Het is tekenend voor het politieke klimaat dat er op het Mediapark in Hilversum met opluchting is gereageerd op het hoofdlijnenakkoord dat de beoogde coalitiepartijen deze maand presenteerden. Er hoeft ‘slechts’ 100 miljoen euro te worden bezuinigd op de publieke omroep: een stuk minder dan de bedragen die tijdens de formatie rondzongen in Den Haag. De VVD wilde 400 miljoen bezuinigen, de PVV wilde het liefst helemaal van de ‘NPO66’ af. „Door alle geruchten was ik heel bezorgd wat er in dat akkoord zou staan”, zegt Arjan Lock, voorzitter van de EO en van het College van Omroepen, een samenwerkingsverband.
Niet alleen de omvang van de bezuinigingen bleek mee te vallen, in het akkoord stond ook een paragraaf waarin het belang werd benadrukt van een sterke publieke omroep, onder het kopje ‘goed bestuur en rechtstaat’. Betrouwbare informatievoorziening, kwalitatieve journalistieke programma’s, en een veelzijdig aanbod zijn volgens de beoogde coalitie van maatschappelijk belang. Daar waren de NPO en alle omroepen ontzettend blij mee, zo bleek uit een gezamenlijke verklaring. „Dit geeft de burger moed”, zegt Lock, „moed om verder te werken aan de modernisering van het omroepbestel.”
NPO-voorzitter Frederieke Leeflang heeft zich achter de schermen, in gesprek met politieke partijen, hard gemaakt voor het belang van een sterke publieke omroep. „Ik heb daar veel over gesproken met de formerende partijen, maar ook met de partijen die in de oppositie zitten”, zegt ze. „Alle partijen, ook de PVV, zien dat we een belangrijke rol vervullen in de samenleving. Maar ze staan wel kritisch tegenover de manier waarop het bestel door de jaren heen is vormgegeven. Ze vragen zich af of wij in staat zijn om te anticiperen op een snel veranderende samenleving, en het nieuwe mediagebruik.”
Flinke aderlating
Hoe goedbedoeld die paragraaf ook is, 100 miljoen euro is een flinke hap uit een omroepbegroting van 900 miljoen. De laatste grote bezuiniging op de publieke omroep was in 2012, toen er 200 miljoen werd gekort. Het kabinet wilde destijds een einde maken aan de „versnippering”: er was nog maar plaats voor 8 omroepen in plaats van 21. Dit leidde tot fusies tussen diverse omroepen, zoals AVROTROS, BNNVARA en KRONCRV. De NPO kreeg een steeds grotere rol in de programmering, ten koste van de herkenbaarheid van omroepen. Maar daarna er kwamen er toch weer omroepen bij, wat de bestuurbaarheid van het bestel opnieuw onder druk zette. De programmering is nu een traag en ondoorzichtig proces.
Dit moet anders, daarover is iedereen in Hilversum het wel eens. Dit geldt ook voor de beoogde coalitiepartijen. „De NPO wordt hervormd zodat de journalistiek – inclusief het veelzijdige aanbod – kwalitatief hoogwaardig vormgegeven en gewaarborgd wordt”, staat in het hoofdlijnenakkoord. „Toekomstbestendigheid en transparantie van kosten staan daarbij voorop. Het besluitvormingsproces wordt gestroomlijnd.”
Die 100 miljoen aan bezuinigingen komt dus bovenop een herziening van het omroepbestel, waar de NPO en de omroepen de afgelopen maanden al over hebben gesproken. Dit gebeurde naar aanleiding van het rapport dat de commissie-Van Geel vorig jaar presenteerde. Op verzoek van het kabinet deed de commissie voorstellen voor toetredings- en verantwoordingscriteria voor publieke omroepen, en voor de modernisering van het bestel. Want er was in Den Haag en Hilversum ongemak over de toetreding van Ongehoord Nederland in 2022, een omroep die ronduit racistische video’s uitzendt en complottheorieën verspreidt.
Na het rapport en de aangekondigde bezuinigingen willen de omroepen nu zelf de regie houden over het vervolg. „Ik vind dat er een zware verantwoordelijkheid ligt bij ons in Hilversum om hier invulling aan te geven”, zegt Lock. „Dat gebeurt in samenspraak met het ministerie. Daar werken ze aan een notitie voor het debat dat na de zomer door de nieuwe bewindspersoon gevoerd zal worden in de Tweede Kamer. Dat gaat over de toekomst van het publieke bestel. Over dat onderwerp zullen we dus snel verder moeten praten. Gelukkig zijn we daar de afgelopen maanden al mee bezig geweest.”
Die gesprekken tussen de omroepen verlopen volgens Lock volgens drie hoofdlijnen: de digitale transitie, een duidelijkere rolverdeling tussen de NPO en de omroepen, en het borgen van het veelzijdige aanbod. Misschien wel de moeilijkste kwestie die op tafel ligt, is de beperking van het aantal omroepen. Momenteel zijn er naast de taakomroepen NOS en NTR negen omroepen, ondergebracht in zes samenwerkingsverbanden. Daarbij zijn er twee nieuwe omroepen met een voorlopige erkenning: Ongehoord Nederland en Omroep Zwart. Van Geel pleit ervoor om het aantal omroepen terug te brengen naar zes.
Behoud van diversiteit
Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Want alle omroepen vinden hun geluid onmisbaar voor een veelzijdig aanbod, en zullen vechten voor hun bestaansrecht. Ze voelen zich ook gesteund door Van Geel, die pleit voor behoud van de pluriformiteit en versterking van de positie van omroepen in het bestel. „Het belangrijkste is dat er een beter bestuurbaar bestel komt, met minder omroepen”, zegt PowNed-voorzitter Dominique Weesie. „Want het zijn er nu dertien, dat moet echt terug naar zes. Ik denk dat iedereen over zijn eigen schaduw heen zal moeten springen. Maar het zijn allemaal egootjes.”
