De inefficiëntie van Oranje-spits Memphis Depay is goed te zien in de twaalfde minuut. In de EK-wedstrijd tegen Polen afgelopen zondag, bouwt Nederland via de linkerzone aan een nieuwe aanval. Middenvelder Joey Veerman passt op Depay, die een tegenstander in zijn rug heeft. De aanvaller neemt aan en heeft meerdere afspeelopties.
Depay staat een meter of tien over de middenlijn, nog ver van het Poolse doel. Dit is niet het moment in een aanval om grote risico’s te nemen. Depay doet dat wel. Met een technisch hoogstandje – een soort pirouette – probeert hij zijn opponent spectaculair uit te spelen. Het publiek waardeert de actie. Gejoel klinkt.
Maar het is een kansloze passeerbeweging. Depay loopt zich vast, verliest de bal. Niet vreemd, want hij doet het in de as van het veld, met veel Polen in zijn buurt en dus weinig ruimte. Daar waar Veerman, Jerdy Schouten en Tijjani Reijnders logische opties zijn voor een combinatie. Depay heeft er geen oog voor – hij gaat voor zichzelf. Iets dat tegen Polen vaker zal gebeuren.
NRC keek de wedstrijd tegen Polen terug, met de blik op Depay. Dan vallen zijn tekortkomingen op. Ogenschijnlijk simpele spelsituaties maakt hij moeilijker dan ze zijn. Met nodeloze dribbels, die tot balverlies lijden. Hij vertraagt het spel, waar versnellen soms beter is. Of loopt uit positie, waardoor hij niet voor gevaar kan zorgen in het strafschopgebied, zijn territorium als spits.
Status bij Oranje
Het gaat bij Depay (30) vaak over zijn gedragingen buiten het veld. Zoals de zweetband, die door hem een populair item is geworden. Of zijn vriendschap met profvoetballer Quincy Promes, veroordeeld voor betrokkenheid bij cocaïnesmokkel. De voetballer Depay is intussen bijna een gegeven in de spits van Nederlands elftal, hoewel hij van oorsprong buitenspeler is en pas in de eerste periode onder Koeman (2018-2020), op zijn favoriete plek centraal in de aanval belandde.
Lees ook
alle NRC-publicaties over het EK voetbal 2024
Daar doelde invaller Wout Weghorst, concurrent voor de spitspositie, zondag op na het duel met Polen. Als reden voor zijn eigen reserverol noemde hij de „kwaliteiten en status” van Depay in het elftal. Depay staat hoog in de hiërarchie, is al jaren een van de leiders bij Oranje. Maar die status heeft hij al een tijd niet waargemaakt, met name in grote wedstrijden.
In de verloren achtste finale op het EK 2021 tegen Tsjechië kon hij het verschil niet maken. Een jaar later, net hersteld van een blessure, liep het WK in Qatar voor hem uit op een teleurstelling. In de kwartfinale tegen Argentinië was hij onzichtbaar, terwijl invaller Weghorst de wedstrijd kantelde met twee doelpunten. In de EK-kwalificatie vorig jaar ontbrak Depay grotendeels door blessures, opnieuw was Weghorst van waarde met zijn goals. En zondag besliste Weghorst in zijn eerste balcontact de belangrijke eerste groepswedstrijd op het EK tegen Polen.
Een speler die zichzelf rekent tot de wereldtop en die positie heeft én claimt binnen Oranje maar die niet waarmaakt, dat geeft wrijving. Weghorst gaf eerder aan dat hij niet blij is met zijn rol als reserve. Om die reden kan het tweede groepsduel tegen Frankrijk, vrijdagavond in Leipzig, als een examen worden gezien voor Depay. Een kans, bovendien, om zich in de etalage te spelen. Depay (30) is transfervrij na een wisselvallig seizoen bij Atlético Madrid met veel blessureleed.
Wat zie je precies, als je naar alle 42 balcontacten van Depay kijkt in het duel tegen Polen? Patronen worden zichtbaar. Zijn oriëntatie is niet altijd goed: hij ‘scant’ zijn omgeving – het observeren van tegenstanders, medespelers, ruimtes – soms onvoldoende en kan dus worden verrast.
Zoals in diezelfde twaalfde minuut, wanneer Depay met zijn rug naar de goal een inspeelpass van Schouten niet goed afschermt. Zijn tegenstander Bartosz Salamon kan er makkelijk tussenkomen. Depay wordt een beetje overvallen omdat hij Schouten eerst met een handgebaar duidelijk maakt dat hij de bal op Reijnders moet spelen – wat iets zegt over de miscommunicatie bij Oranje.
