De Haagse hulpdiensten hebben in de nacht van zondag op maandag een zesde dodelijk slachtoffer aangetroffen onder het puin van de Haagse portiekflat waar zaterdag een explosie plaatsvond. Dat meldt persbureau ANP op basis van de Veiligheidsregio Haaglanden.
Zondagavond maakte de Haagse politie op sociaal medium X bekend dat vier van de zes overleden slachtoffers zijn geïdentificeerd. Het gaat om een meisje van 17, een vrouw van 41 en een man van 45, alle drie uit Den Haag, en een 31-jarige man uit Voorburg. De politie wenst de nabestaanden veel sterkte toe.
De gemeente Den Haag verwacht dat de hulpdiensten nog meerdere dagen actief zullen zijn om te zoeken naar slachtoffers. Het is onbekend hoeveel mensen er nog vermist zijn. Ook is de oorzaak van de explosie nog niet bekend. De politie houdt rekening met een misdrijf en wil „heel graag spreken” met de bestuurder van een auto die kort na de explosie „met zeer hoge snelheid wegreed”.
Lees ook
Grijpbak voor grijpbak wordt geprobeerd de toedracht van de rampexplosie te achterhalen
Nederlandse universiteiten zijn bereid zelf stappen te zetten om het aantal internationale studenten omlaag te krijgen. Dan moet minister van Onderwijs Eppo Bruins (NSC) de omstreden maatregel intrekken waarmee Den Haag bepaalt welke opleidingen in het Engels worden gegeven. Dat heeft koepelorganisatie Universiteiten van Nederland (UNL) dinsdag bekendgemaakt.
De universiteiten stellen onder meer voor de Engelstalige trajecten van de meeste opleidingen psychologie te schrappen, net als sommige opleidingen die helemaal in het Engels worden gegeven. Ook komt wat de universiteiten betreft een maximum aantal toelatingen voor Engelstalige opleidingen per jaar. En ze beloven zich „terughoudend” op te stellen in de werving van buitenlandse studenten.
Deze maatregelen zullen de totale daling van internationale studenten in Nederland vergeleken met ‘piekjaar’ 2022-2023 terugbrengen met 2.000 studenten, 11 procent.
Lees ook
Onderwijsminister Bruins strenger op Engels in het hoger onderwijs: ‘Nederlands moet weer de norm worden’
Toets
In ruil eisen de universiteiten dat de veel bekritiseerde Toets anderstalig onderwijs (TOA) geschrapt wordt voor bestaande opleidingen. Die omvat een set criteria waarmee de minister bepaalt welke opleidingen nog in het Engels gegeven mogen worden.
Zoals de toets er nu ligt, kunnen opleidingen alleen nog Nederlands blijven als ze bijvoorbeeld gegeven worden in een krimpregio, of voor sectoren met arbeidstekorten. Concreet: kunstmatige intelligentie wél, filosofie niet.
Terwijl andere landen maatregelen nemen om internationaal talent aan te trekken, keren wij de strijd om talent de rug toe
Deze toets is te „ongericht en inflexibel”, aldus Caspar van den Berg, voorzitter van UNL. UNL noemt de criteria te vaag, met als gevolg dat een te groot aantal opleidingen dreigt te verdwijnen. Dit zorgt voor onnodige „administratieve last”, aldus Van den Berg.
Bovendien is het volgens de voorzitter „naïef” om „in de huidige geopolitieke context” zo rigoureus in te grijpen. „Terwijl andere landen maatregelen nemen om internationaal talent aan te trekken, keren wij de strijd om talent de rug toe. De internationale reputatie van Nederland staat op het spel.”
Wens
De mindering van internationale studenten is een langgekoesterde wens van opeenvolgende kabinetten, die willen dat Nederlands weer de norm wordt in het hoger onderwijs. De Wet internationalisering in balans, waar ook de TOA onder valt, moet dit regelen. Het wetsvoorstel ligt bij de Tweede Kamer.
De universiteiten zijn in principe voor internationalisering, benadrukt Van den Berg. Hij wijst erop dat internationale studenten meerwaarde hebben voor de Nederlandse economie en innovatie. Wel erkent Van den Berg dat er „knelpunten” bestaan: bij sommige opleidingen dreigt de toegankelijkheid voor Nederlandse studenten af te nemen. Ook maken internationale studenten het moeilijker voor Nederlandse om een kamer te vinden.
