Do re mi fa sol la si do

In september zijn we al weer mensen, week 36 van 2024. Libi gaat fast als je niet oplet. Ook trouwens wanneer je wel oplet, maar goed. September voelt voor mij altijd als het begin van het jaar. Agenda’s maken weer hun start op vele gebieden. Zij ’t nou binnen het schoolsysteem of binnen het medialandschap, op verschillende terreinen is september de start van een nieuwe seizoen. Voor mij voelt september meer als een nieuwe start dan januari, behalve dat het jaar daadwerkelijk haar nul telling meet in januari.

Het begin betekent het einde van iets, en het einde dus ook weer het begin. In dat opzicht lijken die twee dingen heel erg op elkaar, het begin en het einde. Het zijn als twee kanten van dezelfde munt. Als ik er zo over nadenk is al het levende hetgeen wat zich begeeft tussen begin- en eindpunten. Beiden zijn het momentopnames, het een inleidend en het ander afsluitend. Dat is ook hoe ik denk over de dood. De dood hoort evenveel bij het leven als het leven zelf. En hoewel niemand op de dood zit te wachten zou ik me ergens ook niet voor willen stellen dat er aan het leven geen eind komt. Op een gegeven moment is de koek ook gewoon op toch? Eindeloze dingen worden op een gegeven moment moeizaam, want het leven is vergankelijk in zijn essentie. Sinds a youngin zeg ik tegen mezelf dat ik wel de negentig zou willen aantikken in dit leven, maar de honderd hoeft voor mij niet. Dan is de koek voor mij ieder geval allang op.

Het einde van iets is altijd het begin van iets nieuws. Het is maar hoe je naar die gang van zaken kijkt. Zelf heb ik weinig moeite met het einde. Soms heb ik alleen niet door dat het eindpunt is aangebroken. Maar zodra dat kwartje valt, ben ik er snel klaar mee. Ik ben niet iemand die lang vasthoudt aan dingen. Alles heeft z’n tijd, en tegelijkertijd om die reden ook z’n eindtijd. Loslaten maakt ook ruimte voor nieuwe dingen. Ik weet nog dat ik de dag na het overlijden van mijn vader voor het eerst een nieuw neefje van me zag, van wie ik vandaag de dag peetvader ben. Die dag keek ik zo lang in dat joch z’n gezicht, en besefte gewoon there and then dat leven gewoon doorgaat, man. Nieuwe mensen komen, en oude mensen gaan.

Zie het als do re mi fa sol la si do. Die tori begint en eindigt met do. Het begin en het einde, twee kanten van dezelfde munt. Waarom ik het hier over heb is omdat deze om de wekelijkse rubriek van de Smibanese University ook vandaag ten einde komt. Sinds begin dit jaar schreef ik om de week een stuk waarin ik jullie lezers inzage gaf in hoe het Smibologische denkpatroon in z’n werking gaat. Vorig jaar kwam ik wekelijks met de Smibologische wetenschap, gericht op de Smibanese taal die wij gemachtigd zijn. En nu houdt het op, snappie? Vanaf volgende maand kan je vanuit een ietwat andere invalshoek nog steeds stukken van mij lezen, alleen verhuis ik naar NRC Magazine. Het was mij een genoegen, en ik hoop dat jullie door mijn Smibologische verslaggevingen wat wijzer zijn geworden. Dat hoeft niet per se, want als het een plezier was om te lezen ben ik daar al gelukkig mee. Nou goed, dat was het dan. Bij dezen maak ik ruimte voor het volgende wat hier op de Achterpagina plaats zal nemen. Away with the old, and in with the new. Laaaaateeeeeer!

Prof. Soortkill is oprichter van Smib Worldwide, een creatieve organisatie uit de Bijlmer. En van de Smibanese University, waarvoor hij het Smibanese woordenboek 2.0 schreef en Smibologie. Each one, teach one.