Of de ‘verkapte subsidie’ van zonnepanelen afgaat, is nog zeer de vraag

De Eerste Kamer debatteert dinsdag over het plan van demissionair minister Rob Jetten (Klimaat en Energie, D66) om de zogeheten salderingsregeling – een verkapte subsidie op zonnepanelen – af te bouwen. De kans lijkt groot dat een meerderheid in de senaat het voorstel afschiet, tenzij Jetten de tot nu toe kritische fractie van GroenLinks-PvdA alsnog weet te overtuigen. Vier vragen over het plan van Jetten.

1 Waar debatteert de Eerste Kamer precies over?

Wie zonnepanelen op het dak heeft, levert op sommige momenten energie terug aan het elektriciteitsnet. Dankzij de salderingsregeling mogen consumenten deze teruggeleverde energie jaarlijks wegstrepen tegen de elektriciteit die is afgenomen van de energiemaatschappij.

De regeling bestaat sinds 2004 en was bedoeld om de aanschaf van zonnepanelen te stimuleren. Dat doel is zeker bereikt: op bijna 2,6 miljoen Nederlandse woningen liggen zonnepanelen, per inwoner het meest van heel Europa. Volgens het demissionaire kabinet is de salderingsregeling niet meer nodig, omdat investeren in zonnepanelen ook zonder de regeling interessant zou zijn. De terugverdientijd na aanschaf is volgens het kabinet nu zeven jaar, terwijl de panelen zeker 25 jaar lang energie opwekken.

Maar er is nog een belangrijkere reden waarom de regeling van het kabinet op de schop moet: oneerlijkheid. Mensen met zonnepanelen wekken overtollige energie in de regel op wanneer de zon volop schijnt, en de energieprijs laag is. Terwijl ze voornamelijk stroom afnemen in donkere, winterse perioden, wanneer de energieprijs hoger ligt. Door dit tegen elkaar te mogen wegstrepen, is het energieverbruik van mensen met zonnepanelen in feite gesubsidieerd.

De regeling levert energiebedrijven een verlies op van naar schatting 200 euro per huishouden per jaar. Die kosten verrekenen ze in de energietarieven van alle klanten – dus ook die zonder zonnepanelen. Zo betalen mensen zonder zonnepanelen mee aan het financiële voordeeltje voor mensen mét – en daar wil het kabinet vanaf. Tot 2031 moet het ‘salderen’ van zelf opgewekte en afgenomen energie in stapjes worden afgebouwd naar nul. Het is wel de bedoeling dat energiebedrijven daarna een vergoeding blijven betalen voor stroom die consumenten aan het net terugleveren.

2 Gaat die afbouw van de salderingsregeling er komen?

Dat is zeer de vraag. Toenmalig minister van Economische Zaken Henk Kamp (VVD) noemde de regeling in 2013 al „niet houdbaar”, maar in de jaren daarna sneuvelden verschillende plannen om deze af te bouwen. Het voorstel van Jetten leidde vorig jaar ook tot een stekelig debat in de Tweede Kamer. Dat GroenLinks en PvdA tegen het plan waren, leidde tot veel onbegrip, onder andere bij CDA-Kamerlid Henri Bontenbal: „Precies de partijen die benadrukken dat klimaatbeleid sociaal moet zijn, willen een regeling in stand houden die ervoor zorgt dat huishoudens zonder zonnepanelen een paar honderd euro kwijt zijn aan huishoudens met panelen.” De wet kreeg de steun van de Tweede Kamer, maar de meeste oppositiepartijen stemden tegen.

Onenigheid, van politiek en consumentenorganisaties tot netbeheerders

In de Eerste Kamer is de steun van de GroenLinks-PvdA-fractie (14 zetels) cruciaal. De coalitiepartijen VVD, CDA, D66 en ChristenUnie hebben samen 24 van de 75 zetels, niet genoeg voor een meerderheid. BBB (16 zetels) en PVV (4) zijn tegen. GroenLinks-PvdA stemt in elk geval niet in met het huidige wetsvoorstel, zegt senator Ferd Crone in een telefonische reactie. „We moeten zien of de minister wil bewegen, tot nu toe heeft hij dat niet gedaan.” Volgens Crone is het voorstel te optimistisch over de terugverdientijd van zonnepanelen binnen zeven jaar. „Mensen zullen zeggen: dat sommetje klopt niet, dus we doen het maar niet.” Ook voor woningcorporaties en hun huurders pakt het huidige wetsvoorstel volgens hem ongunstig uit. Zijn fractie zal daarom enkele aanpassingen voorstellen, zo wil Crone dat de salderingsregeling overeind blijft voor mensen met zes tot acht panelen, en moet er een ruimere subsidieregeling komen voor huurders met zonnepanelen. Naar verwachting stemt de Eerste Kamer volgende week definitief over het voorstel.

3 Wie zijn buiten Den Haag vóór het afbouwen van de regeling?

Afgelopen week regende het al persberichten van betrokken partijen. Zo riepen onder meer Netbeheer Nederland en de Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie de Eerste Kamer op vooral vóór afbouw van de regeling te stemmen. Volgens deze partijen betekent het in stand houden van de salderingsregeling dat het elektriciteitsnet de komende jaren verder overbelast raakt en dat de maatschappelijke kosten toenemen.

Netbeheerders zien nu al dat de omvormers die de zonne-energie in elektriciteit omzetten, vaker uitvallen door drukte op het stroomnet. Mede hierom zijn sommige leveranciers het afgelopen jaar al begonnen extra kosten te rekenen bij klanten die energie terugleveren aan het net. Door de salderingsregeling ontbreekt volgens hen nu de prikkel om energie vooral te gebruiken wanneer die zelf wordt opgewekt. Als de regeling wordt afgeschaft, zullen mensen op zonnige dagen mogelijk vaker de wasmachine overdag aanzetten, waardoor het stroomnet minder snel overbelast raakt.

4 En wat vinden de tegenstanders?

Belangenorganisaties als de Consumentenbond, Vereniging Eigen Huis en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten zijn juist fel tegen het afschaffen van de huidige regeling. Voor huiseigenaren en woningcorporaties wordt het veel minder interessant om zonnepanelen aan te schaffen, stellen zij.

Dat de panelen ook zonder de regeling binnen zeven jaar zijn terugverdiend is volgens hen onzeker – bijvoorbeeld omdat niemand weet wat nieuwe zonnepanelen in de toekomst zullen kosten, of welke tarieven energieleveranciers zullen rekenen. Bovendien is Jetten volgens consumentenorganisaties „veel te optimistisch” over de mogelijkheden voor mensen om stroom te gebruiken op momenten dat die zelf is opgewekt.

Daar komt bij dat nog 300.000 adressen een oude elektriciteitsmeter hebben, terwijl voor de afbouw van de saldering vanaf 2025 een nieuwe, ‘slimme’ meter nodig is, waarin verbruik en opwekking van energie apart worden geregistreerd. Het vervangen van al die oude meters is op zijn vroegst eind 2026 klaar, dus twee jaar te laat. BBB-senator Tekke Panman zei afgelopen weekend in tv-programma Kassa dat Jettens plan om die reden „terug naar de tekentafel” moet.