Hiv-remmers blijken overdracht nog beter te voorkomen dan gedacht

Infectieziekte Ook als het bloed nog wat hiv-deeltjes bevat, is het virus niet meer overdraagbaar. „Mensen met hiv zijn vaak bang om hun partner te besmetten, dit zou die angst kunnen verminderen.”

In veel landen zijn gevoelige laboratoriumtests om hiv te meten niet breed beschikbaar.
In veel landen zijn gevoelige laboratoriumtests om hiv te meten niet breed beschikbaar.

Foto Science Photo Library

Zelfs mensen met hiv die antiretrovirale middelen slikken maar toch nog wat virusdeeltjes in hun bloed hebben (minder dan 1.000 deeltjes per milliliter), kunnen het virus nauwelijks nog via seks overdragen. Die grens ligt hoger dan tot nu toe gedacht, wijst een analyse uit van bestaande onderzoeken die zaterdag verscheen in het medisch-wetenschappelijke tijdschrift The Lancet. Eerder hielden behandelaars een grens van 200 virusdeeltjes per milliliter bloed aan. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft met het verschijnen van de nieuwe inzichten een nieuwe beleidsnota gepubliceerd met aangepaste adviezen.

Het human immunodeficiency virus (hiv) kan de dodelijke ziekte aids veroorzaken. Iemand kan het oplopen door contact met besmet bloed, bijvoorbeeld via naalden, of via onbeschermde seks met iemand die het virus bij zich draagt. Eenmaal geïnfecteerd raken mensen het virus nooit meer kwijt.

Mensen die leven met hiv kunnen met dagelijkse antiretrovirale therapie (ART) de hoeveelheid virus in hun bloed zó onderdrukken dat het niet meer te meten is in het bloed. Dan worden ze niet ziek en kunnen ze het virus ook niet meer overdragen. Maar soms blijft het virus in lage hoeveelheden aanwezig. Eerdere studies wezen uit dat onder 200 virusdeeltjes per milliliter bloed het risico op overdracht via seks nihil is. Nu blijkt dat die grens hoger mag liggen.

Overdragen aan partner

De nieuwe studie nam gegevens samen van acht bestaande onderzoeken, in totaal van ruim 7.700 koppels (man-man of vrouw-man) uit 25 landen van wie één partner hiv heeft en de ander niet. De studies liepen 4 tot 26 jaar. Van de 323 keer dat het virus via seks was overgedragen aan de partner, gebeurde dat slechts twee keer bij een persoon met hiv met minder dan 1.000 virusdeeltjes per milliliter bloed. Beide keren was het bloed zo’n vijftig dagen voordat de partner het virus opliep getest, dus het is mogelijk dat het aantal deeltjes op het moment van overdracht hoger was. Het overgrote deel van de infecties, ruim 80 procent, gebeurde bij een partner met meer dan 10.000 virusdeeltjes per milliliter bloed.

De onderzoekers concluderen dat het risico omhet virus over te dragen op een seksuele partner bijna nul is als de hoeveelheid gemeten virus in het bloed minder dan 1.000 deeltjes per milliliter is.

Zonder ART kan de hoeveelheid hiv-deeltjes in het bloed oplopen tot 30.000 of zelfs 500.000 per milliliter, afhankelijk van de fase van de infectie.

In veel landen zijn gevoelige laboratoriumtests om hiv te meten niet breed beschikbaar. Uit de nieuwe bevindingen blijkt dat eenvoudigere test met bloed uit een vingerprikje ook volstaan. Die kan ook betrouwbaar aangeven of de hoeveelheid hiv onder de 1.000 deeltjes per milliliter zit.

De boodschap oprekken

De resultaten ondersteunen de stelregel die wereldwijd gehanteerd wordt, en ook in Nederland: U=U (undetectable = untransmittable; ondetecteerbaar = niet besmettelijk), zegt Maria Prins van de GGD Amsterdam, tevens hoogleraar publieke gezondheid en epidemiologie van infectieziekten in het Amsterdam UMC . „Als die ondergrens nu naar 1.000 deeltjes per milliliter kan, rekt dat die boodschap nog wat op. Mensen met hiv kunnen bang zijn om hun partner te besmetten, dit zou die angst kunnen verminderen.”

De GGD Amsterdam zal in overleg met alle relevante instanties in de stad bekijken hoe ze de nieuwe informatie gaan gebruiken, zegt Prins. In Nederland krijgen alle mensen met hiv ART en hun bloed wordt elk half jaar getest. Als er onverhoopt virus gemeten wordt, bekijken behandelaars hoe dit weer naar een onmeetbare waarde gebracht kan worden, en luidt het advies voor sekspartners zonder hiv om condooms te gebruiken of PrEP te slikken, een medicijn dat hiv-infectie voorkomt.

De resultaten van de studie kunnen mensen met hiv motiveren om trouw virusremmers te blijven slikken. Daarnaast helpen ze het stigma te verminderen dat in veel landen hangt rond mensen die leven met hiv.


Lees ook: Tegen mensen met hiv wordt nog altijd anders aangekeken