Luchtige biografie van vissenkenner krijgt thrillerachtige trekken

Tips Lees-, kijk- en luistertips van onze redacteuren bij het nieuws. Deze week: de duistere kanten van een optimistische ichtyoloog.

Illustratie uit The Fishes of Samoa van David Starr Jordan.
Illustratie uit The Fishes of Samoa van David Starr Jordan. Beeld Getty Images

Het zal je maar overkomen. Heb je vrijwel je gehele loopbaan, nee, je gehele léven, gewijd aan het verzamelen van vissen – jaar in jaar uit op expeditie, dag en nacht in het lab – en dan wordt in één klap je volledige verzameling verwoest. In één beving, om precies te zijn.

Want het was de wereldberoemde, vernietigende aardbeving van 18 april 1906 in San Francisco die het levenswerk van ichtyoloog David Starr Jordan te gronde richtte. Ontelbare, door hem ontdekte en beschreven vissen, bewaard in glazen potjes, lagen na die nacht tussen de scherven op de vloer. De naamplaatjes waren zodanig door elkaar gehusseld dat maar een fractie van de vissen weer op naam te brengen was. Bij die soorten naaide Jordan geduldig het plaatje door de lip, zodat ze bij een volgende beving nog te identificeren zouden zijn.

David Starr Jordan, zo schrijft de Amerikaanse wetenschapsjournalist Lulu Miller in haar boek Waarom vissen niet bestaan (vertaald door Lidwien Biekmann) was op het eerste gezicht een rasoptimist, met als motto „ik maak me nooit meer druk over een tegenslag als die eenmaal achter de rug is”. Een onderzoeker die ernaar streefde de natuur te ordenen – te beginnen bij de vissen – en daarmee grip te krijgen op het leven zelf.

Grip was iets dat Miller zelf ook wanhopig verlangde, toen ze jaren geleden voor het eerst op het spoor kwam van Jordan. Haar relatie lag in puin, en ze zocht naarstig naar iemand die haar kon tonen hoe ze sterker uit die crisis kwam. Een optimistische ichtyoloog leek de aangewezen persoon om orde in de chaos te scheppen.

Met de nadruk op léék. Want hoe dieper Miller in het leven van Jordan dook, op het obsessieve af, des te meer ze ook zijn duistere kanten ontdekte.

Hersenspinsels

Waarom vissen niet bestaan begint als luchtige biografie, als wetenschapshistorische verhandeling met nu en dan een persoonlijk terzijde. Maar langzaamaan blijkt het waargebeurde verhaal thrillerachtige trekken te krijgen.

Want hoewel veel wetenschappers, van Aristoteles tot David Starr Jordan, door de eeuwen heen hebben geloofd „dat er een morele code in de natuur verborgen is – een hiërarchie, een ladder of ‘gradatie’ van perfectie” kan zo’n idee vernauwend werken. Miller: „De sporten van de ladder die wij menen te zien, zijn onze eigen hersenspinsels; ze komen eerder voort uit ‘eigenwaan’ dan uit de realiteit.” En het risico bestaat „dat wanneer je eenmaal ergens een etiketje op plakt, je er niet meer echt naar kijkt”.

Welke gevolgen dat had voor Jordan, en vooral voor de mensen om hem heen, wordt gedurende het verhaal steeds duidelijker. Miller licht telkens een klein tipje van de sluier op, waardoor je almaar door wil blijven lezen – al is het maar om ook die raadselachtige titel te begrijpen. In een vlotte, toegankelijke stijl en met humor vertelt ze niet alleen het levensverhaal van Jordan, ze werpt ook een nieuw licht op de geschiedenis van de ichtyologie én op die van de taxonomie.