromis’ komt vaak terug in het verhaal van Dilan Yesilgöz als lijsttrekker. In haar werkkamer op het ministerie van Justitie en Veiligheid, maandagmiddag, zegt ze dat je met zo’n compromis „niks verandert in de levens van mensen”. Het moet zéker anders, vindt ze, als het om asiel en migratie gaat. In juli viel het kabinet-Rutte IV erover. „Met wat er nu in ons verkiezingsprogramma staat, kunnen we echt iets veranderen. Dan heb je nog niet alle problemen opgelost, maar je moet wel stappen durven zetten.”

Is dat ook de reden dat u nu de deur openzet naar samenwerking met de PVV?

„Nee, nee, nee. Dat staat er echt compleet los van. Ik wil niet bij voorbaat kiezers uitsluiten. Het is nu een uniek moment in de politieke geschiedenis van Nederland, met zoveel nieuwe leiders. Ik wil met een schone lei beginnen en daarom kies ik hiervoor.”

Een ánder ‘waterig compromis’ dat volgens Yesilgöz niet mag worden gesloten: over kernenergie. „Het kan veilig, het kan goed, en het helpt ons om minder afhankelijk te worden van slechte regimes. En als je dan zegt: nee, dat doen we niet…”

Zoals Frans Timmermans van GroenLinks-PvdA zegt.

„Dan geef je dus niet echt iets om de klimaatopgave. Dan vind je oude dogma’s belangrijker. Ik vind dat oude politiek.”

U doet niet mee aan een coalitie die kernenergie op de lange baan schuift?

„Ik wil het hier niet over breekpunten hebben, ik zou wel graag iedereen toewensen dat ze de oude politiek loslaten en kijken naar wat dit land verder helpt.”

Vorige week zei Timmermans in NRC dat het goed zou zijn voor iedereen als de VVD een keertje niet regeert.

„Over oude politiek gesproken.”

Waarom is dat oude politiek?

„Omdat het alleen maar over poppetjes gaat.”

Het gaat over partijen die wel of niet met elkaar willen regeren. Is dat hetzelfde als ‘poppetjes’?

„Nou ja, ik heb liever dat we het hebben over de problemen van mensen en hoe we die oplossen. Ik heb Timmermans’ woorden goed gelezen. En ik heb mij verbaasd over de mate van oude politiek daarin. Maar als je de verkiezingsprogramma’s met elkaar vergelijkt, zie ik dat het risico op waterige compromissen met zijn partij groot is. Dan heb je het over klimaat, asiel en migratie, maar je kunt ook meer opnoemen.”

Timmermans zei dat hij niet veel liefde voelde voor de VVD, bij u lijkt het ook niet veel te zijn.

„Ik ben daar minder mee bezig dan jullie misschien zouden verwachten. De doorrekening van de verkiezingsprogramma’s moet nog komen, we hebben ook nog niet alle verkiezingsprogramma’s gezien.”

Dilan Yesilgoz.
Foto Merlijn Doomernik

Pieter Omtzigt heeft nog geen verkiezingsprogramma. Wat vindt u daarvan?

„Daar neem ik kennis van. Ik vind er niet zoveel van.”

Hij lijkt op het moment een soort heldenstatus te hebben in Nederland. Hoe kijkt u daarnaar?

„Wat hij en een paar andere Kamerleden de afgelopen jaren hebben gedaan, is natuurlijk heel knap. Die blinde vlekken waar ik het over had, daar hebben zij nogal fors op gewezen. Daar heb ik ongelooflijk veel respect voor.”

Yesilgöz zegt dat ze nu „twee banen van tachtig uur per week met elkaar combineert”. Maar óók tijd maakt om te sporten: vroeger bokste ze, nu doet ze aan fitness en krav maga, Israëlische zelfverdediging. Ze zegt dat ze dat „ook mentaal fijn” vindt „omdat het je weerbaar maakt”. Maar op de vraag of ze dat nodig heeft, zegt ze onmiddellijk nee.

Vindt u dat een ingewikkelde vraag?

„Nee. Ik wil ook niet doen alsof ik nooit onzeker ben of me kwetsbaar voel.” Ze wijst op haar schouder en zegt dat ze veel „verantwoordelijkheid” voelt, omdat mensen op haar hebben gestemd. „En als je dan kijkt in welke positie ik nu zit, dan denk ik niet: dit doe ik zomaar eventjes.”

Hoe gaat u daarmee om?

„Ik kies er dan voor om extra hard te werken, om ervoor te zorgen dat ik zoveel mogelijk onder controle heb.”

Bent u net zo’n controlfreak als Mark Rutte?

„Ja, ik ben bang dat ik daar wel… Ik wil graag het overzicht houden.”

Ooit dacht Yesilgöz dat ze links was, net als haar ouders. De SP was de eerste partij waar ze actief voor werd. Daarna ging ze „snuffelen, heel kort” bij GroenLinks en de PvdA. „Maar ik dacht: dit is het niet. Ik werd continu in de hoek gezet van, je bent vluchteling, een allochtoon, dús ben je zielig en gaan we jou redden. Ik dacht: ik wil niet gered worden, waar ben ik nou slachtoffer van?”

