Dit rupsje is het kleinste beestje met territoriumdrift

Met wat fantasie kun je er een waakhondje in zien. Het gaat hier om het net uit z’n eitje gekropen rupsje van de bleke eenstaart, een nachtvlindertje dat ook in Nederland voorkomt. Het pokdalige eerste larvestadium van nog geen twee millimeter verdedigt vol overgave het kleinste territorium in het dierenrijk; het puntje van een berken- of elzenblaadje.

Dat blijkt uit onderzoek van biologen van de Carleton University in Ottawa. Deze rupsvormige keffertjes blaffen weliswaar niet, maar maken hun aanwezigheid duidelijk met subtiele zoem- en roffelgeluidjes. De Canadezen wisten dit voor mensen hoorbaar te maken met laser vibrometry. Ze filmden in close-up wat er gebeurde als ze met een kwastje een indringer (een andere bleke eenstaartrups) op hetzelfde blad zetten. Daar was de ‘territoriumbezitter’ op het uiteinde van het blad duidelijk niet van gediend: hij roffelde wel vier keer sneller op het blad om de indringer te verjagen. Wanneer die belager desondanks het centimetergrote territorium binnendrong, werden de roffelsalvo’s nog intenser, tot veertien keer het rusttempo. Dat was meestal afdoende.

Maar blaffende honden bijten niet, en zo ook dit waakrupsje niet. Zodra een fysieke confrontatie dreigde, ontsnapte de verdediger aan een gesponnen draad. Meestal won de territoriumhouder. Diens trillingen lijken op ander gevaar, zoals een springspin op rooftocht.