Op een gegeven moment beginnen ze wat te irriteren: de vele verwijzingen naar de Lord of the Rings-films van Peter Jackson in The Lord of the Rings: The Rings of Power. De seriemakers willen dat de kijker weet dat zij weten hoe schatplichtig ze zijn aan Jackson, de regisseur die aantoonde dat het kan, de omvangrijke boeken van J.R.R. Tolkien verfilmen. Aan zowel de boeken als de films betoont The Rings of Power continu de eer met visuele knipogen en het hergebruiken van bekende citaten.
Onderdeel van een charme-offensief? Want toen het eerste seizoen verscheen op Amazons streamingdienst Prime Video, dat The Rings of Power een recordbudget van 1 miljard euro voor vijf seizoenen meegaf, reageerden veel fans kritisch. Onder andere omdat veel van wat er in gebeurde, nooit zo door Tolkien is opgeschreven – en er ook wel mee botste.
Die ‘heiligschennis’ was deels onvermijdelijk. De serie, die zich zo’n tweeduizend jaar vóór De Hobbit en In de Ban van de Ring afspeelt, is gebaseerd op de ‘Appendixen’: slechts honderd bladzijden encyclopedische informatie over de geschiedenis van Tolkiens fantasiewereld Midden-Aarde. The Rings of Power voegde daar met zelfbedachte verhaallijnen en gebeurtenissen narratief cement aan toe, dat in het eerste seizoen niet altijd lekker opdroogde.
De serie was fraai, maar overvol, waardoor er geen tempo in de vele losse verhaallijnen kwam. In het tweede seizoen komen die verhaallijnen en personages deels samen, waardoor het tempo er beter inzit én er meer focus ontstaat op de schepping van de titulaire Ringen van Kracht. Niet de Ene Ring die de Hobbit Frodo in de films met zich meetorst, maar die andere: drie voor de Elfen, zeven voor de Dwergen en negen voor de Mensen.
Machtsinstrumenten van de kwaadaardige Sauron, of zoals hij zich aan de Elfen presenteert: de goedwillende gezant Annatar (Charlie Vickers). In elfenrijk Eregion overtuigt Annatar de smid Celebrimbor (Charles Edwards) ervan om de ringen te smeden. Hun vriendschap is het kloppende hart van The Rings of Power, een verantwoordelijkheid die beide acteurs prima aankunnen. Met name Vickers, die grote indruk maakt als meestermanipulator Annatar.
Minder vatbaar voor Annatars avances zijn de Dwergen. Prins Durin (een al bijna even sterke Owain Arthur) moet als rechtgeaarde, koppige Dwerg niks van de ringen weten, en botst daarover met zijn vader, de koning. Ook dit deel van de serie ‘klopt’. In Mensenrijk Númenor hebben ze van Annatar nog niet gehoord, maar ontstaat evengoed conflict. Dit deel van de serie komt minder uit de verf, en dat geldt nog veel sterker voor de twee resterende verhaallijnen.
Lees ook
‘Je moet Tolkien niet verfilmen als je het niet kunt betalen. Dan wordt het genant’
Ondertussen vinken de makers heel wat Tolkien-hokjes af. Edele held met kristalhelder moreel kompas: check. Melancholische monologen: check. Met reuzenspinnen, heuveltrollen, Enten, grafgeesten en een Balrog komt een hele stoet bekende Tolkien-wezens voorbij. Alsof de makers goed willen maken dat ze de fans op andere momenten tegen de haren instrijken.
Typerend is een scène met Tom Bombadil, een lieveling van boekenlezers die destijds niet in de films paste. Een gewaagde keuze van de makers om dit personage alsnog in een andere context voor het scherm tot leven te wekken. Maar dat ze Bombadil teksten van tovenaar Gandalf uit de films laten herkauwen, is dan weer goedkoop inspelen op nostalgie. Zo blijft de serie zoekende naar de eigen kracht.
Die zit vooral bij Annatar en Celebrimbor. De voorlaatste aflevering van het seizoen speelt zich bijna volledig af in Eregion, waar hun relatie kraakt temidden van een meeslepende slag. Het levert een reeks vierentwintig karaats scènes op. Zo goed kán The Rings of Power dus zijn, als het al die ballast van wat eerder kwam en wat het denkt te moeten zijn even vergeet.