In de praktijk zal het waarschijnlijk neerkomen op nauwere samenwerking tussen omroepen. Daar is na de bezuinigingsronde in 2012 immers al een begin mee gemaakt. „Als dat betekent dat ik me straks door iemand anders moet laten vertegenwoordigen bij bestuurlijke vergaderingen, dan zij het zo”, zegt Weesie. „Als het merk maar blijft bestaan. Wij werken nu samen met AVROTROS. Dat betekent dat er een stichting boven ons zit met een uitzendlicentie. Dat gaat bestuurlijk gezien heel goed. Maar het verkopen van onze programma’s kan AVROTROS niet. Want zij hebben een ander dna dan wij.”
„Bezuinigen vraagt om hervormingen waarbij de rolverdeling tussen de NPO en omroepen weer helder wordt, met een coördinerende NPO en omroepen die over de inhoud gaan”, zegt Lonneke van der Zee, algemeen directeur van BNNVARA. „Daarbij zullen de omroepen zelf ook stappen moeten zetten om het bestel beheersbaar te maken. Daarvoor is intensievere samenwerking tussen omroepen nodig, die ook tot een kostenbesparing zal leiden. BNNVARA is daar een groot voorstander van, getuige ook de samenwerking tussen BNN en de VARA, en onze ondersteuning aan Omroep Zwart.”
De omroepen willen voorkomen dat de bezuinigingen ten koste gaan van hun programmering. Ze denken dat er de meeste winst te behalen valt met het afslanken van de managementlagen. Daar gaat ongeveer een kwart van de totale begroting van de publieke omroep aan op: 150 miljoen voor de koepelorganisatie NPO en nog eens 100 miljoen voor de organisatiekosten van de omroepen. „Daar moeten we goed naar kijken”, zegt Weesie. „De NPO voorop. Want volgens mij is dat de grootste werkgever op het Mediapark. Maar achthonderd medewerkers vind ik erg veel voor een uitvoeringsorganisatie.”
Die suggestie leidt tot enige wrevel bij NPO-voorzitter Leeflang. „Er zijn 510 fte’s bij de NPO en er zit ook een grote managementlaag bij omroepen”, zegt ze. „En het is niet alleen management, we hebben als NPO ook een belangrijke taak op het gebied van techniek en distributie, vergeet dat niet. Daar moeten wij natuurlijk net zo goed naar kijken. Maar het is niet zo dat de NPO uit zijn voegen is gegroeid, en dat je daar dus makkelijk in kan snijden. Ik denk dat je moet kijken naar alle taken die omroepen nu zelfstandig vervullen, zoals sociale veiligheid. Alles wat niet eigenzinnig hoeft te zijn, kan ook gezamenlijk.”
Toch lijken moeilijke keuzes onvermijdelijk. Moet de publieke omroep stoppen met amusement, en zich alleen nog richten op nieuws, cultuur, en sport, zoals de VVD het liefst ziet? Of moet er een publieke zender worden geschrapt, zoals NSC in zijn verkiezingsprogramma had staan? Nu de omvang van de bezuinigingen meevalt, lijken die keuzes voorlopig van tafel te zijn. „Er wordt veel te makkelijk geroepen dat NPO3 wel geschrapt kan worden”, meent Van der Zee van BNNVARA. „Dat levert amper besparingen op, terwijl het risico om ons jongste publiek te verliezen enorm is. De BBC heeft spijt als haren op het hoofd van een soortgelijke zet.”
NPO3 is juist de zender die jongeren zou moeten bereiken. Maar die kijken vooral online, geen lineaire televisie. De NPO heeft vorig jaar een digitale strategie gelanceerd, waaronder een nieuwe app voor streamingsdienst NPO Start, die in het begin de nodige kinderziektes vertoonde. „We moeten ons minder blindstaren op de traditionele platforms”, zegt Lock. „En vooral zorgen dat onze content terechtkomt bij de doelgroepen waarvoor we het maken. Dan blijft lineaire programmering voor sommige doelgroepen belangrijk. Maar als we jongeren willen bereiken, moeten we beter nadenken hoe we onze content via apps, socials en platforms van derden kunnen aanbieden.”
Als snijden in de managementlagen niet genoeg besparingen oplevert, dan zal er elders moeten worden bezuinigd. Want 100 miljoen is veel geld. Jan Slagter van Omroep MAX ziet wel mogelijkheden. „Je zal het in de kleinere dingen moeten vinden”, zegt hij, „ook hele kleine dingen. Zoals het afschaffen van BVN (Beste Van NPO, red.), de zender waardoor de NPO over de hele wereld via satelliet te zien is. Nou, ik ben vaak in het buitenland, daar heb ik BVN niet nodig. Dat scheelt toch weer 1,5 miljoen euro. Maar de programma’s moeten overeind blijven.”
Overigens kan een deel van de bezuinigingen mogelijk worden opgevangen door de Ster meer ruimte te geven om reclametijd te verkopen. „De Ster mag online en on-demand geen reclame verkopen”, zegt Leeflang. „Dat is natuurlijk een beetje raar als je in een digitale wereld leeft, en de Ster op andere kanalen van publieke omroep wel reclame mag verkopen. Daar zit dus nog enige ruimte. De 24 miljoen aan bezuinigingen die Rutte IV had ingeboekt vanaf 2025, zijn eveneens op deze manier gecompenseerd. Maar goed, uiteindelijk zal dit nooit 100 miljoen euro opleveren.”
Lees ook
De formerende partijen willen fors bezuinigen op de NPO, maar hoe duur is de publieke omroep nu écht?