De Verenigde Staten hebben donderdagvond sancties aangekondigd tegen Abdel Fattah al-Burhan, de Soedanese regeringsleider en het hoofd van het staatsleger. In een verklaring beschuldigen de VS de leider van Soedanese troepen ervan oorlogvoering met de paramilitaire Rapid Support Forces (RSF) boven vredesonderhandelingen te plaatsen, dodelijke aanvallen op burgers uit te voeren, en structureel humanitaire hulp te blokkeren.
Donderdag maakte The New York Times melding van ernstige schendingen van het oorlogsrecht door de troepen van al-Burhan. De krant schrijft op basis van Amerikaanse functionarissen dat het regeringsleger tot twee keer toe chemische wapens heeft ingezet tegen leden van RSF. De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Antony Blinken stelde in december 2023 al dat leden van het regeringsleger oorlogsmisdaden hadden gepleegd.
In de verklaring van donderdag stellen de VS dat zowel de regeringstroepen als RSF gebruikmaken van „schaamteloze oorlogstactieken” en daarom verantwoordelijk zijn voor „een van de ergste humanitaire crises ter wereld, waarbij hongersnood is uitgeroepen in vijf regio’s van het land”. Wapenleveranciers van de regeringstroepen worden ook gesanctioneerd. De sancties bevriezen onder meer alle Amerikaanse tegoeden in Soedan en verbieden Amerikanen om te handelen met degenen die zijn gesanctioneerd.
‘Ongeschikt’
Het staatsleger en de RSF zijn sinds april 2023 verwikkeld in een bloedige machtsstrijd om de controle over Soedan. Tegen de leider van de RSF, Mohammad Hamdan Daglo Mousa, – kortweg ‘Hemedti’ – waren al sancties uitgeroepen. Washington beschuldigde zijn militie afgelopen week van genocide. Eerder beschuldigde Human Rights Watch de RSF ook al van genocide en etnische zuivering in Darfur tegenover de etnische groep Massalit en andere niet-Arabische bevolkingsgroepen.
Met de sancties willen de VS benadrukken dat zowel de leiders van de RSF als het staatsleger ongeschikt zijn om een vreedzaam Soedan te besturen, aldus de verklaring donderdag. Met dezelfde reden sanctioneerde ook de Europese Unie zes personen van zowel het regeringsleger als de RSF. De oorlog heeft sinds het begin al van tienduizenden mensen het leven geëist en elf miljoen mensen zijn ontheemd geraakt. Meer dan 25 miljoen mensen hebben volgens de Verenigde Naties humanitaire hulp nodig.