Tweede Kamer stelt intimidatie door delen privégegevens strafbaar

Wetsvoorstel Vooral journalisten, wetenschappers, politici en hulpverleners hebben last van doxing. Nu komt er een wettelijk verbod op intimidatie door het delen van persoonsgegevens.

Doxing komt steeds vaker voor door de opmars van sociale media.
Doxing komt steeds vaker voor door de opmars van sociale media.

Foto Remko de Waal/ANP

Het openbaarmaken van privégegevens om iemand te intimideren vanwege diens beroep of maatschappelijke rol wordt strafbaar in Nederland. De Tweede Kamer stemde dinsdag unaniem voor de wet die het zogeheten doxing verbiedt. Momenteel hebben vooral journalisten, wetenschappers, politici en hulpverleners last van intimidatie na verspreiding van hun persoonsgegevens, die via openbare registers makkelijk te achterhalen zijn. Er stond nog geen straf op het het delen van persoonlijke data.


Lees ook: Geen politicus is tegen een wet die ‘doxing’ bestrijdt, maar weten handhavers wel raad met dat soort intimidatie?

Wie zich schuldig maakt aan het verspreiden van persoonsgegevens met als doel te intimideren, riskeert voortaan een gevangenisstraf van een jaar. Omdat het delen van privégegevens in de huidige wet niet strafbaar was, kon tot nu toe niet altijd worden opgetreden als bijvoorbeeld het adres van een publiek figuur online circuleerde. Daar moet volgens alle partijen verandering in komen. Wel leven bij verschillende parlementariërs vragen over handhaving van de wet, bijvoorbeeld hoe een rechter vaststelt of iemand met het delen van de gegevens het doel heeft te intimideren.

Door sociale media komt doxing steeds vaker voor in Nederland. Persoonsgegevens van ondernemers of huiseigenaren zijn relatief eenvoudig te vinden via registers als de Kamer van Koophandel of het Kadaster. Tijdens de coronapandemie verscheen onder meer het adres van RIVM-directeur Jaap van Dissel op internet. Toenmalig justitieminister Ferd Grapperhaus zei in 2021 dat doxing ertoe kan leiden dat „wetenschappers niet meer vrij kunnen spreken” en „hele gezinnen zich thuis niet meer veilig voelen”.