N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
WK shorttrack De Nederlandse ploeg heeft voor de WK shorttrack in Zuid-Korea met Jens van ‘t Wout (21) en Xandra Velzeboer (21) twee jonge kanshebbers.
Jens van ’t Wout moet wennen aan zijn nieuwe status
Jens van ’t Wout is medio februari een van de publiekstrekkers bij de laatste wereldbekerwedstrijd van het seizoen in Dordrecht. Als de speaker omroept dat hij vanwege een blessure op de slotdag niet in actie komt gaat er een zucht van teleurstelling door het publiek. Ook Van ’t Wout baalt ervan, zegt hij tussen de wedstrijden door, waarvan hij er als toeschouwer niet een wil missen. Maar hij heeft te veel last van zijn lies en wil geen risico’s nemen met het oog op de WK. Dat toernooi begint deze vrijdag in Seoul en duurt tot en met zondag.
Van ’t Wout (21) beleeft dit seizoen zijn doorbraak in de internationale shorttracktop met winst in wereldbekerwedstrijden over 500, 1.000 en 1.500 meter. Hij moet wennen aan zijn nieuwe status. Nog maar een paar jaar geleden kwam hij zelf naar Dordrecht om grote namen als Sjinkie Knegt en internationale toppers te zien en met ze op de foto te gaan. Inmiddels is Van ’t Wout zijn ploeggenoot Knegt voorbijgestreefd en wordt hij zelf om fotomomenten gevraagd.
Er komt een hoop op hem af als nieuwe blikvanger van het mannen-shorttrack: media-aandacht, activiteiten voor sponsoren en de concurrentie die hem anders benadert, zowel op als buiten het ijs. „In de voorrondes merk ik dat ze zich instellen op mij, ze proberen dan altijd achter me te komen”, zegt hij in Dordrecht.
In Salt Lake City, afgelopen november, waar hij op de 1.500 meter zijn eerste individuele wereldbekerwedstrijd won, was dat anders. „Ze lieten me gaan met het idee: hij gaat straks toch wel kapot.” Dat gebeurde niet, Van ’t Wout snelde met voorsprong naar de winst. Sindsdien zijn z’n concurrenten beducht voor hem, merkt hij. Bij het terugkijken van beelden zag hij hoe zijn Zuid-Koreaanse toppers worden gecoacht om hem dwars te zitten. „Je ziet ze naar buiten bewegen om mij te kunnen blokkeren.” Hij vindt het niet vervelend, maar juist „geweldig” om daar weer een antwoord op te vinden.
„Jens is gewoon een shorttrackmafkees”, zei bondscoach Niels Kerstholt, nadat zijn pupil drie gouden en twee zilveren medailles had veroverd bij de EK in Gdansk in januari. Het is niet moeilijk te begrijpen wat Kerstholt bedoelde. In een gesprek met journalisten neemt Van ’t Wout de telefoons waarmee het interview wordt opgenomen in de hand, om uit te leggen hoe je „lijnen” rijdt, en andere shorttrackers in het veld kan „blokkeren”.
Gamen met concurrentie
Ook in zijn vrije tijd is hij met shorttrack bezig, vertelt Van ’t Wout. In de zomer gamet hij online met concurrenten. Samen met zijn broer Melle speelt hij videogames tegen onder anderen de Hongaars-Chinese broers Shaoang Liu en Shaolin Sándor Liu, met wie ze ondertussen over trainingen praten. „Zij zijn voorbeelden voor mij. Met ze omgaan maakt me sterker”, zegt Van ’t Wout. „Wij willen kunnen racen zoals zij.”
De liefde voor shorttrack begon voor hem in Canada, waar hij met de anderhalf jaar oudere Melle een groot deel van zijn jeugd doorbracht. Net als de meeste Canadese jongens van hun leeftijd gingen ze eerst op ijshockey. Een paar hersenschuddingen verder vond hun moeder het mooi geweest. Haar zoons stapten over op het shorttrack. Een half jaar later verhuisde de familie Van ’t Wout terug naar Nederland. Daar nam de carrière van de broers vanaf 2014 een vlucht.
