Afgelopen week werd ik door het research development team binnen de Smibanese University getipt over een interessante idee waar zij mee in aanraking kwamen. By the way, wij van de Smibanese University hebben dus een research development team dat continu bezig is met het aanscherpen onze overtuigingen. Punt twee van ons 11-point program verpakt binnen de Smibologic Theory for Practical Application luidt namelijk als volgt: lees iets, leer iets. Wat er dan gebeurt binnen deze afdeling is dat men continu bezig is met kennis vergaren via boeken en ander leeswaar, om zodoende alle University leden te voorzien van de “nieuwste” info over het leven. Wat er in de praktijk gebeurt is dat er bijvoorbeeld een boek wordt gelezen dat vervolgens wordt samengevat in Smibanese woorden, om vanuit daar simpelweg te broeden op de ideeën die uit zo’n boek zijn blijven hangen zodat die met de tijd groeien binnen ons eigen bewustzijn.
Ditmaal kreeg ik een samenvatting van een boek toegestuurd genaamd Good to Great: why some companies make the leap, and others don’t. In een nutshell gaat het boek over een onderzoek dat in de jaren 90 werd gedaan naar de oorzaken die het verschil vormen tussen bedrijven die exponentiële groei bereiken in tegenstelling en andere die dat simpelweg niet doen. Zo zijn er volgens de schrijver Jim Collins een handjevol redenen die je telkens terug ziet komen. Een van deze oorzaken is bijvoorbeeld de manier waarop de leiders van die bedrijven het bedrijf in kwestie ego-loos leiden, of dat je de harde/confronterende feiten altijd recht toe recht aan moet confronteren, maar ondanks dat nooit geloof moet verliezen in de zaak. Maar wat ik zelf vooral interessant vond was het een na laatste hoofdstuk over The Flywheel effect en The Doom Loop.
Een van de dingen die ze concludeerden uit dat onderzoek is dat wenselijke progressie nooit het resultaat is van één specifieke keuze of handeling, maar altijd een consequentie is van een consequente manier van denken en doen die zich opstapelt, tot er sprake is van momentum dat vervolgens wordt ingelost. En net als met een flywheel, of voor ons misschien makkelijker in te beelden een molen, ontstaat er vaart na een trage circulatie binnen eenzelfde patroon. Wat ze dan uitleggen hierover is dat shit altijd begint bij een nieuw besef van hoe iets moet, en dat vanuit dit besef in eerste instantie langzaam, geleidelijk “een draai” wordt gevonden door consequent die nieuwe wijze na te leven.
The Doom Loop is daarentegen het tegenovergestelde effect wat in de kern altijd de consequentie is van progressie willen boeken zonder dit besef, het besef dat het cumulatief handelen de opbouw is naar momentum, en we afhankelijk zijn van momentum dat ingelost dient te worden. Men handelt dan zonder het juiste begrip van hoe shit werkt, bouwen niet op in het geleidelijke, en treffen zodoende nooit momentum.
Wat ik zo interessant vond aan dit is dat dit in principe ook zo werkt in libi in general. Want ja, organisaties functioneren als organismen, en wij mensen zijn uiteindelijk ook gewoon een groot organisme. Zelf zie ik mijn gehele bestaan als een business, en zo zie ik het al sinds ik een tiener ben. Wij zijn in principe afhankelijk van dezelfde dynamieken, alleen speelt het zich allemaal af in je eigen psyche in plaats van de werkvloer. Maar ook ons bestaan is net als dat van een bedrijf onderworpen aan organisatie, werkwijze en doelstellingen. Bij gebrek daaraan zal je nooit floreren. So mind your business! Iets bereiken is een consequentie, dus focus op wat eraan vooraf gaat, en vindt daarbinnen je draai.
Prof. Soortkill is oprichter van Smib Worldwide, een creatieve organisatie uit de Bijlmer. En van de Smibanese University, waarvoor hij het Smibanese woordenboek 2.0 publiceerde (in 2020 genomineerd voor Taalboekenprijs) en onlangs Smibologie. Each one, teach one.