Wat kan minister Hermans nog doen om de klimaatdoelen te halen? ‘Alleen de pijn compenseren leidt niet tot minder CO2-uitstoot’

Alle opties liggen al klaar, doorgerekend en wel. Het ministerie van Sophie Hermans (Klimaat en Groene Groei, VVD) heeft stapels aan rapporten, adviezen en middelen beschikbaar om de verduurzaming van Nederland mee te versnellen. Maar de VVD-minister, die aanstaande woensdag in een Tweede Kamer-debat haar begroting verdedigt, bevindt zich in een spagaat tussen de noodzaak van méér klimaatbeleid en de huidige politieke constellatie. In de coalitie met BBB, PVV en NSC is namelijk weinig animo voor aanvullende klimaatmaatregelen.

En toch moet Hermans die de komende maanden zoeken. Twee weken geleden maande het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) de minister tot haast. De jaarlijkse PBL-doorrekening maakte duidelijk dat Nederland achterloopt op de klimaatdoelen voor 2030, dat het tempo van verduurzamen vertraagt en dat extra maatregelen moeten worden getroffen. „Inconsistent” klimaatbeleid draagt bovendien niet bij aan groene investeringen van burgers en bedrijven, schreef de Raad van State op basis van die berekening.

Je kan het niet mooier maken

Frans Rooijers
klimaatexpert

Feit is dat het kabinet de opdracht voor zichzelf ingewikkelder heeft gemaakt door bepaalde klimaatmaatregelen af te schaffen (zoals rekeningrijden, warmtepompverplichting) en andere maatregelen voor te stellen (harder rijden op snelwegen, mestuitzonderingen in Brussel, lagere belasting op gas) die juist bijdragen aan de CO2-uitstoot.

Zulke terugtrekkende bewegingen creëren niet alleen onzekerheid over de koers van het klimaatbeleid, maar versterken ook „het sentiment” dat het wel meevalt met de noodzaak, zegt Frans Rooijers, klimaatexpert en tot voor kort directeur van onderzoeksbureau CE Delft.

Ook staan „de mogelijkheden die Hermans heeft, haaks op wat dit kabinet wil. Afgelopen jaren bleek dat je moet ‘normeren en beprijzen’ om stappen te kunnen zetten. Je kan het niet mooier maken”.


Lees ook

‘Alles wat we doen, zullen mensen voelen. Het laaghangend fruit is wel geplukt’

Sophie Hermans: „Deze drie maanden waren wel heel wispelturig.”

Megaton

Toen in 2023 Rutte IV door ambtenaren van diverse ministeries liet onderzoeken welke van dat soort regels en belastingen konden bijdragen aan het halen van de klimaatdoelen, opperden die bijvoorbeeld: minder hard rijden op snelwegen of gas duurder maken dan elektriciteit. Precies het tegenovergestelde van de denkrichting van dit kabinet. Zulke maatregelen zouden voor een afname van enkele megatonnen CO2-uitstoot kunnen zorgen. En Hermans moet – los van het optimaal uitvoeren van de bestaande plannen – op zoek naar maatregelen die zorgen dat de jaarlijkse CO2-uitstoot 16 tot 24 megaton omlaaggaat, zodat Nederland het klimaatdoel voor 2030 kan halen.

De vraag is nu: wat is nog mogelijk met dit kabinet? De minister is grotendeels afhankelijk van haar collega’s op Infrastructuur en Waterstaat (PVV), Landbouw (BBB) en Volkshuisvesting (BBB).

Haar eigen portefeuille (met onder meer industrie en de elektriciteitssector) heeft Hermans meer zelf in de hand. Zo kijkt ze naar het verduurzamen van afvalbedrijven. Het kabinet wil met hen een-op-een afspraken maken, zodat de bedrijven CO2 kunnen afvangen en opslaan. Bedrijven krijgen de financiering voor die opslag zelf niet rond en hebben gerichte subsidies nodig, zodat ze de oplopende kosten van de CO2-uitstoot niet doorberekenen aan consumenten, zo schreef adviesbureau PwC in september.

