Amerikaanse agenten van de Drug Enforcement Administration (DEA) hebben ruim een jaar lang een undercoveroperatie uitgevoerd in Europa, waarbij ook Nederland een belangrijke rol speelde. In een onderzoek naar het Canadese telecombedrijf Sky Global, dat een onder criminelen populaire versleutelde berichtendienst verkocht, hebben de undercover-agenten gesprekken gevoerd en een ontmoeting voorbereid met een verdachte Sky-handelaar die in Nederland verbleef. Zij boden hem aan een grote hoeveelheid geld wit te wassen en om te zetten in bitcoins. Dat blijkt uit vertrouwelijke politie- en justitiedocumenten uit Nederland, België, Frankrijk en de Verenigde Staten.
Nederlandse advocaten zijn door het Openbaar Ministerie (OM) niet op de hoogte gesteld van de undercoveroperatie. Volgens strafrechtadvocaat Justus Reisinger, die het Sky-dossier goed kent, had een Nederlandse rechter-commissaris toestemming moeten geven voor de operatie. Stukken waaruit die toestemming blijkt, zijn niet met advocaten gedeeld in onderzoeken waar verdachten worden vervolgd. Sky werd begin 2021 door Nederlandse, Belgische en Franse opsporingsdiensten gehackt. Op basis van de honderden miljoenen gekraakte berichten zijn sindsdien honderden verdachten in Nederland vervolgd voor onder meer (betrokkenheid bij) moord en drugshandel.
In die zaken kan volgens advocaat Reisinger niet getoetst worden of de undercoveroperatie wel volgens de regels is uitgevoerd. „Dwangmiddelen die worden ingezet op Nederlands grondgebied moeten altijd gecontroleerd kunnen worden door een rechter. En dat kan nu niet.”
Stilzwijgende overeenkomst
NRC kreeg gedurende het project Crime Messenger (zie kader) samen met elf internationale media – waaronder De Standaard, Le Soir en ZDF – toegang tot duizenden documenten over een internationaal strafrechtelijk onderzoek naar het telecombedrijf Sky Global en diens distributeurs en resellers.
Lees ook
Hack van aanbieder PGP-telefoons leidt tot een hausse aan strafzaken
Uit de documenten blijkt onder meer dat de undercoveroperatie in strijd is met een overeenkomst tussen Amerikaanse en Nederlandse opsporingsdiensten. De Amerikanen zegden in 2019 toe om geen actie te ondernemen richting Sky om een Nederlands strafrechtelijk onderzoek naar het telecombedrijf niet te hinderen.
Dat zowel Amerikaanse als Europese opsporingsdiensten Sky in het vizier hadden, werd in Nederland duidelijk toen de FBI in 2018 en 2019 informatie deelde over een Nederlandse distributeur van de encryptiedienst. In mei 2019 werd het Amerikaanse onderzoek besproken door Nederland, België en Frankrijk op een bijeenkomst bij Europol, zo blijkt uit een Frans proces-verbaal. In dat verslag staat dat er een „stilzwijgende overeenkomst” is gesloten tussen de VS en Nederland dat de Amerikanen geen actie meer zullen ondernemen totdat de resultaten van lopende Europese onderzoeken bekend zijn.
De Amerikanen beloofden „niet zonder voorafgaand overleg” tot strafrechtelijk ingrijpen over te zullen gaan om „elkaars strafrechtelijke onderzoeken zo min mogelijk te schaden”, zo refereerde het OM in 2022 tijdens strafzaken tegen Nederlandse verdachten aan deze overeenkomst.
Uit documenten van de DEA blijkt echter dat de Amerikanen ondanks die toezegging tussen oktober 2019 en eind december 2020 een undercoveroperatie uitvoerden gericht op de Canadees Thomas H. Die operatie vond voor een groot deel plaats op Europees grondgebied. H. verkocht Sky-telefoons van de encryptiedienst en verbleef in die periode meerdere maanden in Nederland. Inmiddels zit H. in een Franse cel, in afwachting van een rechtszaak in Frankrijk, waar nog 29 anderen zijn voor onder meer het aan de man brengen van de berichtendienst. Het OM heeft tot op heden nooit over de Amerikaanse undercoveroperatie gesproken.
