N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Tegen ‘doxing’ Deze dinsdag stemt de Kamer over een wet die ‘doxing’, intimidatie door publicatie privé-informatie, strafbaar maakt. Bijna de voltallige Kamer steunt de wet, maar handhaving kan een probleem worden.
Het is midden in de nacht als Willem Groeneveld, journalist voor het Groningse stadsblog Sikkom, gerinkel hoort en brand ruikt. Door de ruit zijn molotovcocktails gegooid. In de periode daarvoor is zijn adres gedeeld op sociale media – niet voor het eerst. Hij volgt een groep coronasceptici. „Ze waren niet blij met een stukje van me.”
In coronatijd werd het een methode van coronasceptici tegen ministers en leden van bijvoorbeeld het Outbreak Management Team: doxing. Dat is het publiceren van privégegevens met het doel een ander te intimideren. Dat kan bijvoorbeeld gaan om het thuisadres, telefoonnummer of foto’s van de kinderen van een persoon. Ook hulpverleners, rechters en officieren van justitie krijgen ermee te maken. Hoeveel doxing voorkomt is niet bekend, zegt onderzoeker Mariëtte van Huijstee van het Rathenau Instituut, die in 2021 onderzoek deed naar onder andere doxing.
Het wetsvoorstel waar de Tweede Kamer deze dinsdag over stemt, beoogt een nieuw artikel aan het wetboek van strafrecht toe te voegen. Doxing wordt daarmee strafbaar gesteld met een maximale gevangenisstraf van een jaar of een geldboete van maximaal 9.000 euro. Toenmalig minister van Justitie en Veiligheid Ferd Grapperhaus diende het wetsvoorstel in na een motie van onder anderen Tweede Kamerlid Ingrid Michon (VVD), die met 144 stemmen werd aangenomen. Als het aan Michon ligt wordt de maximumstraf 2 jaar, bleek tijdens een debat vorige week.
Het OM zegt ook dat dit wetsvoorstel voor hen een extra uitdaging oplevert, omdat ze er geen capaciteit voor vrij kunnen maken
Een ruime meerderheid van de Kamer zal voor het wetsvoorstel stemmen. Alleen Forum voor Democratie stemde tegen de motie van Michon destijds – zij gaan nu óók voor het wetsvoorstel stemmen, zegt Gideon van Meijeren, omdat hun zorgen over beperken van vrijheid van meningsuiting zijn weggenomen. „Het wetsvoorstel gaat alleen over intimideren, dat is belangrijk.”
Zelfcensuur uit angst voor doxing
De impact van de aanslag en het openbaren van zijn privégegevens was voor journalist Groeneveld is groot: hij voelt zich vaak onveilig. Als er een auto door de straat rijdt die hij niet kent, bijvoorbeeld. Zijn vriendin wordt erin meegezogen. „We verstijven soms allebei bij doodnormale dingen.” Doxing is schadelijk, zegt Van Huijstee van het Rathenau Instituut. Het kan leiden tot zelfcensuur in het publieke debat uit angst slachtoffer te worden van doxing.
Lees ook: Advies: stel intimidatie door delen privégegevens strafbaar
Het verbod handhaven gaat extra werk opleveren voor politie en Openbaar Ministerie. Allereerst door de aangiftes van mensen die slachtoffer zijn van doxing, zegt onderzoeker Van Huijstee. Maar ook richting de platforms waar de privégegevens op gepubliceerd worden. In combinatie met een nieuwe Europese wet die in februari 2024 volledig van kracht wordt, kan de overheid platforms ter verantwoording roepen. „Handhaving daarvan kost óók extra werk”, zegt Van Huijstee, „dat moet het parlement zich realiseren.”
Ook Kamerleden hebben zorgen over de handhaving, bleek tijdens het debat. Minister Dilan Yesilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid, VVD) zegt dat er voor de handhaving geen extra middelen nodig zijn. Zij wijst op het bedrag van ruim 100 miljoen dat september 2021 beschikbaar is gesteld voor opsporing en vervolging in het cyberdomein.
Programmamanager geweld tegen politieambtenaren Henk van Dijk verwacht na een analyse dat het werk iets toe zal nemen. „We houden het in de gaten.” Het OM zegt ook dat dit wetsvoorstel voor hen een extra uitdaging oplevert, omdat ze er geen capaciteit voor vrij kunnen maken.
Kees van der Staaij (SGP) en Anne Kuik (CDA) vinden dat in de wet een strafverzwaring moet worden toegevoegd voor doxing van mensen met een publieke taak – denk aan politici, journalisten en politieagenten. Reden daarvoor: het kan de rechtsstaat in gevaar brengen. „Het kan ertoe leiden dat mensen bepaalde functies niet meer durven uit te oefenen”, zegt Kuik.
Probleem blijft de beschikbaarheid van privégegevens online, zegt onderzoeker Huijstee. Over het Kadaster heeft Joost Sneller (D66) een motie ingediend. Hij roept op de drempel te verhogen om gegevens op te vragen bij het Kadaster, zodat niet iedereen dat zomaar kan inzien. Ook zou het makkelijker moeten worden gegevens af te schermen.
Journalist Groeneveld is wat minder gevoelig voor de intimidaties dan vroeger, zegt hij. Al blijft het altijd sluimeren. Maar aan stoppen met schrijven dacht hij nooit. „Zéker niet.”