Volgegeten larven van een zeester

Twee zeesterlarven hebben zich net tegoed gedaan aan een algenmaaltijd. En dat was tegen de verwachting in. Want deze algen, van het geslacht Trichodesmium, zijn weliswaar alomtegenwoordig in de oceanen, maar ze stonden ook bekend als giftig, te lastig om te eten en weinig voedselrijk. Dat blijkt dus mee te vallen. En daarmee lossen Australische onderzoekers wellicht een decennia oud raadsel op.

Sinds de jaren zestig zien marien biologen een toename van uitbraken van Acanthaster, een geslacht van zeesterren waartoe de doornenkroon (Acanthaster planci) behoort. Tijdens uitbraken verwoesten ze in de Indische en Grote Oceaan, en in het Australische Groot Barrièrerif, grote oppervlakken koraal. De vraag is hoe die uitbraken kunnen ontstaan. Het idee is dat een van de sleutels ligt bij het voedselaanbod voor de zeesterlarven. Normaal zou dat schaars zijn. Maar door onder andere toenemend gebruik van meststoffen in de landbouw, die via sloten en rivieren aflopen in zee, zou algenbloei worden aangejaagd. Met andere woorden: extra veel eten voor de zeesterlarven.

In ieder geval blijken de larven niet vies van Trichodesmium, zo laat een onlangs gepubliceerde studie in Science Advances zien. „Het zijn kieskeurige eters. Zelfs als ze verhongeren eten ze niet zomaar alles”, zegt Benjamin Mos, eerste auteur van het artikel en verbonden aan de universiteit van Queensland. Volgens hem „kiezen de larven er echt voor” voor om Trichodesmium te eten. Op de foto lichten de magen van de larven blauw omlijnd op, en zijn de algen te zien als roze spikkels (de kleuren zijn het gevolg van het ultraviolette licht waarmee de larven zijn beschenen). Kanttekening is wel dat het laboratoriumexperimenten zijn. De vraag blijft of de zeesterlarven zich ook in de vrije natuur met Trichodesmium vol eten.