Met het schrappen van de Engelstalige takken van de opleidingen psychologie wil UNL ruimte maken voor méér internationale studenten in ‘tekortsectoren’, zoals AI en het onderwijs. Daarvan heeft de overheid bepaald dat die juist meer studenten behoeven.
Of minister Bruins akkoord gaat met het voorstel, moet komende week blijken. De onderwijscommissie van de Tweede Kamer debatteert woensdag over het onderwerp.
Het is onrustig op de Amsterdamse Zuidas sinds de lange arm van Donald Trump afgelopen vrijdag ook de Nederlandse advocatuur bereikte. Die dag werd een deal beklonken die al langer in de lucht hing: vier grote Amerikaanse advocatenkantoren zullen de regering-Trump komende jaren voor honderden miljoenen euro’s gratis bijstand verlenen in zaken die Trump belangrijk acht. Ook zegden ze toe hun personeelsbeleid louter op „verdiensten” te baseren en geen rekening te houden met kenmerken als ras, geslacht of geaardheid. Daarmee gooiden de kantoren in feite hun diversiteitsbeginselen overboord. Het gaat om Latham & Watkins, Simpson Thacher, Kirkland & Ellis en A&O Shearman.
Het Brits-Amerikaanse A&O Shearman houdt ook kantoor op de Amsterdamse Zuidas. Maandag berichtte het Financieel Dagblad al over de „onvrede” op dat kantoor over de overeenkomst, waarbij voor 125 miljoen dollar aan pro-bonobudget werd toegezegd aan Trump. Afgelopen weken zouden al meerdere personeelsbijeenkomsten gehouden zijn over de kwestie, waar „de emoties hoog opliepen”, aldus het FD. De deal brengt het Amsterdamse kantoor – dat op zijn website diversiteit voorstaat en sponsor is van Pride Amsterdam – niet alleen in verlegenheid naar de buitenwereld toe. Het legt ook de frictie met het moederbedrijf bloot.
Het nieuws zingt rond in de rest van de Nederlandse advocatuur en de zorgen zijn groot. Maken deze kantoren nu een knieval voor Trump om sancties van het Witte Huis te ontlopen, iets wat indruist tegen alles waar de advocatuur voor staat? En wordt dat straks ook van Nederlandse advocaten verwacht?
Weinigen op de Zuidas willen met naam en toenaam over de kwestie praten, vanwege veel onzekerheid over de gevolgen dit soort deals. Voor de onafhankelijkheid en veiligheid van de beroepsgroep, maar óók voor de baanzekerheid van degenen die zich uitspreken, of zelfs voor hun kansen om de VS nog in te komen.
„Je wilt je collega-advocaten niet afvallen én je wilt geen boos bestuur in Amerika”, zegt een advocaat bij een Zuidas-kantoor die anoniem wil blijven. „Onder mijn Nederlandse collega’s klinkt ongeloof”, zegt hij telefonisch. „Deze deal is bizar, een intens slechte stap.” De advocaat noemt het „ondenkbaar dat je je als kantoor laat chanteren door de regering-Trump, die zegt: als je niet met ons werkt, heb je geen toegang meer tot federale klussen”.
Korrel
De bewogen deal kwam tot stand onder hoge druk, en niet zonder dreigementen. De vier kantoren waren eerder al onderdeel van een groep van twintig kantoren die een brief ontvingen van de regering-Trump waarin stond dat hun diversiteits- en inclusiebeleid „illegaal” zou zijn. Ook zou een aantal kantoren middels een decreet de toegang tot federale cliënten en gebouwen zijn ontzegd, waaronder Paul Weiss. Dat kantoor stond de procureur-generaal van Washington D.C. bij die procedeerde tegen de Capitoolbestormers van 6 januari 2021.
Het past allemaal in een jacht van Trump op advocatenkantoren die cliënten bijstaan die de president niet bevallen. Dat principe, waarbij advocaten worden vereenzelvigd met hun cliënten (zoals autoritaire leiders die de advocaten van hun opponenten laten opsluiten) is rechtstatelijk onjuist en verhindert dat advocaten hun werk naar behoren kunnen uitvoeren, stellen de Verenigde Naties en de Raad van Europa. Ook de vier kantoren die vrijdag de deal tekenden, werden op de korrel genomen omdat ze tegenstanders van Trump bijstonden, van Joe Biden tot pro-Palestinademonstranten en migranten aan de grens met Mexico.
