In juni 1944 werd in de administratiebarak van Kamp Westerbork, waarvandaan wekelijks treinen met gevangenen naar de vernietigingskampen in het oosten vertrokken, een opera opgevoerd, geschreven en gespeeld door Joodse gevangenen. Ze kregen daar toestemming voor van kampcommandant Gemmeker – in ruil voor uitstel van transport naar het oosten.
Gemmeker zat op de eerste rij. Hij heeft gelachen, volgens historicus Ad van Liempt, die in de podcast aan het woord komt, maar niet geklapt, Duitsers klapten niet voor Joden.
Ludmilla was een parodistische opera, er zaten dubbele bodems en verwijzingen naar de naziterreur in. Vlak na de opvoering werden de makers op transport gesteld. Moesten ze hun daad van verzet met de dood bekopen en waarom kozen ze voor een opera en niet voor cabaret? Ze hadden al vaker cabaretvoorstellingen in de administratiebarak opgevoerd.
In 2012 werd de handgeschreven partituur van de opera teruggevonden, in de nalatenschap van de Joodse pianist-schrijver Ida Simons. Zij zat ook in Westerbork en overleefde de oorlog. In deze zeer indrukwekkende podcast komt de opera tot leven en horen we hoe hij geklonken heeft. Kromer laat hem opvoeren op de plaats van toen, Kamp Westerbork.
Op 5 mei 2013 werd de populairste Curaçaose politicus van dat moment, Helmin Wiels, op klaarlichte dag doodgeschoten op het strand bij Willemstad. Natasja Gibbs was in die tijd correspondent op Curaçao. Elf jaar na dato vindt ze dat het tijd wordt antwoorden te zoeken op vragen die nog altijd leven. Want er zijn destijds drie mensen voor de zaak veroordeeld, de schutter, een moordmakelaar en de opdrachtgever voor de moord, een voormalig minister, maar toch denken veel mensen dat daarmee de zaak niet is opgelost. Waarom moest Wiels dood, vragen ze zich nog altijd af en waarom durven veel mensen nog steeds niet over de moord te praten?
Gibbs spreekt in Nederland en op Curaçao met betrokkenen en nabestaanden, waaronder Wiels’ zoon, Helmin Junior (die praat in raadselen) en Wiels’ broer Aubert – hij moet alle antwoorden hebben, volgens Junior. Het lukt Gibbs zelfs om in de gevangenis de opdrachtgever, ex-minister George Jamaloodin, te interviewen.
Waarom?
We krijgen een goed beeld van de enorme impact die de moord gehad moet hebben, en nog steeds heeft, op de bewoners van een klein eiland en we leren de radicale politicus Wiels kennen, die veel vrienden had, maar ook veel vijanden.
Na een reis van zes afleveringen kunnen Junior en Aubert Wiels (die nota bene bevriend was met de ex-minister, ze groeiden op in de arme wijk Steenrijk, waar vrienden broers zijn) niet anders dan concluderen dat ze zich moeten neerleggen bij de waarheid. Maar waarom, waarom die moord?
De podcast gaat niet over het aan het licht brengen van nieuwe feiten, maar over het onder ogen zien en verwerken van de onvermijdelijke, keiharde werkelijkheid.
Ze was perfect. Haar kapsel, make-up, kleding en accessoires, haar menu- en cadeaukeuzes, handgebaren en hoofdknikjes: vanaf de jaren 40 gold de New Yorkse socialite Barbara ‘Babe’ Paley (1915–1978) als het ultieme stijlvoorbeeld voor Amerikaanse vrouwen met sociale ambitie. Dankzij haar huwelijk met mediamagnaat Bill Paley baadde de als Barbara Cushing geboren it-girl in weelde, met vier buitenverblijven, een New Yorks appartement vol Louis XVI-antiek, een kunstcollectie en kasten vol haute couture. De Paleys ontvingen politici, prinsessen en filmsterren; Babe was het ongenaakbare middelpunt.
Het vergt een haast bovenmenselijke inspanning om dag in, dag uit een plaatje van smetteloze elegantie te presenteren, geklonken aan een man die niet doet aan huwelijkse trouw – en dus kwam auteur, causeur, charmeur en roddelkoning Truman Capote voor Babe Paley als geroepen. Na hun toevallige ontmoeting halverwege de jaren vijftig groeide de schrijver van Breakfast at Tiffany’s en In Cold Blood uit tot haar vertrouweling en beste vriend; de details over haar chronisch overspelige echtgenoot kon ze zonder gêne bij hem kwijt. Geestige, stoute maar trouwe Truman werd de vaste tafelgenoot van Babe en haar groepje chique vriendinnen, samen de ‘Swans’ genoemd.
