„Godzijdank”, dacht NSC-lid Charlotte Goulmy (54) uit Deventer toen de partij van Pieter Omtzigt vorige week uit de formatiegesprekken met PVV, VVD en BBB stapte. En: „Dat had twee maanden geleden ook wel gekund.” Haar partijgenoot Annemiek de Groot (52) uit Valthermond dacht het tegenovergestelde. Zij baalde juist toen ze de ledenmail van NSC ontving waarin Omtzigt verklaarde dat de formatieronde voor zijn partij was afgelopen. „Ik ben ontzettend teleurgesteld. Je hoort niet weg te lopen als het moeilijk wordt, juist dan moet je blijven zitten.”
Goulmy vond het al „niet passen” bij Omtzigt om überhaupt aan te schuiven in de gesprekken met de PVV. Zij vermoedt dat hij „niet anders kon” door de verkiezingsuitslag en „uit beleefdheid” acht weken lang bleef komen opdagen. Ze noemt het „moedig” dat hij de formatie staakte. Voor De Groot geldt dat ze het juist wél bij Omtzigt vond passen om „verantwoordelijkheid te nemen”. Zelf heeft ze ook „niets” met Wilders en „moeite” met zijn anti-islamstandpunten. „Maar ik denk wel: geef het een kans, hij heeft veel zetels gehaald. Doe recht aan wat een groot deel van de kiezers wil”.
Het zijn twee tegengestelde geluiden die meer te horen zijn in de NSC-achterban en die Pieter Omtzigt deze vrijdag in een ledenbijeenkomst bij elkaar moet zien te brengen. In een zaal in Zwolle, en volgende week in Breukelen, kunnen per keer een beperkt aantal van honderdvijftig leden in gesprek met de partijleider en Kamerlid Eddy van Hijum, die de afgelopen weken medeonderhandelaar was aan de formatietafel. De gespreksrondes zijn niet bedoeld om een mandaat van de leden te krijgen, wel om met ze „in gesprek” te gaan. Beide bijeenkomsten zaten meteen vol. Dat hun leden zich roeren is de partij duidelijk, de afgelopen dagen kwamen er honderden mails binnen, van leden en kiezers. Een deel is boos omdat NSC niet meer verder wilde praten met PVV, VVD en BBB, een ander deel juicht dat besluit juist toe.
‘Gespleten achterban’
Die verdeeldheid ziet Peter Kanne, onderzoeker bij Ipsos I&O, ook. Nadat Pieter Omtzigt vorige week dinsdag bekendmaakte de formatiegesprekken te staken, ondervroeg het onderzoeksbureau kiezers onder meer over dat besluit. „De achterban van NSC is gespleten”, ziet Kanne. „Dertig procent van de NSC-kiezers zegt graag met de PVV te willen regeren, veertig procent wil dat absoluut niet.” Het aandeel NSC-kiezers dat een kabinet wil vormen met een linkse partij is dertig procent.
Al meteen na de verkiezingen bleek dat NSC kiezers van zowel linkse als rechtse partijen had weten te trekken. En ook de opvattingen over wat voor partij NSC is en waar die zich bevindt in het politieke spectrum, verschillen. Uit gesprekken die NRC sinds de oprichting van de partij in augustus voerde met NSC-kiezers en leden valt steeds op: wie zich als rechts omschrijft en eerder ook op rechts-georiënteerde partijen stemde, plaatst NSC ook centrumrechts. Vice-versa voor zelfbenoemde linkse kiezers en leden. „Dat leidt ertoe dat bij iedere beweging die de partij maakt, naar links of naar rechts, een deel van de kiezers de wenkbrauwen zal optrekken”, aldus Kanne.
Na vorige week is dat zichtbaar: ongeveer de helft van de NSC-kiezers zegt te zijn afgehaakt, een derde daarvan is overgestapt naar de PVV.
Lagere waardering
In het onderzoek van Ipsos I&O ziet Kanne dat het besluit uit de formatie te stappen en de nasleep daarvan ook gevolgen heeft voor de populariteit van Omtzigt. Voor de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november, zegt hij, „werd Omtzigt omschreven als verlosser, hij kon niets verkeerds doen. Alles gleed van hem af.” Aarzelde Omtzigt? Dan zagen kiezers dat als ‘hij denkt goed na’. Gaf Omtzigt lange, wollige antwoorden? Kanne: „Dan begrepen kiezers niet altijd wat hij bedoelde, maar vonden ze wel dat hij de waarheid sprak”.
Dat is nu anders. Kiezers verwijten Omtzigt „besluiteloosheid, het niet nakomen van beloften en het spelen van spelletjes”, zo staat in het onderzoek. Annemiek de Groot, zelf politica als fractievoorzitter van de lokale partij Leefbaar Borger-Odoorn, ziet het zo: „Omtzigt straalde rust en intelligentie uit, een mooie combinatie die we hard nodig hebben. En dan stapt hij toch bij de eerste teleurstelling aan tafel op”.
Kiezers zijn Omtzigt lager gaan waarderen. In augustus werd Omtzigt nog beloond met een gemiddelde van een 7,6, dat is inmiddels gezakt naar een 5,5. Nog net een voldoende. Die daling is flink en opmerkelijk, maar Kanne benadrukt wel dat het om een momentopname gaat. Als het stof is neergedaald en de formatie weer van start gaat, kunnen de opvattingen over Omtzigt weer veranderen.
Lees ook
Wilders wil een ‘tussenfase’ in de formatie; de oppositie vindt het ‘relatietherapie’
De positie waarin NSC zich nu bevindt – constant in de verdediging en niet verzekerd van populariteit – is nieuw voor de partij. Al langer is bekend dat er in de Tweede Kamerfractie verschillende opvattingen leven over samenwerking met de PVV. Dat werd niet in het openbaar uitgevochten maar in de fractiekamer besproken. De afgelopen dagen was, hoewel altijd anoniem en op de achtergrond, voor het eerst kritiek op het handelen van Omtzigt te horen. Hij zou te emotioneel hebben gehandeld. Dat hij op het laatste moment de gesprekken verliet terwijl de formatieronde sowieso al ten einde liep – NSC stapte er in de laatste week voor de deadline van toenmalig informateur Ronald Plasterk uit – zou onnodig de aandacht op de partij gevestigd hebben. Het wordt „beschadigend” en „onnodig” genoemd.
Vrijdag zal blijken of zijn leden daar ook zo over denken. Charlotte Goulmy heeft zich aangemeld voor de bijeenkomst in Zwolle. Ze hoopt er, zegt ze, achter te komen of het beeld dat zij van NSC heeft wel klopt. „Ik heb altijd gedacht dat Omtzigt keurig in het midden zat, een beetje links en een beetje rechts. Ik wil weten of ik me in hem heb vergist. Of hij inderdaad veel rechtser is dan ik hem had ingeschat.” Ze hoopt te horen dat NSC niet deel zal nemen aan een kabinet met de PVV – ook niet als vaste gedoger.
De Groot hoopt op een meerderheidskabinet met PVV, VVD, BBB én NSC – en dus niet een gedoogconstructie of een extraparlementair kabinet. Dat, zegt ze, zou „zwak” zijn.