Hoe Vitesse de laatste kans van de KNVB verspeelde (en of de club nog toekomst heeft)

Groot feest op de Korenmarkt in Arnhem. Supporters omhelzen elkaar, zingen clubliederen en steken fakkels de lucht in. Het is zaterdagavond 3 augustus 2024, een kleine week voor de eerste competitiewedstrijd tegen Telstar.

Na een zomer vol onzekerheid, particuliere steuninitiatieven en haastig in elkaar geschroefde reddingsplannen heeft Vitesse de beroepscommissie van de KNVB op de valreep overtuigd: het besluit de proflicentie in te trekken, wordt ongedaan gemaakt. De club is gered, uit handen van Russische oligarchen én een Amerikaanse investeerder op wie ze nooit werkelijk grip kreeg. Dat Vitesse voor het eerst in 35 jaar is gedegradeerd, is bijzaak voor supporters. Ze kijken uit naar een nieuw seizoen, een nieuw Vitesse.

Nu, een klein jaar en talloze tamelijk onnavolgbare plotwendingen later, resten desillusie, verwarring en ongeloof. Eerder deze maand verloor Vitesse zijn proflicentie opnieuw, donderdagavond oordeelde de beroepscommissie in harde bewoordingen dat die beslissing niet wordt teruggedraaid. Definitief dit keer, zo lijkt het.

Vitesse wordt een „meerjarig patroon van misleiding, omzeiling en ondermijning van het licentiesysteem” verweten. Dat begon feitelijk al in 2010, toen Vitesse de eerste Nederlandse club werd die in buitenlandse handen kwam. De Georgische zakenman Merab Jordania kocht Vitesse destijds van de lokale ondernemer Maasbert Schouten en stelde supporters binnen drie jaar een landskampioenschap in het vooruitzicht.

Wat hij er niet bij vertelde, is dat de miljoeneninvesteringen die daarvoor nodig waren via geheime financiële constructies afkomstig waren van Roman Abramovitsj, de Russische oligarch en toenmalig Chelsea-eigenaar, die nauwe banden onderhoudt met het Kremlin. Abramovitsj bleef op de achtergrond jarenlang heimelijk de financier van Vitesse, ook nadat Jordania zijn aandelen had verkocht aan de Rus Alexander Tsjigirinski. Die deed de club op zijn beurt in 2018 weer van de hand aan de Valeriy Oyf, eveneens Rus en ook een zakenman uit het netwerk van Abramovitsj.

Russische invasie

Kampioenschappen kwamen er niet (een keer won Vitesse de beker), wel bouwde de Arnhemse club in de jacht op sportief succes een schuld op van 150 miljoen euro bij zijn Russische eigenaar. Die werd een acuut probleem toen Rusland in 2022 Oekraïne binnenviel en Abramovitsj op westerse sanctielijsten belandde.

Het geld dat Oyf in Vitesse stak, zo bleek uit onderzoek van het Britse journalistieke onderzoeksplatform TBIJ en The Guardian in samenwerking met NRCTrouw en Het Financieele Dagblad, was via trustbedrijfjes namelijk vrijwel volledig afkomstig van de miljardair die inmiddels noodgedwongen afstand had gedaan van zijn Chelsea-aandelen.

Met de Russische invasie van Oekraïne begon de ellende voor Vitesse. Oyf wilde wel van zijn aandelen af en zelfs zijn vordering op de club wegstrepen, alleen dat ging niet zomaar. Huisbank ING en het ministerie van Economische Zaken zochten eerst opheldering over het Russische geld dat jarenlang door de club was gestroomd, de accountant weigerde de jaarrekening goed te keuren en de licentiecommissie eiste duidelijkheid over de herkomst van het vermogen van Coley Parry, de Amerikaanse durfinvesteerder die plotseling in Arnhem was verschenen om de club over te nemen.

Maar transparantie, hoe vaak ook in woord beleden, konden of wilden de verschillende directeuren en interim-bestuurders van Vitesse niet afdwingen bij de geldschieters van de club. En dus sleepten de Russische dossiers zich voort en wees de licentiecommissie de overname door Parry na maandenlang onderzoek af, omdat ze naar eigen zeggen niet kon vaststellen hoe vermogend zijn investeringsmaatschappij (Common Group) was en waar de financiering precies vandaan kwam. Ondertussen had de Amerikaan een vordering van ruim 15 miljoen euro op Vitesse opgebouwd – leningen verstrekt om tekorten af te dekken – met de garantie dat die bij wanbetaling zou worden omgezet in aandelen.

Zo stevende Vitesse vorige zomer af op een faillissement. De KNVB trok de proflicentie in, nadat de club eerder al 18 punten in mindering had gekregen en daarmee was gedegradeerd. En Vitesse had niet de inkomsten om zijn schulden te voldoen, noch de gaten in de begroting te dichten.


