Een primeur komende zondag bij Luik-Bastenaken-Luik, de laatste grote wielerklassieker van het voorjaar: voor het eerst rijden de vrouwen ná de mannen. Bij het finishdoek aan de Quai des Ardennes in Luik worden de mannen – afhankelijk van hun snelheid en het weer – ergens tussen 15.16 en 16.46 uur verwacht. De vrouwen: tussen 17.40 en 18.07 uur. Ook bij de Waalse Pijl, het midweekse Ardennenopwarmertje voor ‘Luik’, was de volgorde dit jaar voor het eerst omgedraaid.
De reden voor dit besluit? „Een zo groot mogelijk tv-publiek”, zegt Pierre-Yves Thouault, plaatsvervangend koersdirecteur bij organisator ASO. De kijkcijfers voor de vrouwenkoers zijn sinds de eerste editie in 2017 volgens hem „niet goed”. De hoop is, zegt Thouault, dat de vrouwen met een latere finish een groter tv-publiek zullen trekken. „Hoe dichter je tegen zes uur ’s avonds zit, hoe meer kijkers.”
Wanneer organiseer je de vrouweneditie van een klassieker? Met de groeiende populariteit van het vrouwenwielrennen wordt die vraag steeds belangrijker. Vrijwel alle grote rondes en eendagsklassiekers hebben nu een wedstrijd voor vrouwen. Wannéér ze die houden, loopt uiteen. Bij Parijs-Roubaix rijden de vrouwen – sinds 2021 – op zaterdag: een dag voor de mannen. Bij de Ronde van Vlaanderen finisht de vrouwenkoers (anno 2004) na die van de mannen op zondag – net als nu dus in Luik.
’Te langzaam’
In de Amstel Gold Race rijden ze ook op dezelfde dag, maar juist vóór de mannen uit. Dat werd zo besloten in 2017, toen de vrouwen voor het eerst in veertien jaar weer een eigen wedstrijd kregen. Bij de laatste editie, in 2003, was het bijna misgegaan: de mannen dreigden de vrouwen in te halen. „De dames reden veel te langzaam”, zegt koersdirecteur Leo van Vliet. „Na afloop dacht ik: zoiets wil ik nooit meer. Toen zijn we opgehouden met de vrouwenwedstrijd.”
Voor de mannen uitrijden kan óók nadelen hebben, zo bleek afgelopen weekend. Na een ongeluk met een motoragent werd de vrouwenkoers van de Amstel Gold Race meer dan een uur stilgelegd. Toen het parcours weer vrij was, moest er flink worden ingekort. De heuvelzone met de zwaarste beklimmingen kon niet meer worden verreden – de mannen kwamen eraan.
„Wat zondag gebeurde, gebeurt bijna nooit”, zegt Leontien van Moorsel, directeur van de vrouwenkoers: het was stomme pech, en op de „kleine postzegel” waarop de Amstel Gold Race verreden wordt, was dit volgens haar de enige oplossing. De rensters hadden na afloop begrip voor het besluit: veiligheid en gezondheid gaan vóór de koers. Toch was de mannenwedstrijd „waarschijnlijk niet” ingekort als de vrouwen eraan kwamen, zegt Iris Slappendel van The Cyclist Alliance, een vakbond voor vrouwelijke renners.
Slappendel is voorstander van een vrouwenkoers ná de mannen. „Als je na de mannen komt, is het voor het publiek makkelijker om voor de tv te blijven zitten of langs het parcours te blijven staan.” Een andere prettige bijkomstigheid: je hoeft als renster op de dag van de koers niet hondsvroeg je bed uit. In Luik-Bastenaken-Luik en de Waalse Pijl, twee lange koersen, startten de vrouwen in het verleden al om negen uur ’s ochtends. „Dan moet je dus om vijf uur, half zes opstaan. Je lichaam moet wakker worden en je wil drie uur voor de start gegeten hebben. Bij het vertrek is er ook helemaal geen sfeer: behalve een handjevol overfanatieke fans is er nog niemand.”
Toch snapt Slappendel ook dat er „niet één formule” bestaat voor het combineren van vrouwen- en mannenraces. Organisatoren moeten rekening houden met tal van andere factoren, zoals tv-contracten en de eisen van lokale autoriteiten. Bij Parijs-Roubaix, zegt Pierre-Yves Thouault van ASO, is het onmogelijk de mannen- en de vrouwenkoers op één dag te houden. „Op zondag hebben we ook de wedstrijd voor junioren en beloften. Daar past niet ook nog een vrouwenrace bij.” Bij de Amstel Gold Race is koersen op de zaterdag juist „geen optie”, zegt wedstrijddirecteur Van Moorsel: dan zijn de Zuid-Limburgse hellingen gevuld met meer dan 15.000 recreanten die de toerversie rijden.
Eigen koers
Ook over de aandacht van het tv-publiek lopen de meningen uiteen. De veronderstelling van de ASO over betere kijkcijfers bij een latere start is „niet waar”, zegt Van Moorsel. Bij de Amstel Gold Race hadden de vrouwen vorig jaar „evenveel of zelfs meer kijkers dan de mannen”, terwijl ze eerder op de dag reden. „Dus daar gaan we niets aan veranderen.”
De klachten van rensters over vroeg opstaan noemt Van Moorsel „echt gelul”. „Alsof het prinsessen zijn. Je lichaam is toch ingesteld op ’s ochtends fietsen? Bij ons starten ze om vijf voor tien, een heel christelijke tijd.”
Van alle grote klassiekers hebben alleen de Italiaanse ‘monumenten’ Milaan-San Remo en de Ronde van Lombardije nog steeds geen vrouweneditie. Of die ooit op de wielerkalender zullen verschijnen, en zo ja wanneer, weet niemand: organisator RCS hult zich in stilzwijgen. „Het lijkt ze niet erg te boeien”, zegt Iris Slappendel van de Cyclist Alliance.
Het vrouwenwielrennen moet er wel voor waken „de mannen helemaal te kopiëren”, waarschuwt Slappendel. Ze wijst erop dat de vrouwen ook eigen koersen hebben, zoals de Trofeo Alfredo Binda – en dus hoeft hun kalender niet identiek te zijn aan die van de mannen. „Dat werkt misschien op de korte termijn, maar op de lange termijn loop je tegen dezelfde problemen aan als de mannen, zoals onevenredige afhankelijkheid van sponsoren.”