Net als de broers Liu hoopt Van ’t Wout ook gauw met Melle, die vanwege een zware rugblessure een moeizaam seizoen kende, internationale wedstrijden kunnen rijden. Van zijn eigen liesblessure is hij inmiddels hersteld. Hij komt bij de WK in Seoul op alle onderdelen in actie: de 500 meter, de 1.000 meter, 1.500 meter en de aflossingen.
Xandra Velzeboer gaat concurrentie met boegbeeld Schulting aan
Velzeboer is geen onbekende naam in het shorttrack. Xandra’s vader Mark deed mee aan de Olympische Spelen van 1992 in Albertville, waar de sport voor het eerst officieel op het olympische programma stond. Vier jaar eerder stonden haar tantes Monique en Simone aan de start, toen shorttrack een demonstratiesport was op de Spelen van Calgary. Ook oom Alexander deed aan shorttrack,
Xandra Velzeboer (21) zat op hockey, maar kon net als haar zus Michelle eigenlijk niet om het shorttrack heen. Het bleef niet zonder succes. Met haar enorme versnellingen hielp ze de Nederlandse vrouwenploeg bij de Spelen van 2022 in Beijing aan olympisch goud op de aflossing. En bij de WK in Seoul is de titelverdediger op de 500 meter, de afstand waarop ze dit seizoen een wereldrecord reed (41,416 seconden) en het wereldbekerklassement won. Michelle (19) zit ook bij de WK-selectie, zij mag in Seoul starten op de 1.500 meter omdat haar zus die afstand laat schieten.
Xandra Velzeboer is tevreden met de progressie die ze dit seizoen heeft gemaakt, vertelt ze in Dordrecht. „Qua snelheid ben ik echt vooruit gegaan, mijn start is beter geworden en op de 1.000 meter kan ik makkelijker races controleren.”
Op haar beste afstand, de 500 meter, is met name de start heel belangrijk, legt ze uit. „Als je als eerste de bocht in kan, heb je een voordeel omdat je op kop begint.” Velzeboer rijdt vaak de snelste tijd in een heat of kwartfinale, waardoor ze op de eerste startpositie komt te staan. Daardoor kan ze dit jaar haar snelheid beter gebruiken, zegt ze. „Ik sta nu pas in de finale tegen mensen die sneller kunnen starten, waardoor ik misschien niet als eerste de eerste bocht in ga. Dat had ik vorig jaar in de halve finale.”
Tijdens haar wereldrecordrace reed Velzeboer van start tot finish, vier en een halve ronde, op kop. Toch blijft de start een aandachtspunt, want ze mag dan wel een van de snelste vrouwen van het moment zijn, als andere schaatsers sneller starten, is het op de 500 meter moeilijk terugkomen.
Tactisch spel
Door veel races op het hoogste niveau te rijden heeft ze ook veel geleerd over het tactische spel – in het shorttrack minstens zo belangrijk. „Je moet in een split second besluiten of je binnendoor of buitenom passeert. Daar kan je alleen maar beter in worden door het te doen. Op een training is dat moeilijk na te bootsen.”
Een race waar Velzeboer veel van heeft geleerd was in Dresden, waar ze begin februari bij de werelbeker op de 500 meter nipt verloor van haar ploeggenoot Suzanne Schulting. Ook Schulting, de ster van de Nederlandse shorttrackploeg, kende een heel succesvol seizoen. Maar de drievoudig olympisch kampioen heeft er met Velzeboer vanuit eigen gelederen opeens een concurrent bij.
Tijdens trainingen zorgt dat voor een gezonde rivaliteit, zegt Velzeboer, „Op de aflossing wil je elkaar beter maken, maar individueel zijn we echt concurrenten, meer dan vorig jaar.” Ze kijkt ernaar uit om Schulting de komende tijd uit te dagen, te beginnen op de WK. „Het is niet na één wedstrijd beslist, toch?”, zegt Velzeboer, die in Seoul ook op de 1.000 meter en de aflossingen in actie komt.