Eksters gebruiken vogelwerende pinnen als handig bouwmateriaal

Biologie Eksters en kraaien jatten vogelwerend materiaal. Daarmee verstevigen ze hun nesten en houden ze andere vogels weg.

Het Antwerpse eksternest, gefotografeerd in oktober 2021. Het nest bevat 148 afzonderlijke vogelwerende strips met 1.500 pinnen.
Het Antwerpse eksternest, gefotografeerd in oktober 2021. Het nest bevat 148 afzonderlijke vogelwerende strips met 1.500 pinnen. Foto Auke-Florian Hiemstra

Vogels bouwen nesten van de prikkers die juist bedoeld zijn om vogels af te schrikken. De scherpe pinnen blijken niet alleen geschikt om het nest te verstevigen, maar beschermen ook tegen andere vogels, blijkt uit Leids onderzoek.

Bioloog Auke-Florian Hiemstra doet bij Naturalis onderzoek naar dierenarchitectuur. Al eerder ontleedde hij meerkoetnesten gemaakt met spanband, plastic rietjes en mondkapjes. Dat is bruikbaar maar niet altijd ongevaarlijk bouwmateriaal, omdat het behalve in nesten ook in de magen van dieren belandt. Met onderzoekers van Naturalis en het Natuurhistorisch Museum Rotterdam beschrijft hij nu nesten van kraaien en eksters in Rotterdam, Enschede, Antwerpen en Glasgow, gemaakt met antivogelmateriaal.

Het plaatsen van scherpe punten, vooral tegen duiven, wordt ook wel kwaadaardige architectuur genoemd: dieren kunnen zich er levensgevaarlijk aan verwonden.

Complete strips

Het lijkt of vogels de mens een loer draaien door te gebruiken wat bedoeld was om hen op afstand te houden. Kraaien en eksters slagen erin complete strips met metalen pinnen los te trekken en mee te nemen naar hun nest in aanbouw.

Met de prikkers naar beneden werken de strips als fundering die twijgjes samenhouden. Het eerste bekende geval was in Rotterdam, waar in 2009 kraaien hun nest fundeerden met antivogelpinnen, vermoedelijk afkomstig van een nabijgelegen bouwplaats.

Omgekeerd, met de punten omhoog, doen ze precies waarvoor ze bedacht zijn: ze maken van het nest een vesting. De strips zijn het urbane equivalent van de doornige takjes die eksters buiten de stad gebruiken om met een stekelig dak boven hun nest rovers weg te houden van eieren en jongen.

Hart van klei en twijgjes

Zo zag een patiënt vanuit zijn ziekenhuisbed in Antwerpen in 2021 in een esdoorn een groot nest waarvan het veilige hart van klei en twijgjes werd beschermd door 148 afzonderlijke antivogelstrips met circa 1.500 punten. Vermoedelijk waren ze met kracht losgetrokken van de rand van het ziekenhuisdak, zoals eksters ook in staat zijn om takjes van bomen te rukken.

Lees ook: ‘Dieren zijn geweldige architecten’

Hiemstra haalt zelf de term ‘vogelrebellie’ aan. Maar hoewel het verleidelijk is om in het gedrag van vogels verzet te zien, zoals als eerder bij orka’s die met boten botsen, moet het gebruik van prikkers volgens de auteurs gezien worden als een kleine aanpassing van bestaand natuurlijk gedrag. In het Antropoceen, het tijdperk van menselijke dominantie, is voor vogels nu eenmaal meer kunstmatig dan natuurlijk materiaal voorhanden, schrijven ze. „Als zelfs vogelwerend materiaal gebruikt wordt, kan alles gebruikt worden voor een hedendaags vogelnest.” Hiemstra, die in meerkoetnesten condooms, zonnebrillen en ruitenwissers terugvond, noemt dit de gekste vogelnesten die hij heeft gezien.

De Antwerpse ekstervesting is nu te zien in Naturalis in Leiden. Het Natuurhistorisch Museum Rotterdam heeft een kraaiennest met antivogelpinnen in een tentoonstelling met bouwwerken van stadsdieren.