Paul Weiss was in maart het eerste kantoor dat de keuze kreeg tussen vechten in de rechtbank, of zwichten. Het ging overstag en beloofde voor 40 miljoen dollar aan pro-bonozaken voor de regering te doen.
‘Omkoping’
„Ik kan me voorstellen dat partners van de Nederlandse tak van A&O Shearman hebben gedacht: wat overkomt me nu”, zegt Paul Tjiam, partner-advocaat bij Simmons & Simmons LLP. „Als Nederlandse vestiging van een groot internationaal kantoor ben je niet altijd betrokken bij de beslissingen die op het hoofdkantoor in de VS worden genomen.” Volgens hem is het „koffiedik kijken” of ook advocaten in Nederland straks direct pro-bonowerk voor Trump moeten doen. „Maar gelet op de handelsrelatie met de VS en de handelsoorlog, is dat niet ondenkbaar.”
Een andere Zuidas-advocaat die anoniem wil blijven, spreekt van „omkoping door de knevelarij van Trump”. Hij maakt zich zorgen dat de deal de geloofwaardigheid van de advocatuur aantast, ook in Nederland. „De advocatuur moet in beginsel onafhankelijk zijn, maar deze kantoren buigen mee met een machthebber. Zij hebben nu hun onafhankelijkheid laten vallen. Ze kozen voor hun eigen portemonnee.”
Op zijn sociale medium Truth Social deed Trump uit de doeken wat die pro-bonozaken inhouden: onder meer rechtsbijstand voor veteranen, militairen en hun nabestaanden en de strijd tegen antisemitisme, allemaal zaken die in zijn eigen woorden „de eerlijkheid van het rechtssysteem bevorderen”.
In een opiniestuk in advocatenblad Advocatie wijst jurist en rechtsfilosoof Christ’l Dullaert op de dubbele boodschap daarvan. „Het gaat er natuurlijk vooral om wat je niet meer kunt doen.” Ze doelt onder meer op rechtsbijstand voor mensen die worden uitgezet naar El Salvador, studenten die protesteren tegen Israël en transgender personen.
Afhankelijk
„Als de angst om opdrachten te verliezen zo groot is, heb je je als kantoor te afhankelijk gemaakt van een klein aantal cliënten”, zegt Marq Wijngaarden, mensenrechtenadvocaat bij Prakken d’Oliveira. Iets soortgelijks gebeurde volgens hem toen Rusland Oekraïne binnenviel en sommige advocatenkantoren ineens een groot deel van de zaken voor Russische oliegarchen verloor. „Dat is het risico van ondernemen.”
Wijngaarden sluit niet uit dat de gevolgen ook voor advocaten in Nederland tastbaar worden. „Niemand weet precies waartoe Trump in staat is, maar als straks bijvoorbeeld tegen een Nederlands kantoor wordt gezegd: hier mogen geen trans personen worden aangenomen, dan botst dat rechtstreeks met de mensenrechten en de Nederlandse wet. Dat zou weleens interessante procedures tegen advocatenkantoren kunnen opleveren.”
De Orde van Advocaten laat aan NRC weten zich momenteel „actief te laten informeren over wat in de VS gebeurt en de mogelijke effecten daarvan op de Nederlandse advocatuur”.
Wat wil Donald Trump nou precies? De Europese Unie breekt zich het hoofd over die vraag. De Amerikaanse president is tot dusver niet bereid zijn importheffingen verder af te bouwen. Zijn team laat niet alleen aan de buitenwereld weinig los. Ook binnenskamers krijgt de Europese Commissie, die de onderhandelingen voert, naar eigen zeggen amper vat op de tegenpartij.
De Eurocommissaris voor Handel, Maros Sefcovic, was begin deze week in Washington. Het was zijn derde bezoek dit jaar, maar het leverde nog geen deal op. „We moeten meer van de Amerikanen gaan horen”, zei een woordvoerder van de Commissie dinsdag in Brussel. „We moeten een beter idee krijgen van wat ze voor ogen hebben in deze onderhandelingen.”
