De Britse premier Keir Starmer had laatst een lang onderhoud met de Franse president Emmanuel Macron op het buitenverblijf Chequers. „Eenheid is nodig in deze onzekere tijden”, liet Downing Street weten. Het valt op: Europeanen en Britten trekken steeds vaker samen op als het gaat om Oekraïne, veiligheid en defensie. Vorige zomer ontving Starmer Europese regeringsleiders op landgoed Blenheim. En minister van Buitenlandse Zaken David Lammy woonde onlangs een vergadering van zijn EU-collega’s bij in Brussel.
Gaat Brexit in zijn achteruit? Zijn defensie en veiligheid vehikels voor een betere relatie? Weinigen zijn beter gepositioneerd om deze vragen te beantwoorden dan Sir Julian King, die van 2016 tot 2019 de allerlaatste Britse Eurocommissaris (voor Veiligheid) in Brussel was. Als Brits diplomaat is hij al zijn hele carrière bezig met veiligheidsvraagstukken, hij weet hoe de hazen lopen in Brussel.
„Brexit wordt niet teruggedraaid,” zegt King stellig over de telefoon vanuit Noord-Frankrijk. „Maar onze relatie met de EU verbetert met de dag. Je ziet dat het best op terreinen als veiligheid en defensie. Logisch, dit zijn voor het VK en de EU momenteel dé grote onderwerpen. ‘We must all hang together or we will hang separately’, zei de Amerikaanse grondlegger Benjamin Franklin. Meer dan acht jaar zijn verstreken sinds het Brexit-referendum. De wereld is totaal veranderd. Vol risico’s, vooral op veiligheidsgebied. De Oekraïne-oorlog: een shock. Het ultra-assertieve optreden van China: een shock. Trump die weer president wordt: nog een shock. We moeten keihard aan veiligheid en defensie trekken. Logisch dat je dan samenwerkt met diegenen met wie je dezelfde waarden deelt.”
Hoe is het om de banden weer aan te halen?
„De EU en het VK moeten veel dingen regelen. We komen allebei van ver. We hebben decennialang bezuinigd op defensie en veiligheid. Beiden zijn ambitieus. We voeren veel discussies. Open discussies. Veel opener dan vroeger. Als de Amerikanen minder gaan doen voor onze veiligheid en die van Oekraïne, moeten we het zelf doen. We hebben geen keus, dat snapt iedereen zo langzamerhand wel. Meningen veranderen razendsnel. Zo hebben de Duitse Groenen het al over defensie-uitgaven van 3 procent van het bbp. Wie had dat een paar jaar geleden gedacht. Als we dingen samen doen met de EU, kan het efficiënter en goedkoper. Wat het voor het VK makkelijker maakt, als NAVO-land, is dat de EU en de NAVO tegenwoordig goed samenwerken. Dat is weleens anders geweest.”
Veel EU-projecten, of het nu om harde defensie gaat of om bescherming tegen hybride aanvallen, zijn toch alleen voor EU-landen?
„Dat is lastig, ja. Maar veel EU-landen beseffen dat ze sterker staan met de Britten aan boord. Dan heb je een van de grootste, meest serieuze legers van Europa erbij. Vandaar dat men in Brussel kijkt of ze sommige regels zo kunnen aanpassen dat niet-EU-landen mee kunnen doen. Niet alleen voor ons, ook voor Noorwegen. En als je de Europese wapenproductie wil stimuleren, zodat al het geld niet naar de Amerikaanse industrie gaat, kun je het VK en zelfs Turkije erbij betrekken. Daarom wil het VK echt een reset, zoals premier Starmer het formuleert. Begin februari gaat hij naar een speciale top die EU-president António Costa organiseert. Later woont hij een Europese top bij op uitnodiging van de Poolse premier Tusk, vanwege het Poolse EU-voorzitterschap dit halfjaar.”
Gaat dit alleen over veiligheid en defensie? Die onderwerpen waaieren toch uit over andere terreinen?