Undercover
De actie van de DEA begint in oktober 2019 als undercoveragenten Thomas H. ontmoeten in Los Angeles. De contacten gaan door nadat H. naar Europa is gevlogen. De undercoveragenten bieden aan H.’s criminele verdiensten wit te wassen. H., zo vertelt hij, verdient grote sommen contant geld met het verkopen van Sky en wil dat geld graag omgezet zien in bitcoin. Hij vertelt 1,2 miljoen euro in het zuiden van Nederland te hebben opgeslagen.
Daarop stuurt de Amerikaanse undercover aan op een afspraak in Amsterdam. Uiteindelijk gaat de afspraak niet door omdat H. het risicovol vindt dat er met zo’n grote som geld gereisd wordt.
Wel wordt er, terwijl H. zich nog op Nederlands grondgebied begeeft, een afspraak gemaakt voor een ontmoeting in Madrid. In de Spaanse hoofdstad vinden in de maanden daarna transacties plaats waarbij H. respectievelijk twee en drie ton overhandigt in ruil voor bitcoin.
Uit de vertrouwelijke justitiedocumenten blijkt dat de Franse en Spaanse autoriteiten op de hoogte zijn gesteld van de undercoveroperatie op hun grondgebied en daar toen ook mee instemden. Of Nederland, aan wie de Amerikanen beloofden hun strafrechtelijk onderzoek te bevriezen, ook op de hoogte is gesteld, blijkt niet uit de documenten. Het OM wil daar desgevraagd ook niet op ingaan.
Sven Brinkhoff, hoogleraar strafrecht aan de Universiteit van Amsterdam, zegt dat de DEA erom bekend staat zijn eigen koers te varen en eigen regels te hanteren. „Als het OM wist van de undercoveroperatie, had dat vanwege de noodzakelijke transparantie ook in strafdossiers vermeld moeten worden.” Brinkhoff kan zonder het volledige dossier te kennen niet inschatten of de undercoveractie ook gevolgen voor Nederlandse strafzaken kan hebben. „Mocht er bijvoorbeeld sprake zijn geweest van uitlokking of andere ernstige onregelmatigheden, dan kunnen rechters daar wel consequenties aan verbinden.”
Voor advocaat Reisinger komt de undercoveractie uit de lucht vallen. Hij noemt het „zeer zorgwekkend” dat er in Nederlandse dossierstukken over Sky niets te vinden is over de undercoveroperatie. „Dit zou een strafrechtelijke operatie op Nederlands grondgebied zijn, waarbij het gaat om grote sommen cash en gesprekken door een vreemde mogendheid op Nederlandse bodem.”
Dat de operatie niet gedeeld is met Nederlandse advocaten kan volgens Reisinger twee dingen betekenen. „Als Amerika geen toestemming heeft gevraagd aan de rechter, is Amerika mogelijk buiten zijn boekje gegaan. En als er wél contact is geweest met de Nederlandse justitie heeft het OM dat voor ons achtergehouden.” Volgens de advocaat zijn beide scenario’s „problematisch” en is het essentieel dat het OM openheid geeft: „De grenzen van de wet zijn in deze zaak opgezocht of overschreden.”
Vanwege een gebrek aan transparantie rond het Sky-onderzoek kreeg het OM eerder al eens een tik op de vingers van de rechter. Nadat de berichtendienst in maart 2021 werd opgerold, deed het OM de Nederlandse rol bij het internationale onderzoek aanvankelijk veel kleiner voorkomen. Eind 2022 hekelde de rechtbank Gelderland de langdurige onjuiste en gebrekkige informatievoorziening door het OM. „De rol van Nederland bij de hack blijkt achteraf veel groter te zijn geweest” en het OM heeft „ten onrechte gesteld dat sprake zou zijn van een Franse interceptietool”, constateerden de rechters.
Een woordvoerder van het OM stelt „vanwege onderzoeks- en privacybelangen” niet op vragen van NRC over een undercoveroperatie te kunnen ingaan. Ook de DEA laat vragen onbeantwoord en stelt geen commentaar te kunnen leveren.