Afgelopen week pauzeerde Trump zijn meest vergaande ‘wederkerige’ heffingen – van 20 procent – op goederen uit de EU tot aan de zomer. Maar EU-goederen hebben nog steeds te maken met een baseline-heffing van 10 procent. Voor staal, aluminium en auto’s gelden hogere heffingen en voor de chipsector en de farmaceutische industrie lijken zulke extra heffingen in de maak.
Om goede wil te tonen, verdwenen ook de aangekondigde tegenmaatregelen uit de EU voorlopig in de ijskast. Die waren anders dinsdag ingegaan, maar zijn net als Trumps heffingen tot de zomer uitgesteld. In de tussentijd hopen Europese onderhandelaars een akkoord te bereiken.
Maar het is de vraag of het lukt Trump en zijn tarieventeam tevreden te stellen. Daar klinkt niet alleen kritiek op de importheffingen die de EU aan de poort hanteert, maar ook op andere vermeende handelsbelemmeringen, van regels die de voedselkwaliteit beschermen tot btw.
Eurocommissaris Sefcovic herhaalde na zijn bezoek aan Washington zijn bereidheid om een akkoord te sluiten. Maar hij is ook, net als Commissievoorzitter Ursula von der Leyen, bereid om alsnog met eigen heffingen terug te slaan. Welke middelen heeft Europa tot zijn beschikking?
Lees ook
De vier grote onzekerheden waar Trump de wereldeconomie in stort
1. Meer heffingen
Het eerste tegenpakket was door de Europese ambtenaren zorgvuldig samengesteld. Allereerst moest het een gepaste reactie zijn op de eerste heffingen uit Trumps koker, de staal- en aluminiumheffingen. Dat lukte: het werd een waslijst met een handelswaarde van rond de 20 miljard euro.
Daar kwamen aanvullende wensen bij. Om de schade voor Europa te beperken, werd gezocht naar goederen waarvoor elders nieuwe leveranciers gevonden konden worden. Tegelijkertijd moesten de maatregelen zoveel mogelijk politieke pijn toebrengen. De logica is deze: als je de politici die het oor van Trump hebben het hardst raakt, is de kans dat de president gas terugneemt het grootst. Daarom staan niet alleen klassiekers als motorfietsen en spijkerbroeken, maar ook speelkaarten op de lijst: die worden op grote schaal geproduceerd in Kentucky, de thuisstaat van de Republikeinse senator Mitch McConnell.
Alleen: het is de vraag of deze zorgvuldige heffingenacupunctuur een optie is als de EU zijn tegenoffensief wil uitbreiden. De Amerikaanse 10-procent-heffing raakt het merendeel van alle Europese export naar de VS, met een opgetelde waarde van 380 miljard euro – bijna twintig keer de omvang van het nu gepauzeerde Europese tegenpakket.
Als Europa zijn eerste tegenheffingen alsnog oplegt, is het de vraag wat daarna volgt. „Ik denk dat Europa dan min of meer door de goederen heen is die wij kunnen treffen om Republikeinse Congresleden pijn te doen”, zegt hoofdeconoom Sander Tordoir van het Centre for European Reform. Bovendien zal het verzet vanuit de Europese hoofdsteden toenemen als een groter pakket ter sprake komt. Dan vrezen landen immers dat Trump weer zal overtoepen met een nog groter tegenpakket, waarbij ieder land bang is harder geraakt te worden dan de rest.
Bij de totstandkoming van het eerste pakket kwamen landen als Italië en Frankrijk al in het geweer tegen een heffing op whiskey, omdat Trump had gedreigd met een torenhoge heffing op wijn en champagne. Hoe groter een pakket van gerichte heffingen, hoe groter de kans dat dit soort onderlinge verschillen tot scheurtjes in de Europese eenheid leiden.
2. De bazooka
Al een tijdje gonst het in Brussel: gaat de EU de bazooka inzetten als de handelsoorlog escaleert? De bazooka in kwestie is het zogeheten antidwanginstrument. De EU nam dit gloednieuwe wapen recent op in haar arsenaal, mede vanwege de plaagstoten die Trump uitdeelde aan handelspartners in zijn eerste termijn. Als het gedrag van een ander land wordt gekwalificeerd als dwang, kan de Commissie sindsdien hard ingrijpen om de schuldige tot inkeer te brengen.
