N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Analyse
Kinderliteratuur „Klein en overwogen”, noemt de Roald Dahl Story Company de aanpassingen in zijn werk. Maar de lijst is lang en divers. Het wekt de vraag op: wie heeft zeggenschap over de fictie? Wie is daarvan de ‘eigenaar’?
Het is niet voor het eerst dat Roald Dahls kinderboeken aangepast worden aan de wensen van de tijd. Maar nu lijkt er een grens overschreden, getuige de verontwaardiging die dit weekend opstak, nadat de Britse krant Daily Telegraph had beschreven dat Dahls Britse uitgever Puffin een groot aantal „aanstootgevende” formuleringen had herzien in herdrukken van Dahls boeken.
Honderden aanpassingen zijn gemaakt zodat „iedereen van de boeken kan blijven genieten”, luidde de voetnoot van de uitgever. Gevoeligheidslezers hebben de boeken doorgekamd op onwenselijke termen, zoals stereotyperingen, op instigatie van de uitgever en rechtenbeheerder The Roald Dahl Story Company, dat sinds 2021 in handen is van Netflix. Dahls Nederlandse uitgever toonde zich zondag kritisch op de aanpassingen en is niet voornemens de teksten aan te passen.
„Roald Dahl was geen engel, maar dit is absurde censuur”, twitterde schrijver Salman Rushdie. Hij vond dat de uitgever en de rechtenbeheerder, die met de wijzigingen instemden, „zich moeten schamen”. PEN America, een belangengroep die strijdt voor de uitingsvrijheid van fictieschrijvers, zei „gealarmeerd” te zijn. „Degenen die specifieke herzieningen in Dahls werk toejuichen, zouden zich moeten afvragen hoe de macht om boeken te herschrijven gebruikt kan worden door degenen die hun waarden en gevoeligheden niet delen”, aldus de voorzitter.
De aanpassingen worden door de Roald Dahl Story Company gebagatelliseerd als „klein en weloverwogen”, maar de lijst die de Daily Telegraph dit weekend opstelde is lang en divers. De gemene deler is onwelgevalligheid. Stereotyperende beschrijvingen die naar het oordeel van de gevoeligheidslezers getuigden van seksisme, racisme of fatshaming, werden aangemerkt als problematisch en gladgestreken. Ook gaat het er nu een tikje minder boosaardig aan toe: zinnen waarin er personages „in de gehaktmolen” belandden of waarin een duim „in de tuit van een pot kokend water werd gestoken tot hij gestoomd was”, zijn helemaal uit de boeken verwijderd.
Gevoeligheden
Dat gaat een stap verder dan de verwijdering van een n-woord uit literaire klassiekers na de herbeoordeling van sensitivity readers – overigens een praktijk waarover de afgelopen jaren ook al verhit debat gevoerd is. Toch is het niet uniek dat Roald Dahls teksten herzien worden om bij de tijd te blijven: al in een eerdere versie van Sjakie en de chocoladefabriek kwam een prins uit de Indiase stad Puducherry, en niet meer uit Pondicherry, de oude koloniale naam die in eerdere drukken nog werd gebruikt. Met grotere veranderingen stemde ook de schrijver zelf een enkele keer in. De Oempa Loempa’s, de dwergachtige werkers in de chocoladefabriek van Willy Wonka, waren in de eerste druk van Sjakie en de chocoladefabriek nog zwarte pygmeeën, wat na kritiek werd aangepast. Als de tijdgeest erom vroeg, was Dahl tot aanpassingen bereid – maar woordveranderingen voor de Amerikaanse markt weigerde hij dan weer pertinent. Dahl was zuinig op zijn taal.
Dat wringt nu, maar in de nieuwe rel rond de herziene teksten komt nog veel meer samen. Met de verwijzing naar „waarden en gevoeligheden” van PEN America, wordt de herziening in het strijdperk getrokken van de wereldwijde morele cultuurstrijd, waar de introductie van gevoeligheidslezers bij hoort. Daarin signaleert de ene partij in teksten tal van (culturele) gevoeligheden die vermeden moeten worden, en reageert de andere kant daarop door te zeggen dat politieke correctheid doorslaat en de fictieauteur moet kunnen schrijven wat hij wil. De vraag die in de lucht blijft hangen is: als de tekst een update krijgt, wat zijn dan precies de wensen van deze tijd?
Een gulden middenweg wordt in de Dahl-herzieningen in elk geval niet bewandeld: de huidige wijzigingen gaan veel critici te ver. Was die boosaardigheid, die nu wordt afgevlakt, niet juist de charme van Dahls kinderboeken? Was het subversieve en onrealistisch groteske van zijn boeken, de ondeugendheid, niet juist zo leuk eraan? In dat opzicht heeft kinderliteratuur het vaker te verduren, vanwege haar vermeende pedagogische functie. Maar aan het waken voor de tere kinderziel zitten ook grenzen, klonk na de verbanningen van te vrijzinnige boeken uit conservatieve Amerikaanse bibliotheken, en na de recente heksenjacht op kinderboekenschrijver Pim Lammers.
Persoonlijke opvattingen
Bovendien toont de verwijzing naar Roald Dahl zelf door Rushdie („geen engel”) ook hoe gemakkelijk zijn karakter en persoonlijke opvattingen, buiten de kinderliteratuur om, in de discussie betrokken worden – iets wat al langere tijd aan de gang is. Dat raakt aan nog een gevoelig hedendaags twistpunt, dat van cancel culture: kan een kunstwerk los gezien worden van zijn (foute) maker? Dahl was niet van onbesproken gedrag: zijn nabestaanden waren twee jaar geleden genoodzaakt zich van antisemitische uitspraken van Dahl uit de jaren tachtig te distantiëren. In reactie op een nieuwe, wat vergoelijkende biografie door Matthew Dennison, werden afgelopen najaar ook Dahls kinderboeken in het licht van zijn niet-engelachtige karakter besproken – en bekritiseerd om de grimmigheid die ze met hun schepper delen.
Wie heeft zeggenschap over de fictie? Wie is daarvan de ‘eigenaar’? De nabestaanden van de schrijver verkochten het rechtenbureau The Roald Dahl Story Company, dat de exploitatie van zijn boeken beheert inclusief opties op verfilmingen, in 2021 voor meer dan een half miljard euro aan streamingsdienst Netflix. Uitgeverij Puffin, die aan Roald Dahl het afgelopen decennium nog miljoenen aan royalties verdiende, meldde aan The Daily Telegraph dat de nieuwe herziening al in gang gezet was voordat die deal gesloten was.