„Andere terreinen komen inderdaad ook in beeld. Veiligheid betekent ook dat je samen mensensmokkel aanpakt. Dus moet Londen meer samenwerken met EU-agentschappen als Frontex. Ook energieveiligheid valt eronder: energieleveranties worden steeds vaker als wapen gebruikt. Economie en handel hebben eveneens steeds vaker een veiligheidscomponent.”
Zo komt het VK toch uit bij de interne markt, een markt met regels die het niet wil overnemen?
„Ja. Ik zeg niet dat dit simpel is. Toch willen wij over een economische veiligheidsstrategie praten. De TCA [Trade and Cooperation Agreement, red.] die het VK en de EU bij Brexit gesloten hebben, stamt uit een andere tijd. De wereld is compleet veranderd.”
Gaat het VK toch EU-regels overnemen?
„Nee. Waar ik aan denk is meer iets naar voorbeeld van de Trade and Technology Council, het overlegorgaan tussen Europa en Amerika dat Trump nu wil opdoeken. Deze raad heeft dingen gestroomlijnd, problemen vlot getrokken. De Amerikanen zaten ook niet op jullie interne markt. Zou zoiets niet mogelijk zijn tussen de EU en het VK? Dat is het proberen waard.”
Kantelt de Britse perceptie van de interne markt als rigide regelmachine?
„We leven in een nieuwe wereld. Het VK moet een flexibeler relatie met de EU opbouwen. De regels op de interne markt waren rigide, ja. Maar Europa verandert. Ik denk dat de Britse regering dat ziet. De Britse bevolking, dat is helaas een ander verhaal. Politici moeten erop uit om het nieuwe verhaal te vertellen. Het verhaal van onze gedeelde toekomst met de EU.”
Veel EU-landen zijn bang dat het VK hen tegen elkaar uitspeelt om de EU te verzwakken, zoals gebeurde rondom Brexit. Kunt u zich dat voorstellen?
„Londen is zich daarvan bewust. Het heeft twee lessen getrokken uit die episode. Een: individuele landen kunnen altijd bilateraal met elkaar praten, maar als je iets met de EU wil regelen, moet je je bij de EU zelf melden. Wij hebben defensie-overeenkomsten met landen als Frankrijk en Duitsland en praten erover met Ierland. Maar we respecteren daarbij EU-gevoeligheden. De tweede les is dat we geen dossiers meer met elkaar moeten verknopen. Dus: geen afspraken maken met de EU over defensie om op ander terrein iets gedaan te krijgen.”
Landen als de VS verknopen tegenwoordig juist alles met alles.
„Voor een reset heb je goede wil nodig. Er zijn al genoeg gevoeligheden die moeilijk weggaan.”
Zoals?
„Zoals de vraag: in hoeverre kan de EU als intern project echt diep samenwerken met niet-EU-landen? En de vraag: als de oorlog in Oekraïne voortduurt en als de EU collectieve leningen aangaat om zijn defensie-industrie te stimuleren, kunnen niet-EU-landen dan aanhaken? Frankrijk zet daar vraagtekens bij. Kunnen Britse fabrikanten meedoen? In hoeverre moet de Commissie dit beheren? Wat zijn de vereisten om voor zo’n stimulus in aanmerking te komen? Allemaal gevoelige vragen.”
Gaat u ervan uit dat die collectieve leningen, de defensiebonds, er komen?
„Dat hangt grotendeels af van het resultaat van de Duitse verkiezingen. Als de Duitsers er voor warmlopen, dan is er een gerede kans dat ze er komen. Zo niet, dan wordt het lastiger.”
Denemarken, tot voor kort rabiaat tegen eurobonds, is al om.
„Ja. Een opmerkelijke draai.”
Hoe ver zijn Britse wapenfabrikanten sinds Brexit van het Europese regelsysteem afgeweken?
„Afgeweken? Ze zijn nog compleet geïntegreerd! Zweedse vliegtuigmakers hebben nauwe banden met Britse fabrikanten. Franse ook. Brexit heeft dat niet kapotgemaakt. Het heeft het alleen moeilijker gemaakt. Als alle NAVO-landen een derde meer aan defensie moeten uitgeven, en die kant gaan we op, dan kun je het geld beter aan Britse dan Amerikaanse wapensystemen besteden.”
