N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Saoedi-Arabië in de topsport Door een sterk staaltje powerplay heeft Saoedi-Arabië de macht gegrepen in het internationale golf. Maar de ambities rijken veel verder, sportief én politiek. Drie vragen en antwoorden.
1 Hoe heeft Saoedi-Arabië de golfwereld overgenomen?
Een hypocriet. Zo werd Jay Monahan genoemd tijdens een spelersbijeenkomst in Toronto, waar donderdag een toernooi van de PGA Tour begint. Monahan is de baas van deze golfcompetitie en ligt onder vuur nadat maandag bekend is geworden dat de PGA Tour, en in haar kielzog de ‘Europese’ DP World Tour, met LIV gaan fuseren. LIV is het met Saoedisch geld gefinancierde toernooiencircuit dat sinds zijn komst in 2022 de golfwereld in tweeën scheurde. Monahan was de grootste criticaster van LIV, dat hij bestreed met schorsingen en rechtszaken. LIV was volgens Monahan niet meer dan ‘sportswashing’, een manier om het imago van Saoedi-Arabië op te poetsen.
Maandag zat Monahan bij een persconferentie naast Yasir Al-Rumayyan, de baas van het Saoedische Public Investment Fund (PIF) en financier van LIV, en sprak hij andere taal. „Elke keer dat ik iets zei [over LIV], deed ik dat met informatie die ik op dat moment had. En ik zei het om de belangen van de PGA Tour en onze spelers te verdedigen. Maar omstandigheden veranderen.”
De vraag is hoe de topgolfers die de PGA Tour trouw zijn gebleven, tegen de meest recente verandering aankijken. Tiger Woods en Rory McIlroy hebben nog niets van zich laten horen, maar hun reactie laat zich raden. Zij sloegen aanbiedingen van LIV van honderden miljoenen dollars af uit principe – zij wilden niet geassocieerd worden met Saoedi-Arabië – maar ook met gevoel voor historie. LIV was in hun ogen een gruwel: toernooien over 54 in plaats van 72 holes, zonder schifting en een teamformat. „De PGA Tour is opgericht door spelers als Jack Nicklaus en Arnold Palmer. Zij hebben daarvoor hard gewerkt en ik haat het om te zien dat hun werk misschien wel voor niets is geweest”, zei McIlroy vorig jaar.
LIV wist, met honderden miljoenen dollars aan startpremie, zo’n twintig PGA-profs te lokken, waaronder tien major-winnaars. Niet alleen golfers in hun nadagen, zoals Phil Mickelson (52) en Lee Westwood (50), ook wereldtoppers als Brooks Koepka (33) en Cameron Smith (29) vielen voor de financiële verlokking. Desondanks kregen de LIV-toernooien, met prijzenpotten van minimaal 20 miljoen dollar, nauwelijks media-aandacht. Wel zorgde LIV ervoor dat de PGA sinds dit jaar meer prijzengeld uitkeert en ook hogere loyaliteitspremies betaalt aan de gezichtsbepalende spelers.
De driepartijendeal heeft de golfwereld compleet verrast. Volgens Monahan was er met LIV sinds zeven weken contact. PIF wordt de grootste investeerder in een nog naamloze nieuwe entiteit en ook sponsor van verschillende tours. Al-Rumayyan wordt bestuursvoorzitter van het nieuwe vehikel en daarmee de baas van het professionele golf wereldwijd. De rechtszaken die liepen tussen de partijen onderling, en ook tegen spelers, zijn van de baan. „We realiseerden ons dat we samen beter af zijn”, zei Monahan.
De gevolgen van de fusie zijn onduidelijk. De tours maken dit jaar volgens planning af, maar of LIV in 2024 nog zal bestaan? Voor de Saoediërs is de noodzaak van een eigen competitie weggevallen. Kunnen LIV-spelers terugkeren op de PGA Tour? Het zal een complexe onderneming worden, aldus Monahan. En wat gebeurt er met de startpremies van de LIV-golfers? Mickelson ontving 200 miljoen dollar, Koepka de helft.
2 Is macht in het topvoetbal het volgende doel voor Saoedi-Arabië?
Was het toen Saoedi-Arabië de Spaanse Supercopa in 2020 voor het eerst ging organiseren? Toen het Engelse Newcastle United een jaar later werd overgenomen door het staats-investeringsfonds PIF? Toen Lionel Messi weer een jaar later toerisme-ambassadeur werd, voor naar verluidt 25 miljoen euro per jaar? Toen Cristiano Ronaldo in januari 2023 werd gekocht door Al-Nassr? Toen duidelijk werd dat Saoedi-Arabië het WK voor clubteams dit jaar mag organiseren? Toen de staat begin deze maand vier nationale clubs overnam om er flink in te gaan investeren? Of is het nu, nu Karim Benzema – winnaar van de Gouden Bal als beste speler ter wereld – voor 200 miljoen euro per seizoen gaat voetballen in Saoedi-Arabië?
Het was niet op één moment, maar juist al die momenten samen maken duidelijk wat Saudi-Arabië al jaren wil: een grote speler worden in de grootste sport ter wereld. Het is een publiek geheim dat de Saoediërs het WK voetbal willen organiseren in 2030, zoals buurland Qatar dat eind vorig jaar deed. Tijdens dat WK zat de Saoedische kroonprins Mohammed bin Salman overigens al op de voorste rij, naast FIFA-baas Gianni Infantino – prominenter dan alle andere wereldleiders op de tribune.