Lees ook

Het is in Arnhem iedere dag ‘Vitesse Vrijdag’. ‘Ik zou niet weten wat ik moet doen als de club ophoudt te bestaan’

Ondernemer Paul Hendriks heeft in Arnhem grote spanddoeken opgehangen.

Dat de club toch overleefde, dankte ze onder meer aan de stichting Vitesse voor Altijd, die werd opgericht om met instemming van de licentiecommissie en in afwachting van een nieuwe eigenaar de aandelen tijdelijk over te nemen van Oyf en zo een einde te maken aan de Russische invloed. Maar vooral aan een clubje lokale ondernemers, dat bereid was voor miljoenen garant te staan om het tekort op de begroting te dekken.

Die garantstelling was cruciaal, want de beoogde redder van de club, de in Zwitserland gevestigde ondernemer Guus Franke, was nog niet goedgekeurd door de licentiecommissie. En Parry? Die had ondanks zijn miljoenenvordering geen enkele zeggenschap meer bij Vitesse, beloofde de club stellig. “We kunnen eindelijk weer gaan voetballen”, zei interim-directeur Edwin Reijntjes. “Wij worden langzaam weer een voetbalclub.”

Side letter

In de euforie van het moment gaat verloren dat de licentiecommissie dan al een waarschuwende toon aanslaat. Ze kondigt een “verscherpt onderzoek” aan naar Guus Franke, omdat Vitesse onvoldoende duidelijkheid heeft gegeven over “de volledige belangen van de beoogd aandeelhouder en de herkomst van zijn vermogen”. Nauwelijks vier maanden later is het broze vertrouwen dat was opgebouwd tussen Vitesse en de KNVB verdampt. De Telegraaf onthult dat Franke en Parry een geheime afspraak hebben gemaakt, vastgelegd in een side letter, die de Amerikaan via een zogeheten pandrecht op de aandelen mogelijk tóch invloed geeft binnen de club.

Vitesse-directeur Reijntjes zegt te zijn overvallen door het nieuws, Franke trekt zich terug. Maar de vertrouwensbreuk wordt in de maanden die volgen alleen maar groter. Eerst trekt Vitesse een procedure in die in de zomer is ingesteld bij de Ondernemingskamer, met als gevolg dat twee onafhankelijke commissarissen hun positie kwijtraken. Argument: te duur. Even later kondigt Vitesse onverwachts de komst van vijf nieuwe, buitenlandse eigenaren, van wie er een in de klas heeft gezeten bij Coley Parry.

De fanshop van Vitesse

Foto Dieuwertje Bravenboer

Het Duits-Amerikaans-Italiaanse gezelschap heeft de miljoenenvordering van Parry overgenomen en omgezet in aandelen, is het verhaal. Bovendien hebben ze afzonderlijk allemaal een belang dat kleiner is dan 25 procent, dus volgens de KNVB-reglementen hoeven ze niet onderworpen te worden aan een onderzoek van de licentiecommissie.

Slim bedacht misschien, maar de licentiecommissie neemt er geen genoegen mee. Integendeel, ze voelt zich geschoffeerd en belazerd na alles wat er gebeurd is. De beloftes van beterschap, helemaal als duidelijk wordt dat het vijftal en Parry geen volledige openheid willen geven over de financiële afspraken die zijn gemaakt met betrekking tot de openstaande schuld. „Na de stellige toezeggingen van Vitesse in de zomer van 2024, toen de club ook al de licentie kwijt dreigde te raken, is de club doorgegaan met het omzeilen en ontduiken van het licentiesysteem”, concludeert de licentiecommissie in mei van dit jaar. 

Reijntjes is dan al weg, zoals ook de beoogde nieuwe eigenaren het in juni voor gezien houden. Een groepje regionale ondernemers (Sterkhouders Vitesse Arnhem) werpt zich op als redders van de club. Maar hoe een overname er precies uit moet zien, blijft onduidelijk. Bovendien gaat het voor de KNVB inmiddels al lang niet meer alleen om geld en het zoeken naar een werkbare oplossing, het vertrouwen moet hersteld. En dat lukt niet meer.

De beroepscommissie van de KNVB is zich bewust van de grote impact die het besluit heeft op „de belangen van supporters, werknemers, de regio en andere stakeholders van Vitesse”, schrijft ze donderdagavond. Maar deze maatregel is volgens de voetbalbond noodzakelijk om „de geloofwaardigheid van het licentiesysteem” te beschermen. Vitesse laat via zijn website weten „verslagen” te zijn door het nieuws.

Helemaal voorbij is het nog niet. Vitesse stapt vermoedelijk naar de civiele rechter om de straf aan te vechten, maar die toetst alleen of het proces zorgvuldig is verlopen, niet inhoudelijk. Levert die route niets op, dan raakt Arnhem zijn 133 jaar oude profclub kwijt.