Twintig jaar en talloze lunches, feesten en vakanties verder blies Capote zijn felbegeerde positie in hun midden eigenhandig op: in november 1975 publiceerde maandblad Esquire ‘La Côte Basque, 1965’, een voorproefje van wat zijn meesterwerk over de New Yorkse high society moest worden, met de werktitel Answered Prayers. Restaurant La Côte Basque was een vaste ontmoetingsplaats van de Swans; hun gesprekken leken letterlijk te zijn overgenomen. De huwelijksgeheimen van de Paleys lagen op straat – ondanks Capote’s gebruik van schuilnamen waren ze makkelijk herkenbaar.
Voor de Swans en hun machtige echtgenoten was dit doorbreken van de zwijgcode onvergeeflijk: Capote was zijn plaats als hofnar voorgoed kwijt. Paley was al ziek op het moment van publicatie en stierf drie jaar later aan longkanker; op haar tot in de puntjes gestileerde uitvaart was Capote niet welkom. In de zes daaropvolgende jaren dronk hij zich langzaam dood, zonder het boek waar het allemaal om begonnen was af te maken.
Gekwetste zielen
Wat trok deze twee gekwetste zielen in elkaar aan? Waarom verkoos Paley de schijn van een koud huwelijk boven de vriendschap van de enige man bij wie ze zichzelf kon zijn, en waarom ontbrak het Capote aan de kracht om het establishment dat hem zo plotseling weer buitensloot de genadeklap te verkopen met een dikke, ontluisterende sleutelroman?
De tv-serie Feud: Capote vs. The Swans neemt acht, bijna een uur lange, afleveringen de tijd om dit soort vragen te stellen en uit te diepen; Naomi Watts als Babe Paley en Tom Hollander als Capote spelen misschien wel hun beste rollen ooit, in decors en kostuums die de kijker onmiddellijk naar een lang vervlogen, über-gesoigneerd New York transporteren. Wie houdt van seventies-mode, doorrookte lunches van schitterend opgediende (slechts mondjesmaat genoten) vleesgerechten en verontwaardigd gemompel over het verdwijnen van de hoed en de handschoen uit het straatbeeld, om maar een van de vele geestige details te noemen, zal genieten van dit door Ryan Murphy geproduceerde tv-drama. Hollander’s Capote doet niet onder voor eerdere vertolkingen, zelfs die van Oscarwinnaar Philip Seymour Hoffman (Capote, 2006). Hier is hij meer mens dan gekweld genie; een verwend, vilein, maar ook hartverscheurend eenzaam mens.
Capote vs. The Swans is het tweede seizoen van Feud, Murphy’s reeks over beroemde vetes uit de Amerikaanse popcultuur die integraal te zien is op Disney+. Het eerste seizoen gaat over de jarenlange concurrentiestrijd tussen filmsterren Bette Davis (gespeeld door Susan Sarandon) en Joan Crawford (Jessica Lange). Bij een Murphy-productie liggen camp en hysterie altijd op de loer, maar qua toon en tempo doet Capote vs. The Swans eerder aan The Crown denken, waarin gedetailleerd historisch onderzoek eveneens het opstapje vormt voor fictieve dialogen en zelfs geestverschijningen.
In Feud maakt Capote’s dode moeder haar opwachting (opnieuw Jessica Lange, ze is een van Murphy’s favorieten) en komt auteur James Baldwin (Chris Chalk) over uit Frankrijk om te proberen Truman uit zijn dronken depressie en terug naar de schrijftafel te sleuren.
De door scenarist Jon Robin Baitz geheel uit de duim gezogen gesprekken tussen de twee (Capote en Baldwin kenden elkaar wel, maar wisselden voornamelijk sneren uit) zijn niettemin een interessant gedachtenexperiment: wat als Capote zijn positie als outsider werkelijk te gelde had gemaakt, zoals Baldwin hem hier opdraagt, en ook de homofobie en het racisme van zijn voormalige vriendenkring aan de kaak had durven stellen?
Ondanks deze creatieve rijkdom begint het je zelfs als bovengemiddeld geïnteresseerde kijker na een aflevering of vier te dagen dat Capote en zijn zwanen in herhaling vallen: het scenario is simpelweg te lang. Truman’s alcoholisme en writer’s block en Babe’s ijzige volharding tijdens haar uitzichtsloze kankerbehandelingen worden steeds opnieuw, net iets anders belicht en verwoord. Dankzij regisseur Gus van Sant, die voor zes afleveringen tekende, en het uitmuntende acteerwerk blijft het toch een levendig geheel: de Swans worden vertolkt door een verrukkelijk ensemble van sterren uit de jaren tachtig en negentig die we al veel te lang niet meer in een volwaardige rol hebben gezien.
