Duitse en Franse ministers naar Syrië, als eerste leiders namens Europese Unie

Het Rode Kruis wil de komende jaren zeker vijf miljoen op de vlucht geslagen Syriërs helpen wanneer zij zijn teruggekeerd naar huis. Dat heeft Derk Segaar, hoofd internationale hulp van de hulporganisatie, vrijdag gezegd op NPO Radio 1. De Syrische Rode Halve Maan, de lokale tak van het Rode Kruis in Syrië, bestaat uit negenduizend vrijwilligers die hulp moeten gaan bieden op vlak van onder meer medische zorg, voedsel en huisvesting.

Tijdens de burgeroorlog in Syrië, die begon in 2011, sloegen volgens VN-organisatie UNHCR zo’n veertien miljoen Syriërs op de vlucht. Ongeveer 7,2 miljoen inwoners raakten intern ontheemd. Iets minder dan zeven miljoen Syriërs zijn naar het buitenland gevlucht – vooral naar omliggende landen als Turkije, Libanon en Irak.

De VN meldden donderdag dat sinds de val van Assad meer dan 115.000 Syriërs vanuit het buitenland zijn teruggekeerd naar huis. Bijna 486.000 intern ontheemden keerden terug naar huis, maar daar staan 664.000 nieuw intern ontheemden tegenover. Die laatste groep vluchtte toen rebellengroep HTS in korte tijd de macht in Syrië overnam.

De vijf miljoen Syriërs die het Rode Kruis wil helpen, zijn volgens Segaar de meest kwetsbare intern en extern ontheemden. Hij benadrukt dat het aantal hulpbehoevenden een eerste inschatting betreft. Over de veiligheid in Syrië onder de nieuwe machthebbers is nog veel onduidelijk. Daarnaast weet het Rode Kruis niet precies aan hoeveel Syriërs zij hulp kan bieden.

Ook psychische hulp

De Syrische Rode Halve Maan zal, zegt Segaar, in busjes door het land rijden om medische zorg aan te bieden. Ook geven zij brandstof aan bakkers en delen ze dekens en winterkleding uit. De hulporganisatie wil ook psychische hulp bieden aan Syriërs die terugkeren naar hun geboorteland en voor het eerst direct worden geconfronteerd met de gevolgen van de burgeroorlog in het land. „Dat zal een enorme aanpassing vergen”, zegt Segaar. „Ze realiseren zich dan pas wat er met hun familie is gebeurd.”

Syriërs bij een muurschildering van Hafez al-Assad, in Damascus.
Foto Zohra Bensemra/Reuters