Yesilgöz kreeg die les mee van haar Koerdische ouders, zegt ze, die als vluchtelingen uit Turkije naar Nederland kwamen. „Het verhaal van mijn ouders is zwaar, heftig. Jonge mensen die het goed voor elkaar hadden, zich toch gingen inzetten voor rechten van andere minderheden en daardoor alles moesten achterlaten en met gevaar voor eigen leven en met een gezin hun land moesten verlaten. Ik heb hen nog nooit horen praten over zichzelf als slachtoffer. En dat heb ik zelf dus ook nooit gehad.”

Kun je, denkt u, zélf daarvoor kiezen?

„Ik ben zelf lang geleden ernstig ziek geweest.” Yesilgöz heeft de ziekte van Werlhof, een auto-immuunziekte, maar heeft er na een operatie geen last meer van. „Daar kun je in blijven steken. Maar je kunt ook kiezen: bén ik nu mijn ziekte? De één zal bij iets heftigs meer tijd nodig hebben om dat een plek te geven dan een ander. Maar word jij wat jou is aangedaan of wat jou overkomt? Of ga je verder en wordt het wel een onderdeel van wie je bent, maar is het niet wat jouw identiteit bepaalt?”

Is dat niet heel hard? Iedereen kan die keuze maken?

„Nee, dat is niet hard. Dat is vertrouwen hebben in de kracht van mensen.”

Als de VVD de grootste partij zou worden, krijgt Nederland misschien voor het eerst een vrouwelijke premier. Is dat belangrijk?

„Het wordt wel eens tijd, dat is zeker. Maar het is niet de kaart die ik op tafel leg. Dat heb ik nooit gedaan. Het is onderdeel van wie ik ben. En de combinatie van alles wat mijzelf maakt tot wie ik ben, die zorgt ervoor dat ik dit nieuwe hoofdstuk als een totaal nieuw typetje invul.”

U vindt het helemaal niet belangrijk?

„Wat het wel toevoegt: dat je een heel groot deel van het land laat zien dat dit dus normaal is. Ik denk verder niet dat het iets uitmaakt voor je leiderschapskwaliteit.”

Wordt er anders tegen vrouwen in de politiek aangekeken?

„Er is nóg meer waar je iets van kan vinden, hè. Zo’n tijd is het wel nu. Van de kleur van je schoenen tot hoe hoog je stem klinkt.”

Wat vindt u daarvan?

„Het hoort er helaas bij. En iedereen mag van mij overal een mening over hebben. Zolang het niet dreigend of intimiderend is, of bedoeld is om iemand monddood te maken. Daar zal ik altijd tegen opstaan.”

Yesilgöz was tot nu toe nog niet heel zichtbaar als lijsttrekker. Dat veranderde de afgelopen twee weken door het Israël-Palestinadebat. Ze trad op in talkshows, sprak op de bijeenkomst Samen voor Israël, geregeld door Joodse organisaties. Het viel mensen daar op dat ze geëmotioneerd was. „Hamas is terreur”, zegt ze. „Dat heeft voor mij niks te maken met de Palestijnse zaak. Er zijn mensen die het niet eens zijn met mijn uitgesproken mening. Dat is ook prima.”

Waar kwam uw emotie vandaan, op de Samen voor Israël-bijeenkomst?

„In Turkije, waar de familie van mijn moeder woonde, had je ook veel nakomelingen van gevluchte Duitse Joden. Het ging helaas heel veel over de vervolging, het antisemitisme en alles wat de geschiedenis ons daarover leert. Ik ben opgegroeid met die verhalen. Die werden nog rijker toen ik in Amsterdam Joodse vrienden kreeg en René leerde kennen.”

Dat is haar man, van Joodse afkomst. „Ik hoorde bijvoorbeeld over mensen die een bar mitzvah organiseren voor hun zoon en eerst de beveiliging moeten regelen. Pas daarna kunnen ze nadenken over de hapjes.”

Maakt u zich zorgen over de gevolgen van de oorlog voor Nederland?

„Daar ben ik nu vooral mee bezig. Niet als lijsttrekker, maar als minister van Justitie en Veiligheid. We weten uit de geschiedenis: als het daar heftiger wordt, laait het hier meteen op en krijgt de Joodse gemeenschap een golf van antisemitisme over zich heen.”

Vindt u het ingewikkeld dat mensen ook naar Israël wijzen?

„Ik zie dat mensen er nu heel erg mee bezig zijn: wat moet ik ervan vinden? Maar zo ingewikkeld hoeft het helemaal niet te zijn, als je één front vormt tegen terreur. Ik ben zelf op werkbezoek geweest in Israël, en ook op de Westelijke Jordaanoever. Het leed daar is ook immens. Als ik zeg dat we één front moeten vormen, bedoel ik niet dat ik daarmee ook het hele beleid van de Israëlische regering steun.”