Een half uur later gebeurt bijna hetzelfde, nu bij een pass van Veerman. Depay ziet Salamon nog wel uit zijn rug komen, maar is dan al te laat. Uit deze twee momenten blijkt dat hij (nog) geen goede verbinding heeft met de twee middenvelders Schouten en Veerman, die hem moeten voeden.
Die connectie is er ook niet in de veertiende minuut. Depay duikt aan de linkerflank op, met veel vrijheid. Reijnders sprint de diepte in, staat een-op-een tegen een verdediger, maar Memphis geeft de dieptepass niet. Iets waar bondscoach Ronald Koeman later kritisch op is. Bij Reijnders is even teleurstelling te zien dat hij de bal niet krijgt. Met enkele „schitterende acties”, in de woorden van de NOS-commentator, verplaatst Depay vervolgens de bal naar Veerman – onbenoemd blijft dat het meest dreigende moment dan al voorbij is.
Hij zoekt de drukte op
In andere situaties kiest hij voor een complexe oplossing, waar een simpele pass voor de hand ligt. Zoals na een half uur, als Depay rechts voorin aan de bal komt. Reijnders staat een meter of tien verderop vrij in de as. Omdat Depay niet goed is georiënteerd, heeft hij hem waarschijnlijk niet gezien. En zoekt hij de drukte op. Zijn passje op Xavi Simons wordt eenvoudig onderschept door een Pool.
Lees ook
speelschema en uitslagen van de groepsfase
Het illustreert het gemak waarmee Polen hem verdedigt: vaak hoeven zij alleen maar te blijven staan, dan loopt Depay zich vanzelf vast. Samen met Cody Gakpo gaat hij tegen Polen de meeste dribbels aan, blijkt uit data die NRC opvroeg bij Opta: vijf. Waar ze bij Gakpo allemaal slagen, mislukken er drie bij Depay.
Kort na rust is dat te zien. Depay komt vlak voor het strafschopgebied aan de bal, kan meegeven op Simons. In plaats daarvan maakt hij nog een extra actie en loopt zich vast op een verdediger. Een kwartier later hetzelfde beeld: ingooi Gakpo op Memphis, die aanneemt in het strafschopgebied, tegenstander in zijn rug, zijn ogen naar beneden gericht. Hij speelt wat met de bal en raakt ’m simpel kwijt als een tweede verdediger druk zet. Terwijl Depay ook kon combineren met Gakpo.
Soms houdt hij het wel simpel. Dan ontstaat meteen gevaar. Depay staat aan de basis van een snelle uitbraak, door een behendige aanname, met een verdediger in zijn rug. Direct een passje op Reijnders, die diep geeft op Gakpo, waaruit een grote kans ontstaat voor Simons. Hier versnelt Depay het spel, terwijl hij in andere situaties het tempo eruit haalt.
Meeste balverlies
Depay is met 45 goals nog maar vijf doelpunten verwijderd van Oranje-topscorer Robin van Persie. Desondanks beschouwen weinigen hem als een aanvaller van topklasse, schrijft de gezaghebbende tactisch specialist Michael Cox bij The Athletic. Het is volgens hem „moeilijk aan te tonen dat hij een beduidend betere speler is dan tien jaar geleden”. Toen scoorde Depay twee keer in de groepsfase van het WK in Brazilië.
Hij heeft nog altijd momenten van klasse, zo leidt zijn scherpe hoekschop op Stefan de Vrij bijna tot een doelpunt. En hij laat zich soms slim terugzakken, waardoor er voorin ruimtes ontstaan. Maar hij is mede door zijn blessures al meerdere jaren niet constant, zeker afgezet tegen topspitsen als Harry Kane of Robert Lewandowski. Depays laatste goede seizoen was 2020-2021, toen hij bij Olympique Lyon 22 doelpunten in veertig wedstrijden maakte. De laatste keer dat Depay voor Oranje tegen een topland scoorde, was twee jaar geleden tegen België.
Kansen krijgt hij wel, tegen Polen. Na twintig minuten legt Simons op hem af, in een flits van een aanval. Depay schiet hard, over. Wat opvalt: in de seconden hieraan vooraf kijkt hij niet naar het doel. Hij is enkel bal-georiënteerd. Dus heeft hij vermoedelijk niet kunnen zien dat een laag diagonaal schot in de verre hoek mogelijk een betere optie was. Nu schiet hij hoog in de zone waar de keeper al stond.
Het is een van zijn vier doelpogingen, waarvan er niet een óp doel gaat. Zijn ineffectiviteit blijk ook uit de andere data van Opta: bij zijn 42 balcontacten verloor Depay tien keer de bal, met bijna 24 procent het hoogste percentage van alle basisspelers. Vrijdag tegen Frankrijk een nieuwe kans.