Molly Ringwald, Demi Moore, Calista Flockhart, Diane Lane en Chloë Sevigny leven zich met zichtbaar genoegen in; vooral Flockhart valt op als een verbitterde Lee Radziwill, de zus van Jackie Kennedy. Méér werk voor deze generatie ervaren acteurs, graag. Aan Ryan Murphy zal het niet liggen. Hij houdt van zijn Swans.
Komiek Jerry Seinfeld heeft heel wat tv-optredens gedaan in zijn leven, maar zoiets als Everybody’s in L.A. heeft hij niet eerder meegemaakt. „Dit is het raarste programma waar ik ooit te gast ben geweeest”, zegt hij tegen gastheer John Mulaney. In tegenstelling tot de andere Amerikaanse talkshows hangt er een chaotische en spontane sfeer in de studio die zo samengevat kan worden: we hebben geen idee wat we precies doen, maar we zijn hier omdat Netflix het wel een geinig idee vond om een absurdistisch, wereldwijd live uitgezonden praatprogramma te maken.
De streamingdienst organiseert in Los Angeles een groot festival onder de vlag Netflix Is a Joke en grijpt dat evenement aan om verder te experimenteren met live-televisie, iets wat de streamingdienst eerder onder meer deed met het tennisevenement The Netflix Slam. De komende tijd zullen er meer van dit soort uitzendingen komen: in juli organiseert de streamer een bokswedstrijd tussen voormalig wereldkampioen Mike Tyson en influencer Jake Paul. En vanaf 2025 zendt Netflix wekelijks het showworstelen uit van WWE (World Wrestling Entertainment).
Maar eerst dus Everybody’s in L.A. Iedereen die iets voorstelt in de Amerikaanse comedywereld is in de stad en daarom kan Mulaney, zelf ook een succesvol stand-upcomedian, een hele lading aan komieken in de studio ontvangen om over onderwerpen te praten die iets met Los Angeles te maken hebben. Elke aflevering heeft bewust een saai thema: in aflevering 2 staan palmbomen centraal.
Verslaving
Waarom de goed geklede en jongensachtige veertiger Mulaney ‘ja’ heeft gezegd tegen het programma? „Geen idee, maar op deze manier heb ik iets om handen. En structuur is essentieel voor mij”, vertelt hij aan begin van de eerste aflevering. De komiek worstelde een tijd met een stevige drugsverslaving. Aan een interventie door zijn vrienden en de pijnlijke weg naar nuchterheid wijdde hij de scherpe stand-upspecial Baby J (2023, ook op Netflix).
Everybody’s in L.A. is vooralsnog niet meer dan een experiment van een week, met in totaal zes afleveringen tot en met zaterdag 11 mei. De eerste afleveringen die door Netflix zijn uitgezonden (om 4.00 uur ’s nachts Nederlandse tijd, ook terug te kijken) vormen echter een sterk argument om Mulaney zo snel mogelijk een vaste talkshow te geven.
De komiek gedijt zeer goed in de hectische setting van live-tv en improviseert er lustig op los terwijl de technische problemen zich opstapelen. Om te bewijzen dat de uitzending echt live is, kunnen kijkers inbellen en spreekt hij via videoverbinding met kijkers in verschillende delen van de wereld. Als iets niet werkt, schakelt hij snel door. „Bedankt, dit was niet wat ik wilde”, concludeert hij als de verbinding met een paar verbouwereerde Parijzenaren niet meteen iets oplevert. Typisch Mulaney, die speels charisma en botte (gespeelde) arrogantie combineert. Andere elementen, zoals vooraf gefilmde sketches en muzikale optredens, voelen minder fris.
In aflevering 2 worden reacties op de eerste uitzending doorgenomen. Men is gecharmeerd door het impulsieve en willekeurige karakter van het programma. Mulaney: „Eigenschappen die me een paar jaar geleden bijna fataal werden.”
