Oké, het is permacrisis, maar dus ook heel veel kansen

Tegenwoordige tijd We sukkelen van de ene mondiale crisis in de andere ziet . Daar is nu een prachtig woord voor: permacrisis.
Reddingswerkers in de weer na de damdoorbraak in Oekraïne.
Reddingswerkers in de weer na de damdoorbraak in Oekraïne. Foto Oleksii Filippov

Ach, die goede ouwe tijd. Toen we nog nooit van het coronavirus hadden gehoord, toen Trump niet meer dan een cartooneske televisiepraatjesmaker was en het klimaat iets om ons over honderd jaar pas écht zorgen over te maken.

Anno 2023 struikelt de wereld van de ene crisis in de andere: pandemie, oorlog, extremisme, polarisatie, stijgende inflatie, de steeds voelbaarder wordende gevolgen van de klimaatverandering – uit alle hoeken denderen de drama’s op ons af. Die niet aflatende stroom van mondiale crises heeft tot een prikkelende term geleid: permacrisis, niet voor niets door Collins Dictionary verkozen tot hét woord van 2022.

Ergens klinkt het woord als een goedkope tuinbemester of een insectenverdelger. Niets is minder waar. Permacrisis verandert niets, belooft geen verbetering of ommezwaai, maar duidt op een statische, permanent nijpende situatie; een sluimerende noodtoestand waar we als wereldbevolking langzaam mee moeten leren leven.

Het Griekse woord krisis heeft van oudsher nauwelijks negatieve connotaties. Het betekent oordeel, beslissing en is afkomstig van het werkwoord krinein dat verwijst naar het aangrijpen van een kansrijk moment dat zal leiden tot triomf of ondergang. De vroege filosofen beschouwden crisis als een situatie die een persoon of een groep kan aansporen tot (zelf)reflectie, adaptatie en het uitzetten van een nieuwe koers.

Vluchtgedrag

Vooralsnog is van zelfreflectie of koerswijziging in onze eigen permacrisis weinig sprake. Van de Grote Inzichten die we dachten door de coronapandemie te vergaren, is bar weinig terechtgekomen. Wat opvalt, is vooral een groeiende collectieve zucht naar stabiliteit en voorspelbaarheid, misschien zelfs naar verveling. Vluchtgedrag dat volledig aansluit bij de essentie van elke permacrisis: ze is onoplosbaar.

Lees ook: De grote versnelling: hoe de ene crisis de volgende aanjaagt

De permacrisis volgt op polycrisis, een kink in een specifieke sector die, door de verwevenheid van (micro)systemen in onze huidige samenleving, leidt tot diverse noodsituaties en uiteindelijk tot een enorme crisis die de som van de afzonderlijke crises overstijgt. Permacrisis is het besef dat het onheil zal blijven duren en dat ingrijpen kan leiden tot een nog veel grotere catastrofe. Het is een fase van berusting, een besef dat we de crisis slechts kunnen beperken en verdragen. Daarmee is het een diep donker begrip.

Interessant is wat de permacrisis zal betekenen voor een nieuwe generatie jongeren die opgroeien in een voortdurend alerte wereld waarin onzekerheid geen uitzondering, maar een gegeven is. Op jonge leeftijd accepteren zij instabiliteit als norm. Niet omdat ze daarvoor kiezen, maar omdat ze simpelweg geen andere context kennen. De permacrisis-generatie heeft geen illusie dat het goed komt, dat de oorlog volgend jaar voorbij is, dat corona nooit meer terugkeert, dat het klimaat gered zal worden. Voor hen is crisis geen drempel, maar de hele weg.

Toch kan wanhoop niet de enige optie zijn. Ooit was elke crisis een kans. Als we het oude woord afstoffen, de prille betekenis in ere herstellen, kunnen we misschien het zilveren randje van het woord omarmen: crisis als zelfreflectie, als aanzet tot een nieuwe koers. Het lijkt voorlopig de enige manier om ervoor te zorgen dat die vervloekte permacrisis geen permanent verlies is.