Ja, benadrukte André Cats, technisch directeur van NOC-NSF, nog maar eens: Nederland wil bij de beste tien sportlanden van de wereld horen. De zogenoemde ‘top 10-ambitie’ wordt niet losgelaten, vertelde Cats maandagavond tijdens de algemene ledenvergadering van de sportkoepel op Papendal.
Maar medailles winnen is niet langer de enige pijler onder het beleid van NOC-NSF, bleek uit de plannen voor de zogeheten topsportstrategie die na 2025 in praktijk gebracht moet worden. De sportkoepel wil naast „resultaten boeken” ook meer aandacht voor de maatschappelijke waarde van sport en topsporters genereren.
In 2010 werd de top 10-ambitie leidend bij NOC-NSF, onder de vorige technisch directeur Maurits Hendriks, en Cats noemde het „volstrekt normaal” om die na drie olympische cycli tegen het licht te houden: „Zitten we op de goede weg, moet het hier en daar anders, beter, scherper? Daar zijn we nu volle bak mee bezig.”
Gefronste wenkbrauwen
De top 10-ambitie was deze zomer opeens in het nieuws. Bij een NOC-NSF-bijeenkomst in juli, waarin werd gemarkeerd dat de Olympische Spelen van Parijs nog slechts een jaar weg waren, ontstond ruis. Wilde NOC-NSF die doelstelling wel vasthouden?
Op de bijeenkomst werd een filmpje vertoond, gemaakt door NOC-NSF, waarin sporters aandacht vragen voor ‘de verhalen achter de medailles’. Chef de mission Pieter van den Hoogenband haakte daar later die dag voor de camera van de NOS op in: „Het gaat straks om de verhalen, niet om de medailles”. En: „Dat medailleklassement, ik geloof het allemaal wel.”
Het leidde in eerste instantie tot gefronste wenkbrauwen in de sportwereld. Sommige sporters vroegen zich af of hun ambities om een olympische podiumplaats te halen opeens minder belangrijk waren. „Als je laatste wordt kun je wel een goed verhaal hebben, maar dan komt het wel iets minder goed over dan als je het goed doet. Het doel is goud”, reageerde roeister Karolien Florijn, de regerend wereldkampioene in de skiff, in juli tegen de NOS.
Dat was niet wat NOC-NSF had willen zeggen. Op Radio 1 probeerde Cats al snel het beeld te repareren. „Dat medailles niet meer van belang zouden zijn, is bezijden de waarheid”, zei hij. Intern was er dan ook weinig verwarring: sportbonden wisten dat de ambitie niet was losgelaten. Maar bij de buitenwereld bleek dit beeld hardnekkiger.
Toch is het wel degelijk zo dat de sportkoepel onder de vorig jaar aangetreden Cats de koers wil verleggen: weg van enkel aandacht voor het medailleklassement. Om te beginnen vanwege meerdere gevallen van grensoverschrijdend gedrag in de sport. De Spelen van Tokio, in 2021, waren met een zevende plek in het klassement de meest succesvolle ooit voor Nederland (met 36 medailles, waaronder tien gouden), maar bijvoorbeeld de gouden medaille van de hockeyvrouwen was volgens Cats niet „glanzend” omdat de sfeer in het team door veel speelsters als heel onprettig werd ervaren.
Lees ook
dit onderzoekverhaal van NRC uit 2022 over de prestatiecultuur bij de hockeyvrouwen
Betere begeleiding
NOC-NSF wil (oud-)topsporters beter gaan begeleiden richting hun maatschappelijke carrière. Volgens de sportkoepel is dat zowel goed voor sporters als de maatschappij. „Sporters zijn fijne, zelfstandige mensen die professioneel zijn en de samenleving kunnen verrijken na hun topsportcarrière”, zei Cats. Nu al geeft NOC-NSF voor gestopte topsporters een getuigschrift af als ze die nodig hebben, maar er zou nog meer ondersteuning moeten komen, zodat sporters zich al tijdens hun topsportjaren kunnen voorbereiden op hun maatschappelijke loopbaan.
Lees ook
een interview met oud-coach en chef de mission Charles van Commenée: ‘Coaches durven niet meer te doen wat nodig is’