Voor wie de podcast History of Ideas van David Runciman (die ik hier bespreek) te cerebraal is en wie tijdens het luisteren ook nog routineuze handelingen wil kunnen uitvoeren als strijken, de afwas of de administratie, kan uitwijken naar Philosophize This!Daarin behandelt podcaster Stephen West behalve filosofieën over niet-politieke verschijnselen dezelfde denkers als Runciman, maar met meer lucht. Zeg maar: iets losser uit de pols. Niet voor niets is West geen universitair aangestelde intellectueel die een microfoon heeft gevonden, zoals gangbaar in het genre, maar een voormalig magazijnmedewerker. Hij mocht tijdens het sjouwen een koptelefoon op en luisterde uren en uren naar luisterboeken en filosofiecolleges. Hij dacht: dat kan ik zelf ook. En aantrekkelijker. Of althans: begrijpelijker. Hij kreeg gelijk. Wie zelf wil beoordelen of West met zijn simplificaties toch evenveel recht doet aan de grote politieke denkers als Runciman, kan wellicht opnieuw beginnen bij Thomas Hobbes, afleveringen 26 en 27 van inmiddels 200 afleveringen. Vergelijk en oordeel zelf.
De beste podcast over de grondleggers van alle moderne politiek is nog altijd History of Ideas, een 27-delen tellende serie die deze week alweer precies drie jaar geleden eindigde. Na een belachelijk bombastische openingstune is het prettige, tikje melancholische stemgeluid te horen van politicoloog David Runciman.
Telkens neemt hij het belangrijkste politieke boek van één denker door, van Friedrich Nietzsche tot Hannah Arendt en van Mary Wollstonecraft tot John Rawls of Jean-Jacques Rousseau. Bijzonder knap is niet alleen hoe hij Runciman in meestal minder dan dertig minuten kraakhelder hun ideeën uitlegt, maar ook hoe hij dat verbindt aan hun leven en tijdsgewricht. Bij welke aflevering te beginnen? Misschien gewoon bij het begin. Runciman slaat Plato, Aristoteles en Machiavelli over en start bij Thomas Hobbes en zijn boek Leviathan. Waarom? Ook dat legt hij glashelder uit.
De een was ooit een actief lid van de conservatieve beweging, de ander was altijd al links. Samen praten Matthew Sitman en Sam Adler-Bell, meestal met een even eloquente en erudiete gast, over ontwikkelingen en mensen die rechts Amerika vleugels geven. Soms zijn dat fenomenen die in Europa ook de krant halen, als Taylor Swift en de rechtszaken tegen Trump. Maar vaak zijn het – en dat zijn beste afleveringen – gesprekken over hier minder bekende helden op rechts, als Irving Kristol, William F. Buckley en Norman Podhoretz.
Door de diepgaande belangstelling voor de gedachten van deze rightwing highbrow intellectuals is het soms nauwelijks voor te stellen dat beide podcasters de liberaal-linkse zaak zijn toegedaan. Neem de prachtige aflevering over Whittaker Chambers. Matt en Sam brengen deze communistische spijtoptant die hielp communistische spionnen te ontmaskeren met zoveel liefde tot leven dat iedere politieke junkie, rechts of links, daarna de backlist in zal duiken met zo’n 200 andere afleveringen.
„Als je wil dat de NPO wordt wegbezuinigd, vooral zo doorgaan met deze app”, schreef een klager op recensiesite Trustpilot. Een ander: „Onvoorstelbaar slecht… Zo jammer, want het achterliggende aanbod is de moeite waard.”
Na de lancering eind vorig jaar van een nieuwe app voor NPO Start, het streamingplatform van de publieke omroep, regende het klachten van gebruikers. Een serie weggevallen functies leidde al snel tot slechte waarderingen op beoordelingswebsites. Van 1.300 beoordelingen van NPO Start op Trustpilot heeft ruim 90 procent één ster, op een schaal tot vijf.
De nieuwe NPO Start app werkte plotsklaps niet meer op oudere smart-tv’s van Samsung, LG Philips en Sony. Daarnaast kende de app zelf veel gebreken, zoals het weggevallen van opgeslagen favoriete programma’s, een manke zoekfunctie, storingen met Apple TV en, in mindere mate, met Android. Begin februari beloofde de NPO herstel van de problemen binnen twee weken, maar pas na twee maanden was vrijwel alles verholpen. Zo is het sinds april weer mogelijk om favoriete programma’s op te slaan, maar het weggevallen aparte profiel voor kinderen is nog steeds niet beschikbaar. „We stonden onder grote tijdsdruk, er is terecht zo veel geklaagd”, zegt de leider van NPO Start, Mezen Dannawi.
Instortingsgevaar
Dannawi begon bij de publieke omroep als dj bij jongerenradiostation FunX en leidt NPO Start sinds 2017. Hij is technisch afhankelijk van het team van Sebastiaan Popma, producteigenaar van NPO Start.