Klopt het dat Europeanen nu bijna tweederde van hun defensie-aankopen in Amerika doen?
„Zoiets ja.”
Amerikaanse fabrikanten, hoor ik, kunnen de vraag niet meer aan.
„Dat klopt.”

U klinkt redelijk opgewekt over de toekomst. Veel Europeanen zijn pessimistisch. Ze denken dat we dit niet gaan redden.
„Ik merk dat. Mensen denken dat alles wat de EU de afgelopen decennia heeft opgebouwd, niet toegerust is voor de crises van deze tijd. Want de markt draait om regels, terwijl het huidige tijdperk zou vragen om geopolitieke flexibiliteit. Ik denk juist dat de interne markt zich heel goed leent voor moderne uitdagingen. De EU is goed geplaatst om security provider te zijn, naast de NAVO. De interne markt met al zijn regels is geen belemmering, in mijn ogen, om de EU als meer geopolitieke speler te positioneren. Het is een prima hulpmiddel.”
Hoe dan?
„De NAVO doet natuurlijk het harde defensiewerk. Dat kan de EU niet. Maar de EU heeft de set-up, met de goede instrumenten, om de bredere veiligheidsagenda uit te voeren waar we het net over hadden. Een paar voorbeelden. Er zijn steeds meer troepenverplaatsingen op het continent. We zijn dat niet meer gewend. Wegen en bruggen moeten worden verstevigd. Er moeten inventarissen komen, van welke brug hoeveel gewicht kan dagen, enzovoort. Er moeten minimumvoorwaarden komen voor de constructie van nieuwe bruggen. Al die dingen kan de EU zo regelen. En subsidiëren. Ook voor de bescherming van infrastructuur kun je het bestaande systeem gebruiken
„En kijk wat de EU nu al doet aan de financiering van de bredere veiligheidsagenda. De Europese Commissie maakt een plan om de fondsen voor arme regio’s straks ook te kunnen besteden aan defensieprojecten in die regio’s. Kwestie van de regels een beetje aanpassen, klaar. Brussel doet dit op verzoek van de lidstaten, uiteraard. Ook het bestaande Europese Defensiefonds, het EDF, kan worden uitgebreid. En stel dat er eurobonds komen, dan moet dat grotendeels via de Commissie.
„Verder kan de EU gezamenlijke wapen- of andere aankopen regelen. Dat haakt aan bij wat eerder is gedaan, zoals het collectief bestellen van vaccins tijdens de pandemie. Wat de EU dankzij de interne markt ook relatief simpel kan doen, naast de bestaande aanbestedings- en financieringsregels inzetten, is het instellen en bewaken van nieuwe gemeenschappelijke, Europese standaarden.”
Zoals hoe stevig bruggen moeten zijn?
„Of voor de opslag van energie, ik noem maar wat. De lidstaten kunnen besluiten dat ze allemaal een minimum aan gasreserves aanhouden. De Commissie zorgt dat ze zich eraan houden. Dat doet ze met andere standaarden en minimumeisen ook. Zo kan de interne markt makkelijk gebruikt worden om dingen te doen die sowieso moeten gebeuren, en die zonder het EU-systeem heel ingewikkeld zouden zijn. De interne markt is een voordeel, geen obstakel!”
Gelooft u dat externe bedreigingen leiden tot meer cohesie in Europa?
„Externe bedreigingen op economisch terrein leiden vaak tot nationalisme, veiligheidsbedreigingen leiden tot cohesie. In 2016, toen ik Eurocommissaris was, leidden bomaanslagen van Islamitische Staat tot de allereerste Europese veiligheidsstrategie. In 2017-2018 leidden cyberaanvallen tot veel steviger Europese samenwerking op dit gebied. Zorgen over economische veiligheid zijn ook verhuisd van een puur nationaal naar een meer Europees veiligheidsdomein. Denk aan Huawei. Op al deze terreinen leren we opnieuw wat ‘veiligheid’ betekent. En dat we elkaar heel hard nodig hebben.”
