N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Necrologie
I.M. William Friedkin, filmer (1935-2023) Zijn controversiële duiveluitdrijvingsfilm ‘The Exorcist’ was zijn grote hit, maar filmer William Friedkin had ook succes met gruizige politiethrillers als ‘The French Connection’, waarmee hij Oscars won.
Flauwvallende bioscoopbezoekers, berichten over satanische subliminale boodschappen en de duivel zelf die zich volgens evangelist Billy Graham in het celluloid verschuilt: horrorfilm The Exorcist houdt de gemoederen al sinds 1973 bezig. In het jaar waarin de controversiële film zijn vijftigste verjaardag viert, overleed de maker ervan gisteren op 87-jarige leeftijd, William Friedkin.
Het was Friedkin die er voor koos de befaamde scène waarin het door demonen bezeten, 12-jarige meisje Regan masturbeert met een crucifix ook expliciet te tonen. De schrijver van het bronmateriaal, auteur William Peter Blatty, was daar op tegen. Ook over andere zaken verschilden de schrijver en scenarist van The Exorcist en de regisseur tot in lengte van dagen van mening. Blatty vond dat Friedkin zijn spirituele boodschap verkwanselde.
Zwevende meubels, obscene taal
Hoe het ook zij, The Exorcist was een enorme hit. In 1973 stonden er rijen mensen voor de bioscoop om getuige te zijn van het bezeten meisje dat met grommende stem obscene taal bezigt, haar hoofd 360 graden kan draaien, op mysterieuze wijze van haar bed opstijgt en zware meubels doet bewegen. Om nog maar te zwijgen van de liters kots die Regan uitspuwt over de priester die haar moet bevrijden van de in haar huizende duivel. Kots die was gemaakt van soep met gemalen erwten.
Kindactrice Linda Blair (Regan) hield er een jarenlange aversie aan over tegen erwtensoep. Het immense succes van The Exorcist, die in veel landen verboden werd, zorgde ervoor dat horror status kreeg, van B-films werden het weer A-films: producties met een respectabel budget.
Geflopt meesterwerk
In de documentaire Friedkin Uncut (2017) spreekt Friedkin de hoop uit dat hij herinnerd zal worden voor een andere film, Sorcerer (1977). In dezelfde documentaire noemt Friedkin-fan Quentin Tarantino het Friedkins meesterwerk. In 1977 flopte Friedkins remake van Le salaire de la peur (Henri-Georges Clouzot, 1953), de laatste jaren omarmen cinefielen de film die vol hoogstandjes zit. De scène waarin een vrachtwagen vol explosief materiaal in de stromende regen over een wiebelende houten hangbrug moet rijden, met daaronder een woest kolkende rivier, is uiterst memorabel.
Friedkin filmde de nihilistische nagelbijter op locatie in een aantal Latijns-Amerikaanse landen, het tekent zijn hang naar authenticiteit en gevoel voor couleur locale.
‘The French Connection’
Deze documentaire-inslag is ook voelbaar in zijn vijf Oscars winnende film (waaronder beste regie) The French Connection (1971), met Gene Hackman als ‘bad cop’ ‘Popeye’ Doyle en Roy Scheider als ‘good cop’. New York zag er zelden zo troosteloos uit als in deze politiethriller, die beroemd is vanwege zijn opwindende achtervolgingsscène die zonder beroep op special effects én zonder vergunning tot stand kwam. In Friedkin Uncut vertelt een betrokkene dat Friedkin zelf de camera hanteerde in de shots die vanuit de roekeloos rondscheurende auto zijn gemaakt. Hij vreesde voor het leven van de cameraman, die kinderen had. Die onverschrokkenheid tekent zijn no-nonsense karakter, zijn bijnaam was ‘Hurricane Billy’.
Ook in Cruising (1980) speelt groezelige couleur locale een grote rol. Friedkin situeerde zijn film over een undercoveragent (Al Pacino) die op jacht is naar een psychopathische moordenaar grotendeels in New Yorkse SM-homoclubs waarin Pacino, die kampt met latente homoseksuele gevoelens, zich onderdompelt. Net als The Exorcist was ook Cruising controversieel: de homobeweging riep op tot een boycot omdat de film vol zat met homohaat – de moordenaar heeft het voorzien op homoseksuelen –, inmiddels wordt hij geprezen als redelijk authentiek historisch document.
De Nederlandse cameraman Robby Müller draaide Friedkins cynische politiefilm To Live and Die in L.A. (1985), iets waar hij een aversie tegen de grote Hollywoodmachinerie aan overhield. Net als The French Connection heeft deze film een memorabele achtervolging, dit keer op de snelweg. Ook zijn de hoofdpersonen, twee politie-inspecteurs, net als Popeye Doyle, niet helemaal brandschoon. In feite portretteert Friedkin een corrupte, door en door verrotte samenleving – hij maakte de film op het hoogtepunt van de materialistische yuppencultuur.
Opnieuw: duiveluitdrijving
De in 1935 geboren Friedkin, wiens joodse grootouders uit Oekraïne naar Amerika vluchtten, begon zijn carrière bij televisie, waar hij enkele documentaires maakte. In 1965 verhuisde hij naar Hollywood waar hij debuteerde met het Sonny & Cher-vehikel Good Times (1967). Een aantal andere films volgden, tot hij in 1971 voorgoed doorbrak met The French Connection. De jaren zeventig waren zijn hoogtijdagen, maar zijn carrière kreeg een stevige injectie met twee late films die door (sommige) critici succesvol onthaald werden, Bug (2007) en Killer Joe (2011), met een gedenkwaardige rol van Matthew McCounaughey. Tien jaar geleden publiceerde hij zijn memoires The Friedkin Connection. In 2017 ging zijn documentaire The Devil and Father Amorth in première op het filmfestival van Venetië. Deze gaat over een duiveluitdrijving in Italië en zo was de cirkel 44 jaar na The Exorcist weer rond. Of toch niet helemaal: op het komende festival van Venetië gaat zijn zwanenzang The Caine Mutiny Court-Martial, met Kiefer Sutherland, in première. Buiten competitie, want daar moest hij niets van hebben. Het idee van een competitie tussen (meestal onvergelijkbare) films vond hij grote onzin. De assertieve Friedkin nam nooit een blad voor de mond.