Waarom die haast met de introductie in november vorig jaar? Dannawi en Popma wijzen op de noodzaak van een grote „dubbele vernieuwing”: de app met al zijn functies moest tegelijkertijd vernieuwd worden met de infrastructuur waarop die app draait. „Het platform had instortingsgevaar bij grote aantallen kijkers tegelijkertijd, zoals bij voetbalwedstrijden en verkiezingsuitslagen”, aldus Popma. De continuïteit van de infrastructuur had prioriteit boven de functionaliteit van de app.
Maar waarom dan een nieuwe app lanceren waarin oude functies ontbraken? „We moesten wel live gaan met de nieuwe app in november. Het aflopende contract met een externe partij mochten we vanwege aanbestedingsregels niet verlengen. De auto moest blijven lopen, het dashboard moesten we dan maar noodgedwongen incompleet introduceren.” Omdat de publieke omroep vanuit de overheid wordt gefinancierd vallen facilitaire uitgaven onder Europese aanbestedingsregels, tv-programma’s zijn daarvan uitgesloten.
De nieuwe app zou betere ‘personalisatie’ brengen met aanbevelingen op grond van ‘smaken’. Maar ook daarover wordt geklaagd door gebruikers op recensiewebsites. De aanbevelingen zijn in de praktijk vaak irrelevant. Zo krijg je na het bekijken van Indonesia Roept vijf series over Indonesië aanbevolen of na De Joodse Raad nog meer oorlog. Terwijl je even genoeg hebt.
Lees ook Baby Reindeer, Ripley en Fallout – dit zijn de beste series van het moment
Dannawi en Popma hebben er echter vertrouwen in dat de aanbevelingen na de moeilijke introductieperiode een grote verbetering zullen zijn. Ze zijn geënt op waarderingen van programma’s door een panel met 10.000 Nederlanders, met acht waarden waaronder ‘gevarieerd’ en ‘betrouwbaarheid’. Dat zet NPO om in een algoritme dat individuele kijkers aanbevelingen biedt.
Dannawi: „Daar zijn we trots op, want we hebben samen met universiteiten het algoritme laten bouwen met publieke waarden als pluriformiteit en verbreding van interesses, met een representatief panel. Anders dan commerciële algoritmes die meer van hetzelfde aanbevelen voor maximale kijktijd. Dus wij gebruiken data om je te bedienen, niet om aan je te verdienen.”
Veel hoger budget
NPO Start biedt gratis zeven dagen lang programma’s van NPO-zenders, die ook live online beschikbaar zijn. Abonnees van NPO Plus betalen 2,95 euro per maand om programma’s een jaar lang te kunnen terugkijken en series eerder te kunnen zien dan op lineaire tv.
De ruim 35 euro per abonnee per jaar levert de NPO met het huidige aantal gebruikers 28 miljoen euro op. Dat wordt vooral aan extra rechten uitgegeven omdat programma’s voor Plus-abonnees een jaar lang beschikbaar moeten zijn, aldus de NPO. De publieke omroep maakt niet bekend aan welke programma’s en rechten het geld precies wordt besteed.
Zoals krantenuitgevers strijden met Meta, Google en TikTok, zo treffen NPO, RTL en Talpa giganten als Netflix, HBO Max en Prime. Publiek geld en kennis en ervaring van taal, cultuur, kijkvoorkeuren, en originele producties moeten de NPO sterk houden. En: investeringen in eigen streamingdiensten. In de NPO-begroting voor 2024 is 75 miljoen euro uitgetrokken voor NPO Start, 30 miljoen meer dan in 2023. Dit gaat ten koste van het budget voor lineaire televisie.
We moesten wel live gaan met de nieuwe app in november
Dat extra geld gaat vooral naar nieuwe streamingseries, specifiek voor NPO Start en ontsluiting van omroeparchieven. Bijvoorbeeld van programma’s als Andere Tijden, dat nu nog noodgedwongen naar YouTube verwijst. Daarnaast onderzoekt de NPO het samengaan van Start (video) en Luister (radio/podcast), een dienst die de Vlaamse publieke omroep VRT al aanbiedt.
De NPO weet begin april nog niet hoe het hoge budget voor ‘Start-only’-titels’ voor 2024 wordt verdeeld. „We zitten midden in de intekening door omroepen. We vragen vooral spannende, doorlopende verhalen zonder wekelijkse spanningsboog, die meer binge-waardig zijn. En gericht op publieksgroepen die lineair afhaken, vooral jongeren”, zegt Dannawi.
