Eerder zag NS een wapenstok voor personeel niet zitten, waarom nu wel? ‘Niets doen is geen optie meer’

Hij is pakweg 40 centimeter. Zwart, rubber, stevige greep. Je draagt hem in een holster aan je riem. En binnenkort zie je ’m mogelijk in de trein. Legaal. Als het ministerie van Justitie en Veiligheid snel toestemming geeft, dragen 75 medewerkers van NS-afdeling Veiligheid & Service (V&S) vanaf oktober een wapenstok.

1
Waarom wil NS dit?

Het bedrijf wil onderzoeken of dragen en gebruiken van de korte wapenstok kan bijdragen aan het werk van NS-beveiligers in de trein en op het station.

NS’ers hebben steeds vaker te maken met geweld en letsel. In 2024 meldde het bedrijf 1.095 ernstige incidenten, 5 procent meer dan in 2023. Cijfers over 2025 heeft NS nog niet, maar een woordvoerder zegt dat het beeld dit jaar niet anders is dan in 2024. Daarbij zegt NS minder dan vroeger te kunnen vertrouwen op snelle hulp van de politie. Die is elders nodig, zie de sluiting van de politiepost op Amsterdam Centraal enkele jaren geleden.

„De toename van incidenten staat op gespannen voet met de middelen en bevoegdheden waarover we beschikken om het werk goed uit te voeren”, aldus Itai Birger, directeur sociale veiligheid bij NS in een verklaring. NS moet „alle middelen toetsen die daaraan kunnen bijdragen”. Tegelijk, zegt Birger, is het confronterend dat wij als treinbedrijf genoodzaakt zijn nu ook de wapenstok te onderzoeken.

2
Twijfelt NS dan over de stok?

Tot nu toe was NS terughoudend over de inzet van geweldsmiddelen. Volgens de woordvoerder denken V&S-medewerkers er verschillend over of een wapenstok bij hun werk hoort.

Aan de ene kant geeft de stok meer afstand tot een persoon die onrust veroorzaakt. Handhavers voelen zich veiliger. Aan de andere kant kan het dragen ook escalerend werken. Het zou het gastvrije imago van de trein ondermijnen. In 2016 stelde NS dat het er geen voorstander van was om het personeel met aanvullende geweldsmiddelen uit te rusten.

3
Als de proef slaagt krijgen dan alle NS’ers zo’n stok?

Nee, het zou dan alleen gaan om de V&S-personeelsleden. Die zijn buitengewoon opsporingsambtenaar (boa) en bovendien ‘geweldsbevoegd’. Wettelijk mogen ze een wapenstok dragen, maar wel pas na toestemming van het ministerie van Justitie.

Veiligheid & Service telt 680 medewerkers. NS heeft hier vijftig vacatures. Die zijn moeilijk in te vullen, vooral in de Randstad.

4
Waarom is dit bijzonder?

Boa’s met een wapenstok zijn niet nieuw. Zo dragen ‘groene’ boa’s van Staatsbosbeheer er al een. In 2021 namen tien gemeenten deel aan een pilot waarin hun handhavers waren uitgerust met een wapenstok.

En in Amsterdam loopt sinds 1 januari 2024 een tweejarige proef. In het centrum dragen 45 boa’s een stok. In juni bracht de gemeente een tussentijdse evaluatie uit: de ondervraagde boa’s zijn positief. Zo voelt de meerderheid zich veiliger door het dragen van een wapenstok. Bijna alle ondervraagde boa’s willen die blijven dragen.


Lees ook

Lees ook: Wat maakt het werken bij NS zo zwaar? NS’ers vertellen hun verhaal

Utrecht Centraal Station

Dit raakt aan de principiële vraag wie geweld mag gebruiken in een samenleving. Wanneer is dat gerechtvaardigd, wat betekent dat voor de uitrusting van opsporingsambtenaren? Politie en leger hebben dit ‘geweldsmonopolie’ – in hoeverre moet je dat uitbreiden tot de pakweg 23.000 boa’s in Nederland? In oktober bepleitte de Wetenschappelijke Adviesraad Politie (WARP) terughoudendheid bij het uitrusten van boa’s met wapenstok: „Geef boa’s bescherming, geen wapens”. Heldere afspraken met de politie zijn cruciaal.

De boa’s in Amsterdam gebruikten de wapenstok vooral preventief en nauwelijks om mee te slaan of te porren. De wapenstok zorgde het vaakst voor de-escalatie van een risicovolle situatie, gevolgd door het winnen van extra tijd totdat assistentie arriveerde.

5
Een wapenstok is toch niet de enige stap om treinen en stations veiliger te maken?

Nee, met name het ministerie van Infrastructuur heeft de laatste weken diverse initiatieven aangekondigd. Demissionair staatssecretaris Thierry Aartsen (Infrastructuur, VVD) noemde bij zijn aantreden de veiligheid in het ov een belangrijke prioriteit.

Eind juni meldde Aartsen dat de boete voor zwartrijden op 1 oktober van 50 naar 70 euro gaat. Hij wil haast maken met bodycams voor NS-personeel. En boa’s krijgen toegang tot het rijbewijzenregister om sneller iemands identiteit te controleren. Aartsen: „Zo maken we het ov stap voor stap veiliger.”

De identiteitscontrole is een heikel punt met veel haken en ogen. De rijbewijscheck is pas op 1 juli 2026 juridisch geregeld. „Wij zijn blij met elke stap”, stelde Hatte van der Woude van brancheorganisatie OV-NL. „Maar dit is slechts een klein onderdeel van wat nodig is om het ov veiliger te maken. De meeste aanhoudingen in het ov worden verricht bij mensen die geen rijbewijs hebben en dus ook niet in dat register staan.”

Het liefst krijgt het ov toegang tot meer persoonsregisters (strafrechtketendatabank, basisvoorziening vreemdelingen), maar dat is niet mogelijk binnen de huidige wettelijke kaders, schreef Aartsen begin juli aan de Tweede Kamer.

6
Hoe zijn de reacties?

Minister David van Weel (Justitie en Veiligheid, VVD), wiens departement de NS-aanvraag voor de wapenstok moet beoordelen, zei tegen het ANP dat hij het goed vindt dat NS „de verantwoordelijkheid neemt voor een veilige taakuitvoering door haar medewerkers”.

Reizigersvereniging Rover toonde begrip maar vindt ook dat NS meer „zachtere maatregelen moet nemen voor de veiligheid op stations en in treinen”. Voorbeelden: betere verlichting op stations, kiosks langer open.

Politiebond ACP, die ook boa’s vertegenwoordigt, vindt het onzin dat zichtbaar dragen van een wapenstok escalerend zou werken. „Je moet boa’s, mensen die een stap naar voren doen bij geweld, beter uitrusten”, zegt een woordvoerder. „Waarom nu pas de wapenstok, kan je beter zeggen.” De bond wil ook debat over pepperspray en tasers voor boa’s.

Van der Woude (OV-NL) is ongeduldig. „Boa’s en vervoerders vragen nu al meer dan drie jaar om maatregelen die hun werk veiliger maken. Niets doen is geen optie meer.”