Om de verduurzaming van de industrie – een van de sectoren die de CO2-uitstoot sterk moet verminderen – goed te laten verlopen, is een oplossing voor het vastgelopen stroomnet nodig. Bovendien is de industrie ontevreden over de hoge elektriciteitsprijzen in vergelijking met het buitenland. Bedrijven in de sector wijzen erop dat stevige(re), aanvullende regels vooral in Europa geregeld moeten worden, zodat hun concurrentiepositie niet verslechtert.

De vraag is wel in hoeverre dat tijdig bijdraagt aan de Nederlandse doelen. Hermans heeft telkens benadrukt voor de industrie de „randvoorwaarden” op orde te willen krijgen, door onder meer te onderzoeken hoe de hoge nettarieven verlaagd kunnen worden. „Dat is nodig”, zegt klimaatexpert Rooijers, „maar dat compenseert alleen de pijn. Het leidt nog niet tot verduurzaming en minder CO2-uitstoot”.

Verbrandingsmotoren

Waar is dan nog ruimte? Een van de relatief pijnloze opties is energiebesparing. Wat niet aan fossiele brandstoffen wordt gebruikt, wordt ook niet uitgestoten . Daarnaast loopt Nederland achter bij de Europese energiebesparingsdoelstellingen voor 2030. Weliswaar zorgde de energiecrisis van 2022 kortstondig voor veel minder gasverbruik, maar inmiddels neemt het verbruik weer toe.

De gasprijzen gingen weer naar beneden en ook heeft het kabinet de energiebelasting op gas verlaagd. Zo worden in de glastuinbouw door de huidige gasprijzen en wanneer duurzame elektriciteit schaars wordt, de warmte-installaties met verbrandingsmotoren weer aangezet. Daardoor neemt de CO2-uitstoot in die sector minder snel af dan verwacht.

Hermans moet – los van het optimaal uitvoeren van de bestaande plannen – op zoek naar een mindering van 16 tot 24 megaton CO2

Mocht het kabinet energie willen besparen, dan zal het zowel zuinigheid met fossiele brandstoffen als elektrificeren aantrekkelijk moeten maken.

Maar dit kabinet laat juist weer twijfel bestaan over de uitstootvrije zones in gemeenten (geen benzinebestelbusjes), bouwt een aantal fiscale voordelen voor elektrisch rijden af en schrapt de regel dat een cv-ketel moet worden vervangen door een warmtepomp.

Wel liggen hier nog kansen. Het kabinet kan het stimuleren van elektrische zakelijke leaseauto’s bevorderen, energiebesparing bij kantoorpanden beter handhaven en de terugverdientijd voor verduurzamingsmaatregelen (zoals isolatie) verminderen. Al die zaken besparen energie.


Lees ook

Mogen busjes met een verbrandingsmotor de binnenstad nog in? Nee, zeggen gemeenten. Ja, zegt de Kamer

Bestelbusje in Lelystad. Mag het straks de stad nog in?  Foto Ruchama van der Tas

BBB

Toch moet Hermans, ook als ze alle voornoemde opties invoert, intensief onderhandelen met haar collega’s. Zo blijft de landbouw achter in de verduurzaming en dat maakt het halen van de klimaatdoelen ingewikkeld gezien de grote methaanuitstoot van die sector. Maatregelen, zoals een hoger waterpeil in veengronden (zodat bij verdroging geen methaan vrijkomt) of een kleinere veestapel gelden als vrijwel onbespreekbaar voor de BBB.

„Als Hermans serieus de doelen wil halen, moet ze zich hardmaken voor maatregelen die in dit kabinet moeilijk liggen”, zegt Rooijers. „Ze moet duidelijk maken: we gaan door met de aanpak van de klimaattransitie. Als ze meegaat in het huidige sentiment en de strijd niet aangaat, gaat ze het niet halen.”