De Britse schrijver Neil Gaiman heeft het geluk dat hij slechts ‘langzaamaan’ beroemd is geworden, schreef hij afgelopen week nog op het socialemediaplatform Bluesky. Hij begon als journalist, werd stripboekenschrijver en tuimelde daarna de wereld van de romans in. Daar hád hij kunnen blijven. Maar Hollywood ontdekte zijn werk halverwege de jaren nul. Sinds het succes van kinderfilm Coraline (2009) rolt de kei van Gaimans beroemdheid steeds sneller naar beneden.
Werk van Gaiman is nou eenmaal onmiddellijk herkenbaar: hij verbindt in al zijn boeken oude sprookjes met moderne verhalen. Wat gebeurt er als de mens in aanraking komt met het mythische? Wat kan dat ons vertellen over het menselijk hart? Wie antwoord wil op die vraag, kan op dit moment bij drie nog lopende tv-series terecht: het humoristische Good Omens (2019) dat christelijke dogma’s onder de loep neemt, het episch-duistere maar diep humanistische The Sandman (2022) en, sinds afgelopen week, jongerenserie Dead Boy Detectives, gebaseerd op Gaimans strips en geleid door tv-schrijver Steve Yockey, dat een young-adultsausje uitgiet over de gebruikelijke Gaiman-thematiek.
Zestienjarigen Edwin Paine (George Rexstrew) en Charles Rowland (Jayden Revri) zijn beste vrienden die samen vanuit hun kantoortje in Londen mysteries oplossen. Ze hebben slechts één regel: ze nemen alleen zaken aan die niemand anders kan oplossen. Want: Edwin en Charles zijn allebei al decennialang dood, ontsnapt aan het hiernamaals, en kunnen gaan waar niemand anders kan gaan.
In de eerste aflevering lopen ze Crystal Palace (Kassius Nelson) tegen het lijf, een tienermeisje met paranormale gaven en een blanco geheugen. Terwijl ze Crystal proberen te helpen, raakt het tweetal verwikkeld in een reeks grotere mysteries – en worden ze op de hielen gezeten door zowel de woedende heks Esther (Jenn Lyon) als een ambtenaar van het hiernamaals, gespeeld door Ruth Connell.
Dead Boy Detectives is puur Gaiman, met zijn charmante personages vol eigenaardigheden die met goede moed het bovennatuurlijke en het traumatische tegemoet treden. Sommige acteurs grijpen de kans met beide handen aan – zeker Jenn Lyon, die de ijdele, ongevoelige Esther zo volpropt met charisma dat je je ogen moeilijk van haar kan afwenden. Anderen, zoals Nelson, worstelen zichtbaar met de gestileerde dialogen. En tja: de grappen (geslaagd en minder geslaagd) volgen elkaar soms wel heel snel op.
Gelukkig weet het centrale duo wel raad met de materie. De ingetogen, bitse Edwin (gestorven in 1916) krijgt in handen van Rexstrew een fijn emotionele ondertoon terwijl hij worstelt met zijn seksualiteit en de gruwelen van de hel waaraan hij ontsnapt is. De gemakkelijke charme van jarentachtigkindje Charles houdt de serie warm, zonder dat Revri de energie van zijn onderhuidse woede uit het oog verliest.
De chemie tussen die twee blijkt van levensbelang. Merkbaar heeft de serie moeite om het juiste tempo te vinden. De eerste paar afleveringen vliegen lekker voorbij, met elke keer een interessant mysterie dat aan het einde is opgelost. Zodra het centrale verhaal rond de heks en de ambtenaar weer bovendrijft, racet Dead Boy Detectives te hard door het plot (een belangrijke verhaallijn draait om een personage dat wel héél snel gevoelens voor Edwin ontwikkelt) of slentert het juist. Misschien was dit wel beter een ‘mysterie van de week’-reeks gebleven.
Lhbti-thema’s
Maar gelukkig gaat het niet altijd mis: zo maakt schrijver Steve Yockey dankbaar gebruik van connecties met ander Gaiman-werk. De twee detectives werden ooit geïntroduceerd als onderdeel van strip The Sandman, maar in eerste instantie mocht Yockey vanwege rechtenkwesties niet verwijzen naar de Netflix-verfilming van de Sandman-strips. Dead Boy Detectives zou namelijk op de concurrerende streamingdienst HBO Max worden getoond als spin-off van een andere stripverfilming, Doom Patrol. Met de verhuizing naar Netflix zat Dead Boy Detectives ineens in dezelfde stal als Sandman, en Yockey greep zijn kans. Hij vroeg Gaiman om een aantal scènes met Sandman-personages op papier te zetten. De haakjes met Sandman verdiepen de centrale vragen van de reeks over menselijkheid en het hiernamaals zónder onmiddellijk het tempo weer omlaag te trekken.
