N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Manuscripten diefstal De eind 2020 gearresteerde Italiaan Filippo Bernardini, die jarenlang ongepubliceerde manuscripten stal, moet vrijdag voorkomen bij een rechtbank in New York. Met welk motief Bernardini de manuscripten stal, is nog een raadsel.
Wie was de dief die jarenlang schrijvers, literaire agenten en uitgevers ongepubliceerde manuscripten afhandig maakte? Dit mysterie dat de internationale uitgeverswereld jarenlang bezighield, eindigt vrijdag naar verwachting in een New Yorkse rechtbank met een schuldbekentenis van de Italiaanse manuscriptendief Filippo Bernardini.
Bernardini, een 30-jarige werknemer van de Britse vestiging van de Amerikaanse uitgeverij Simon & Schuster, werd eind december 2020 door de Amerikaanse veiligheidsdienst FBI gearresteerd op luchthaven JFK in New York. De verdenking: internetzwendel en identiteitsdiefstal.
Bernardini wordt verdacht van honderden diefstallen en pogingen tot diefstal van ongepubliceerde manuscripten. Zijn phishing-misdaden pleegde hij vanaf augustus 2016. In e-mails aan schrijvers, agenten en uitgevers in Zweden, Taiwan, Israël en de Verenigde Staten gaf hij zich steeds uit voor echte werknemers in de uitgeverijwereld. Voor zijn berichten maakte hij gebruik van domeinnamen die sterk leken op vertrouwde adressen. Bijvoorbeeld penguinrandornhouse.com in plaats van penguinrandomhouse.com – dus met een ‘rn’ in plaats van een ‘m’. Volgens de aanklacht had Bernardini 160 van zulke frauduleuze domeinnamen geregistreerd.
Uitgeversjargon
De Italiaan reageerde vaak op aankondigingen in vakbladen of sociale media, bijvoorbeeld dat een toekomstig boek door een bepaalde eindredacteur zou worden geredigeerd. In zijn e-mails maakte hij duidelijk een ingewijde te zijn die weet hoe, in welke stappen, van een manuscript een persklaar boek wordt gemaakt. Ook bezigde hij uitgeversjargon, bijvoorbeeld de afkorting ‘ms’ voor ‘manuscript’.
Bernardini probeerde niet alleen manuscripten in handen te krijgen van bestsellerauteurs als Margaret Atwood, Cynthia D’Aprix Sweeney en de Noorse thrillerschrijver Jo Nesbo, maar ook van debutanten en experimentele schrijvers met een klein publiek. Ook de Nederlandse schrijver Hanna Bervoets was slachtoffer van de fraudeur, die haar een pdf van het Boekenweekgeschenk probeerde te ontfutselen. Bervoets beschreef in een artikel in de Volkskrant hoe geraffineerd hij te werk ging.
Eind 2020 was het de uitgeverswereld duidelijk dat een manuscriptendief actief was. Diverse grote uitgeverijen, onder wie Bernardini’s werkgever Simon & Schuster, verstuurden waarschuwingen aan relaties.
The New York Times publiceerde destijds een artikel over de geheimzinnige dief. Het aantal phishing-pogingen was zo groot, dat diverse ingewijden ervan uitgingen dat een groep criminelen actief was. „Ze weten wie onze klanten zijn, ze weten hoe we omgaan met onze klanten”, vertelde Catherine Eccles, eigenaar van een literair scoutingbureau in Londen, aan de krant. „Ze zijn heel, heel goed.”
Obscuur e-mailadres
In het artikel kwam ook de Amerikaanse schrijver James Hannaham aan het woord. Twee dagen nadat een uitgeverssite zijn nieuwe roman aankondigde, had hij een mail ontvangen van zijn vaste redacteur. Die verzocht hem de laatste versie van zijn manuscript naar hem te sturen. Omdat zijn redacteur een obscuur e-mailadres van Hannaham had gebruikt nam de schrijver voor de zekerheid even contact met hem op. „Dat was ik niet”, liet de redacteur onmiddellijk weten.
Met welk motief Bernardini de manuscripten gapte is nog een raadsel. Van geen van de gestolen manuscripten is ooit een illegale editie verschenen. Ze zijn ook nooit via internet verspreid. Cybercriminelen hebben in het verleden wel illegale kopieën van films en boeken te koop aangeboden op het dark web, net als gestolen wachtwoorden en burgerservicenummers. Ook eisten criminelen soms losgeld met het dreigement gestolen filmscripts online te zetten.
Bernardini deed niets van dat al. Volgens The New York Times gaan diverse insiders in de Amerikaanse uitgeverswereld ervan uit dat de jonge Italiaan de manuscripten pikte om te kunnen geuren met voorkennis over geheime projecten, en zo zijn reputatie als ingewijde te verstevigen.
Ook al lijkt het er dus op dat Bernardini geen misbruik maakte van de manuscripten in zijn bezit, sommige auteurs zit het toch niet lekker. „Het voelt alsof je beroepsgeheim is geschonden”, zei romancier James Hannaham in de krant. „Ik wil niet dat iemand weet hoe slecht de eerste versies van een boek zijn.”