Zo kan Brussel besluiten schendingen van Amerikaanse patenten en auteursrechten niet langer te vervolgen – internetpiraterij wordt dan in de praktijk legaal. De EU kan daarnaast sneller belastingen of boetes opleggen aan techbedrijven en ze kan Amerikaanse bedrijven een tik uitdelen door ze de toegang tot de lucratieve markt van openbare aanbestedingen in de EU te ontzeggen.
„Dit instrument was eigenlijk ontworpen als een pistool dat je uit je broekzak haalt en tijdens onderhandelingen op tafel legt”, zegt Arthur Leichthammer van het Jacques Delors Centre. „Niet om het daadwerkelijk af te vuren.” Toch zwelt de oproep aan om dat nu wel te doen.
Von der Leyen lijkt bereid ver te gaan. „We hebben een breed assortiment aan tegenmaatregelen […] als de onderhandelingen niet tot een gewenst resultaat leiden”, zei de Commissievoorzitter vrijdag in een interview met de Financial Times. Als voorbeeld suggereerde ze de invoering van een Europese belasting op de advertenties van techbedrijven.
Als de EU het antidwanginstrument inzet, escaleert het conflict ver voorbij de handelswereld en liggen harde tegenacties voor de hand
Het risico spreekt voor zich: als de EU het antidwanginstrument inzet, escaleert het conflict ver voorbij de handelswereld en liggen harde tegenacties voor de hand. De Commissie lijkt dan ook alles te willen doen om de bazooka te laten waar hij thuishoort: in de broekzak, ongebruikt.
3. Concessies
Naast de stok van harde dreigementen wil de EU een wortel blijven aanbieden. Sefcovic, de Eurocommissaris, heeft nu meermaals voorgesteld om de heffingen op auto’s en andere industriële goederen aan beide zijden te schrappen. Dat is bedoeld als een grote geste: het ligt gevoelig bij Europese automakers, die meer concurrentie uit de VS verwachten.
Maar volgens de Amerikanen zijn de formele heffingen maar een deel van het probleem. Trump hekelt onder meer de btw-heffing en de regelgeving voor techplatforms, ook al gelden die allebei ook voor Europese bedrijven. Peter Navarro, een van Trumps handelsadviseurs, maakt zich boos over het invoerverbod op vlees van runderen die met hormonen zijn behandeld.
De Commissie is bereid om te praten over allerlei vormen van handelsbelemmeringen, zei een woordvoerder woensdag, maar de bescherming van de voedselkwaliteit is „heilig”.
Trump had wel oren naar een ander aanbod van de Europese Commissie: een initiatief om meer vloeibaar gas (lng) uit de VS te importeren. Trump heeft aangegeven dat de heffingen wat hem betreft van tafel kunnen, maar alleen als de EU-landen voor maar liefst 350 miljard euro aan lng inkopen. Dan is immers van een handelstekort geen sprake meer.
Daar beginnen de problemen. Het voordeel van lng is voor de EU juist dat ze daarmee haar energie uit veel verschillende bronnen kan halen en niet al te zeer afhankelijk wordt van één producent. Dan is een grote deal met de VS, die nu al de grootste lng-leverancier zijn, ongewenst.
Bovendien worden Amerikaanse olie en gas straks minder schoon gewonnen als het aan Trump ligt, wat tegen de Europese klimaatplannen indruist. En er is een praktisch probleem: de Europese Commissie koopt zelf geen lng. De Commissie kan de aankoop en het transport wel faciliteren, maar het is de vraag op welke schaal dat kan gebeuren.
4. Negeren
En wat als Europa gewoon de rust bewaart en niet escaleert? „Ik zeg niet dat we niets moeten doen, maar ik betwijfel of we elke zet met gelijke munt moeten terugbetalen”, zegt econoom Cinzia Alcidi van het Centre for European Policy Studies. Kijk nog maar eens naar China, zegt ze: dat land sloeg hard terug en kreeg daarna nog zwaardere heffingen voor zijn kiezen.
De heffingspauze werd door Europese beleidsmakers al gevierd als een succes van de kalme aanpak van hun bestuurders, gecombineerd met de onrust die binnen de VS ontstond. Volgens Alcidi is het goed mogelijk dat ook een verdere deëscalatie vooral te danken zal zijn aan binnenlandse krachten in de VS, een proces waarop de EU weinig invloed heeft. „Laat de tijd zijn werk doen en kijk eerst eens hoe dit zich in de VS ontvouwt”, zegt Alcidi.