Hoewel Gaiman nauw betrokken was bij zowel Good Omens als The Sandman, blijft hij hier verder op de achtergrond. Toch is het lastig om deze reeks niet in het verlengde van die twee te zien. Al is het maar omdat de queerheid van zijn werk steeds nadrukkelijker aanwezig is: Gaiman, zelf heteroseksueel maar zeer betrokken met de lhbti-gemeenschap, verwerkt al sinds de jaren tachtig homo- en biseksuele en transgender personen in zijn verhalen. Hollywood leek wat bangig om dat aspect van zijn boeken aan te raken.
Met een enkele zijverhaalijn in de Gaiman-boekverfilming American Gods (2017) begon daar verandering in te komen. Toch werd Gaiman na het eerste seizoen van Good Omens nog beticht van ‘queerbaiting’, het hinten op homoseksuele relaties zonder van plan te zijn om er ooit iets mee te doen. Dat gebeurt sinds de jaren negentig veel in genreseries die wél een lhbti-publiek willen aanspreken, maar bang zijn om andere kijkers af te stoten. In seizoen twee maakte hij de hints expliciet. Ook The Sandman ging de queerness van verschillende personages niet uit de weg.
Dead Boy Detectives voelt als een vervolgstap: zowel in verschillende bijpersonages als in de complexe, moeilijk te definiëren vriendschap tussen Edwin en Charles. Er bungelt geen queer lokaas aan deze hengel; dit is een flinke maaltijd voor Gaimans groeiende lhbti-fanleger.
Het was een buitengewone gebeurtenis: het radicaal-rechtse Duitse magazine Compact riep kiezers op om de radicale anti-immigratiepartij Alternative für Deutschland (AfD) financieel te steunen bij de komende Europese en regionale verkiezingen. „Laten we helpen om veel nieuwe stemmers voor de AfD te werven”, schreef de hoofdredacteur van het maandblad, Jürgen Elsässer, eind januari bij zijn oproep geld in te zamelen.
Ongeveer 60.000 euro was al binnen, nog eens 30.000 euro ontbrak om een groot concertpodium te financieren, waarmee AfD-politici door het land zouden reizen en bij de verkiezingen voor een „rechtse golf” in Duitsland zouden moeten zorgen. Maar dat lijkt er niet van te komen.
Volgens interne rapporten van de AfD, waaruit de Berlijnse krant taz citeert, moet de radicaal-rechtse partij de geplande donatie van Compact afwijzen, als ze zelf niet in de problemen wil komen. De partij gaat ervan uit dat de donaties niet zijn toegestaan, omdat de oorspronkelijke donateurs anoniem blijven. Zogeheten ‘stroman-donaties’, waarbij de geldgevers onbekend blijven, zijn illegaal onder de Duitse partijenwetgeving. De AfD werd in 2021 al eens veroordeeld tot een boete van 400.000 euro vanwege een illegale partijdonatie.
Lees ook Politicus pleit voor verbod van de AfD
Radicaal-rechtse media, die zoals in het geval van Compact actief politieke partijen steunen, zijn wijdverbreid in Duitsland. Volgens een wetenschappelijk onderzoek uit 2022 heeft het maandblad met ongeveer 600.000 maandelijkse websitebezoekers en 33.000 volgers op X, niet eens de meeste lezers. Media als Reitschuster en Tichys Einblick zijn tijdens de coronapandemie gegroeid en halen ongeveer 5 miljoen websitebezoekers per maand en hebben elk meer dan 100.000 Twitter-volgers en YouTube-abonnees.
Felix Schilk doet aan de universiteit van Tübingen onderzoek naar rechtse platforms in Duitsland en Europa. Hij specialiseert zich in de marktomstandigheden waarin ze afgelopen jaren tot bloei zijn gekomen.
Duitsland heeft zo’n vijftien media in het radicaal-rechtse spectrum. Hoe overleven ze in tijden van financiële problemen in de hele mediabranche?
„De markt is sterk gediversifieerd. Nieuwe online projecten richten zich op de typische neonazistische, geschiedenisrevisionistische onderwerpen, maar hebben daarnaast ook een populistische uitstraling. Ze proberen te schrijven over onderwerpen die ook conservatieve kiezers die CDU stemmen aanspreken.