Wie investeert in topvoetbal, krijgt een belangrijke politieke positie. Begin april onthulde The Athletic documenten rond de overname van Newcastle United door het Saoedische staatsinvesteringsfonds PIF. Dat waren niet zomaar onderhandelingen tussen investeringsfonds en clubeigenaren, maar ook kroonprins Bin Salman en de toenmalige premier Boris Johnson hadden er contact over. Uit de documenten blijkt dat het Verenigd Koninkrijk het eventuele mislukken van de overname beschouwde als een „onmiddellijk risico” voor de relatie tussen beide landen. Het VK ging zelfs zo ver dat het hulp aanbood bij het ‘gladstrijken’ van het Saoedische imago.
De vraag is hoe Saoedi-Arabië werkelijk wil gaan meetellen in het internationale topvoetbal. Dat ze een WK of andere grote landentoernooien organiseren is voorstelbaar. Maar om de sport werkelijk te veranderen, zoals in het golf, zal het land voet aan de grond moeten krijgen in het clubvoetbal. Amerikaanse, Zuid-Amerikaanse en Europese fans moeten verleiden. En dat kan alleen door mee te doen aan grote clubcompetities. De Champions League voorop – het Europese toernooi dat door de UEFA wordt georganiseerd en het sterkst bezette toernooi ter wereld is, met de meeste aandacht en hoogste televisiegelden.
Om in de buurt te komen zal Saoedi-Arabië meer moeten doen dan sterren op leeftijd – want dat zijn Cristiano Ronaldo en Karim Benzema uiteindelijk – aantrekken. Dat hebben landen als China en de Verenigde Staten ook geprobeerd, zonder veel succes. Saoedi-Arabië blijft zelf stil over de precieze ambities. Voorstelbaar is dat het land een rol wil spelen in de Super League. Dat is een plan voor een nieuwe voetbalcompetitie waarmee meer geld uit het voetbal getrokken zou kunnen worden. Een eerste idee, van een selecte groep topclubs die een gesloten competitie zouden organiseren, stuitte op zoveel verzet dat het snel sneuvelde. Toch is het idee van een supercompetitie nog altijd levend en het is niet ondenkbaar dat Saoedi-Arabië er een mogelijkheid in ziet ook in het clubvoetbal een rol van betekenis op te eisen.
3 Wat heeft kroonprins Mohammad bin Salman te winnen?
Maak een lijstje van de politiek leiders die Mohammed bin Salman de voorbije twaalf maanden de hand hebben geschud en het is moeilijk voorstelbaar dat de Saoedische kroonprins nauwelijks vijf jaar geleden tot paria van de internationale gemeenschap werd verklaard. Onder meer presidenten Joe Biden (VS), Emmanuel Macron (Frankrijk) en Xi Jinping (China) gingen recent met Salman op de foto. Ook minister Wopke Hoekstra (Buitenlandse Zaken, CDA) reisde naar Saoedi-Arabië om de banden met het land aan te halen.
In 2018 wilde nog vrijwel niemand, ook Hoekstra niet, met Salman gezien worden. Dit vanwege de brute moord op dissident-journalist Jamal Khashoggi, die in opdracht van de Saoedische leider zou zijn gepleegd. Ook de Saoedische rol in de burgeroorlog in Jemen en structurele binnenlandse mensenrechtenschendingen kwamen Salman op veel kritiek te staan.
De topontmoetingen van afgelopen jaar laten zien hoezeer hij in korte tijd aan status en invloed op het wereldtoneel heeft gewonnen. Door te kapitaliseren op de economische macht van Saoedi-Arabië: de Golfstaat heeft de grootste oliereserves ter wereld, terwijl veel landen vrezen voor hun energievoorziening. Maar ook door zich te profileren als legitieme en moderne machthebber die het van oudsher zeer conservatieve en gesloten Saoedi-Arabië wil openstellen voor de rest van de wereld.
Sport is daar bij uitstek geschikt voor. Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten (vooral Abu Dhabi, eigenaar van Manchester City) waren de eerste Arabische mogendheden die ontdekten hoe een land via het voetbal, een sport die wereldwijd miljarden kijkers trekt, prestige en politiek-economische invloed kan winnen. De laatste jaren is Saoedi-Arabië, dat zichzelf ziet als het belangrijkste land in de regio, aan een inhaalslag bezig. Dat veel Saoedisch sportnieuws naar buiten komt in de week dat Manchester City de finale van de Champions League speelt, is volgens de Britse sportwetenschapper Simon Chadwick geen toeval.
„We zouden het moeten hebben over Abu Dhabi, maar iedereen praat nu over Saoedi-Arabië. Zo probeert het land zijn macht en dominantie te onderstrepen. Reken maar dat de koninklijke familie in Abu Dhabi geïrriteerd is over de timing.”
Internationale status en invloed is niet het enige dat op het spel staat voor Salman. Sport is ook een middel om Saoedi-Arabië te promoten als toeristische bestemming – niet voor niets is Messi er ‘toerisme-ambassadeur’. Salman wil de Saoedische economie minder afhankelijk maken van olie-inkomsten en tegelijkertijd miljoenen banen creëren. Toerisme speelt daarin een belangrijke rol, naast plannen om van Saoedi-Arabië een logistiek en financieel centrum te maken.
Daarnaast is sport voor Salman óók een instrument om zijn binnenlandse machtspositie te beschermen en het draagvlak te creëren om kritische geluiden snoeihard de kop in te drukken, stelt Chadwick. Saoedi-Arabië, een voetbalgek land met 36 miljoen inwoners, heeft een heel jonge bevolking. Meer dan 70 procent van de Saoediërs is dertig jaar of jonger, opgegroeid met sociale media en relatief hoog opgeleid.
Chadwick: „De grote angst voor machthebbers als Salman is dat zij in opstand komen. Daarom is hij een soort sociaal contract met ze aangegaan: ik geef jullie het vermaak dat jullie willen, voetbalsterren, dansfeesten, pretparken, noem maar op. Maar trek onze macht niet in twijfel.”