Java-aapje #10 heeft niet alleen groen oplichtende vingertoppen, maar overal in zijn lijfje zitten cellen die onder invloed van uv-licht een groene gloed uitstralen. Aapje #10 is het enige dat levend geboren is uit een biotechnologisch experiment met embryo’s in China. Onderzoekers van het Instituut voor Neurowetenschappen in Shanghai injecteerden embryonale stamcellen in een bevruchte eicel van een java-aap, met de bedoeling dat deze cellen zouden bijdragen aan de groei van de weefsels van het embryo. Zo ontstaat een chimeer, een dier dat uit cellen bestaat van twee genetisch verschillende bronnen.
Om dat verschil in herkomst in één oogopslag duidelijk te maken, hadden de onderzoekers de stamcellen voorzien van een gen voor green fluorescent protein, een eiwit dat groen oplicht als er uv-licht op valt. Chimeren van muizen en ratten zijn al geen bijzonderheid meer in het biomedische onderzoek, maar met apen was tot nu toe weinig resultaat bereikt. De Chinese onderzoekers claimen nu als eersten succes in een artikel dat deze week verscheen in het wetenschappelijke vakblad Cell.
Bewerkte embryo’s
In het experiment kregen twaalf draagmoeders de bewerkte embryo’s in hun baarmoeder geplaatst en dat resulteerde in zes levend geboren aapjes. Daarvan bleken er bij slechts één, aapje #10, de stamcellen te zijn aangeslagen. Volgens de onderzoekers hebben de stamcellen tussen de 21 en 97 procent bijgedragen aan de verschillende weefsels in het dier, gemiddeld 67 procent over 26 verschillende weefsels.
Het experiment is een proof of principle, zegt Joost Gribnau, hoogleraar ontwikkelingsbiologie bij het Erasmus MC en niet betrokken bij het onderzoek. Het laat zien dat je embryonale stamcellen in een naïeve staat kunt brengen om ze daadwerkelijk te laten bijdragen aan de groei van het embryo. Dat is een belangrijk inzicht voor onderzoekers die werken met menselijke embryonale stamcellen.”
Ernstige longproblemen
Aapje #10 is echter niet ouder geworden dan tien dagen, want toen kreeg het ernstige longproblemen en lieten de onderzoekers het inslapen. Bijzonder was dat de cellen van het ontvangende embryo mannelijk waren en dat de ingebrachte embryonale stamcellen vrouwelijk waren. Niettemin bleken de vrouwelijke cellen in de zaadballetjes van het aapje even goed mee te doen aan de vorming van cellen waaruit later spermacellen kunnen ontstaan. De mannelijke omgeving in het lichaam stuurde de ontwikkeling probleemloos die kant uit, verklaarden de onderzoekers tijdens een online persconferentie.
Muming Poo, een van de teamleden, zei dat de technologie goed bruikbaar zou kunnen zijn voor het onderzoeken van erfelijke aandoeningen aan het zenuwstelsel. „Mijn persoonlijke favoriet is de neurodegeneratieve ziekte ALS, waarbij motorneuronen afsterven.” In een dier waar een deel van de zenuwcellen dan de mutatie heeft die de problemen veroorzaakt, zou het ziekteproces dan beter te onderzoeken zijn.
Zhen Liu, een ander lid van het team, wees erop dat je via de stamcellen gericht complexe genetische veranderingen kunt aanbrengen die vervolgens ook in de geslachtscellen van het dier terecht komen. Daarmee kun je in de toekomst een nieuwe generatie dieren fokken die de complexe veranderingen in al hun cellen hebben.
Over de praktische toepassing is Gribnau sceptisch: „Dit deed mij een beetje denken aan de matige efficiëntie die werd behaald met klonen. Als je er echt iets mee wilt zou dat veel beter moeten worden. En dan zijn er nog de ethische bezwaren die kleven aan het gebruik van apen als proefdier.”