„Een andere ontwikkeling is dat er de afgelopen tien jaar veel nieuwe media zijn opgericht met steun van rijke ondernemers, zoals momenteel te zien is bij het rechtse platform Nius van voormalig Bild-hoofdredacteur Julian Reichelt. Zijn project wordt gesteund door de Duitse miljardair Frank Gotthardt.”
Hoe verklaart u die ontwikkeling?
„Het gaat erom invloed uit te oefenen op het politieke discours. Magazines als Compact of Nius hebben niet zo veel last van de moeilijke marktomstandigheden, omdat ze meer opiniebedrijven zijn dan klassieke media. Compact heeft naast tijdschriften ook een webshop, organiseert conferenties, gaat naar demonstraties.
„Deze radicaal-rechtse media leven daarnaast deels ook van donaties. Er zijn veel radicaal-rechtse mensen die welgesteld zijn, middelgrote ondernemers bijvoorbeeld. Zij voeden de beweging. Een groot onderzoek van Der Spiegel toonde onlangs aan dat enkele ondernemers bedragen van vijf tot zes cijfers aan Compact doneren.”
TikTok verandert het mediagebruik van veel mensen volledig. Heeft dit ook invloed op de radicaal-rechtse media in Duitsland?
„Ik ben nog niet echt gestuit op nieuwrechtse media op TikTok. De AfD is wel erg aanwezig op het medium. We weten dat de AfD veel geld investeert in haar TikTok-strategie en dat toespraken in het parlement en televisieoptredens zich goed lenen om vervolgens in stukjes op TikTok te worden geüpload.”
Hoe kon er zo’n markt voor nieuwrechtse media ontstaan? Hebben traditionele media bepaalde onderwerpen laten liggen, een lacune laten ontstaan?
„Ik heb een probleem met de term ‘lacune’. Natuurlijk voorzien radicaal-rechtse media in een behoefte, maar dat is een breed begrip. Er is ook behoefte aan afleiding, aan reclame, aan sensationeel nieuws. Het is alleen de vraag hoe je daarmee omgaat, of je deze behoeften versterkt.”
Je hoeft alleen maar het onderwerp te kiezen, maar in welke grote verhalen je het plaatst, met welke vijandbeelden je werkt, dat is eigenlijk altijd hetzelfde. Daarom wordt het internet overspoeld met deze platforms.
Wat bedoelt u daarmee?
„Radicaal-rechtse media zijn een heel eenvoudig te maken product, omdat de makers niet veel onderzoek hoeven te doen of zorgvuldigheid hoeven te tonen. In principe staat wat ze schrijven al min of meer vast. Je hoeft alleen maar het onderwerp te kiezen. In welke grote verhalen je het plaatst, met welke vijandbeelden je werkt, dat is eigenlijk altijd hetzelfde. Daarom wordt het internet overspoeld met deze platforms.”
Na een onthulling dat er door Duitse politici van onder meer de AfD werd gesproken over deportaties van migranten en mensen met een migratie-afkomst, protesteerden wekenlang elk weekend duizenden mensen tegen de AfD. Hebben deze demonstraties invloed op de berichtgeving in de rechtse media?
„Vrij snel werd geprobeerd het verhaal een andere kant op te duwen en de reputatie van Correctiv, het onderzoekscollectief dat de onthullingen deed, in twijfel te trekken. In radicaal-rechtse media verschenen toen verhalen dat er een samenwerking was tussen Correctiv en Facebook. Dat klopt, maar het is niet problematisch. Facebook werkt met veel fact checkers samen om zijn algoritmes beter te maken in het detecteren van desinformatie.”
U analyseert radicaal-rechtse mediaplatforms in Europa. Ziet u overeenkomsten tussen de landen?
„De zogenoemde ‘alternatieve media’ die in Europa circuleren, houden elkaar in de gaten. Ze leren van elkaar, behandelen vergelijkbare onderwerpen en interviewen zelfs dezelfde mensen.
„Onlangs onthulde de Tsjechische inlichtingendienst dat het radicaal-rechtse, Europese nieuwsplatform Voice of Europe wordt gefinancierd door Rusland. Rechtse parlementsleden in het Europees Parlement zoals het AfD-lid en lijsttrekker Maximilian Krah (van wie een medewerker onlangs gearresteerd is op verdenking van spionage voor China) worden beschuldigd van het verspreiden van Russische propaganda. Dat soort dingen draagt bij aan een overeenstemming van de standpunten van radicaal-rechtse alternatieve media in Europa.”