‘Omdat ze kleurstoffen aanmaken kunnen schimmels heel mooi zijn, maar deze is eigenlijk een beetje saai.” Op de tafel van zijn oude lab bij het Westerdijk Institute zoekt Auke de Jong tussen stapels bontgekleurde petrischaaltjes naar de witte, gelei-achtige Candida auris. De schimmel veroorzaakt dodelijke bloedbaaninfecties en is wereldwijd in opmars. Hoewel er in Nederland pas vijf besmettingen zijn geconstateerd, bereidt het RIVM zich sinds begin 2023 voor op een mogelijke uitbraak.
Zonder omhaal pakt hij het gevonden schaaltje en laat de inhoud zien. „Zie je die lichtblauwe kring? Daaraan kun je hem herkennen.” De schimmel infecteert vooral mensen die al verzwakt zijn.
Voor zijn promotieonderzoek aan de Universiteit van Amsterdam bracht De Jong de genen en eigenschappen van meerdere Candida-soorten in kaart. „We zien de afgelopen jaren steeds meer uitbraken van nieuwe varianten. Deze soorten gedijen net als de auris goed in extreme omstandigheden en bouwen resistentie op tegen anti-schimmel en desinfectiemiddelen.
Onbekend terrein
„Van jongs af aan was ik al met biologie bezig. Ik verzorgde kikkervisjes, probeerde vliegjes te voeren aan spinnen en ging vaak met mijn opa tuinieren.” Hoewel hij zich eerst op plantenveredeling wilde richten, ontwikkelde hij tijdens zijn studie biologie in Utrecht een passie voor schimmels. „Het is onbekend terrein waarvan we niets afweten. Terwijl: zonder schimmels zou het meeste leven niet mogelijk zijn.”
Eerst richtte hij zich op het nut van schimmels. „Allerlei soorten worden ingezet om vitamines, medicijnen, kaas, sojasaus en zelfs componenten van wasmiddelen te produceren. Dat vind ik fascinerend, maar nu zit ik toch meer aan de dark side.” Medisch schimmelonderzoek trekt hem aan omdat hier nog veel verkennend en fundamenteel onderzoek uitgevoerd moet worden. „Het is echt pionieren”.
Ook over de Candida-soorten die hij onderzocht was nog vrijwel niets bekend. „Hoewel Candida auris sinds zijn ontdekking in 2009 langzaamaan meer aandacht krijgt, zijn mensen vergeten naar verwante soorten te kijken. Wij hebben van deze soorten het dna geanalyseerd, een uitgebreide database gemaakt en methoden ontwikkeld om ze beter te identificeren.”
Late of verkeerde behandeling
Artsen kunnen zijn resultaten gebruiken bij het herkennen van de schimmels. „Momenteel worden de soorten vaak gemisidentificeerd, wat kan leiden tot een late of verkeerde behandeling.” Door bij schimmelinfecties te pas en te onpas antischimmelmiddelen te gebruiken, kunnen deze nieuwe soorten resistentie opbouwen. De Jong zegt dat het gebruik van dit soort middelen in de zorg, landbouw en in verfproducten waarschijnlijk heeft geleid tot de eigenschappen die de Candida auris zo dodelijk maakt.
Hij hoopt dat zijn onderzoek aanzet tot minder gebruik van antischimmelmiddelen en tot meer aandacht voor schimmelziekten in de zorg. „Van vrienden die geneeskunde hebben gestudeerd weet ik dat ze één middag eens wat over schimmels leren en het er daarna niet meer over hebben. Terwijl elk jaar wereldwijd wel meer dan 1,6 miljoen mensen aan een schimmelziekte overlijden.”
De Jong stuitte tijdens zijn onderzoek ook op een nieuwe ziekteverwekkende Candida-soort, vertelt hij enthousiast. Is dat niet juist slecht nieuws? „Met het ontdekken van Candida khanbhai kunnen we de medische wereld alert maken dat er een nieuwe soort rondwaart en slachtoffers maakt. Daarnaast is de vondst heel interessant omdat het onze kennis verder brengt.”
De vondst is als een nieuw puzzelstukje in de stamboom van de schimmelfamilie. Door de verschillende varianten te vergelijken, kun je onderzoeken welke genen bijdragen aan eigenschappen zoals resistentie, leefomstandigheden en besmettelijkheid. „Vervolgens kunnen we gericht zoeken naar waar ze voorkomen, kijken hoe ze in ziekenhuizen terechtkomen en op welke manier ze ons ziek maken.” Zo kun je uiteindelijk nieuwe medicijnen ontwikkelen.
Zijn proefschrift legt de basis voor een overvloed aan nieuwe onderzoeksvragen, maar helaas waren er geen geschikte onderzoeksposities beschikbaar. Medisch schimmelonderzoek is een ondergeschoven kindje, zegt De Jong. Zowel aandacht voor schimmelziekten als onderzoeksgeld is beperkt. „Schimmels zijn opportunistisch: ze infecteren mensen die al verzwakt zijn waardoor het overlijden vaak wordt toegeschreven aan andere ziekten.”
Momenteel werkt hij als virusonderzoeker bij het RIVM. „Dat is heel leuk werk, maar ik heb toch wel echt een passie voor schimmels; hopelijk kan ik mijn schimmelonderzoek snel weer oppakken.”
Prachtige paddenstoelen
„Ondanks dat ik de slechte kant van schimmels onderzoek – de infectiekant – moeten we ze zeker niet als negatief zien. Dat is gewoon zonde.” Schimmels hebben last van een slecht imago, merkt De Jong. Mensen denken bij schimmels vaak aan een vieze, beschimmelde boterham, of de zwarte schimmel in de douche.
„En dat terwijl schimmels zo mooi zijn en veel nuttige toepassingen kennen.” Hij somt op: je eet brood, drinkt een biertje, ziet prachtige paddenstoelen in het bos – dat zijn ook allemaal schimmels. De Jong wil het negatieve beeld doen kantelen en mensen enthousiasmeren voor schimmels.