Met een intense blik kijkt Alexander Zverev in de camera. Zijn gezicht staat strak, zijn ogen zijn een beetje toegeknepen en voor zijn mond houdt hij een uitgestoken wijsvinger. Zo staat de 26-jarige Duitse tennisser, regerend olympisch kampioen en nummer 7 van de wereldranglijst, op een van de vele promotiefoto’s die zijn verspreid rond de ATP Finals, het toernooi in Turijn met de beste acht mannelijke spelers ter wereld.
Komend weekend worden de halve finales en finale afgewerkt, en de kans is aanwezig dat Zverev in actie zal komen. In de poulefase staat hij tweede in de ‘rode’ groep, na een zege op de Spanjaard Carlos Alcaraz en een nederlaag tegen de Rus Daniil Medvedev. Deze vrijdag speelt Zverev zijn laatste poulewedstrijd tegen diens landgenoot Andrej Roeblev.
De laatste weken gaat het niet over Zverevs comeback dit jaar na een ernstige enkelblessure, maar over zijn gedrag buiten de baan. Twee weken geleden legde een rechtbank in Berlijn hem een geldboete van 450.000 euro op voor mishandeling van zijn ex-vriendin, het Duitse model Brenda Patea met wie hij een dochter heeft. Zverev zou haar in 2020 tegen een muur hebben geduwd en haar keel hebben dichtgeknepen.
De Duitse tennisser ontkent de beschuldigingen – hij omschreef ze een dag na de uitspraak als „bullshit” en kondigde aan in hoger beroep te gaan. Hij reisde daarna af naar Italië voor de Finals van de ATP, de organisatie voor het proftennis bij de mannen. In Turijn wordt een prijzenpot van 15 miljoen dollar (circa 13,8 miljoen euro) verdeeld. „Het is een eer om hier te zijn”, zei Zverev begin deze week. „Ik probeer zoveel mogelijk van het moment te genieten.”
Eerdere beschuldiging
Het moet voor de ATP niet eenvoudig zijn om Zverev succes te zien behalen op hun eindejaarstoernooi. Hij wordt niet voor het eerst aangewezen als dader. In 2020 beschuldigde een andere ex, de Russische ex-tennisster Olga Sjaripova, hem ervan haar in 2019 mentaal en fysiek te hebben mishandeld. Ook bij haar zou Zverev een wurgpoging hebben gedaan.
Sjaripova deed geen aangifte, maar na aanhoudende druk van onder meer enkele tennisspelers, onder wie de Brit Andy Murray, vroeg de ATP een extern bureau de zaak te onderzoeken. Vijftien maanden later concludeerde de proftennisbond dat er onvoldoende bewijs was om Zverev, die altijd heeft ontkend, een disciplinaire straf op te leggen.
Sindsdien is hij, ondanks zijn reputatie, vrij om te spelen waar en wanneer hij wil. Op de ATP Tour gelden nauwelijks regels omtrent het gedrag van de spelers buiten de baan, bijvoorbeeld in het geval van een aanklacht. In andere sporten is dat wel het geval, zoals in de American football-competitie NFL. Daar moeten spelers zich houden aan een gedragscode, met onder meer bepalingen over huiselijk geweld. Als er aanwijzingen zijn dat een speler of coach zich zou misdragen, volgt een tijdelijk schorsing en stelt de NFL een onderzoek in.
Ook in andere (team)sporten zijn spelers verantwoordelijk gehouden voor hun gedrag buiten de sport; onlangs besloot Manchester United de Braziliaan Antony uit de selectie te laten nadat hij door zijn voormalige vriendin was beschuldigd van huiselijk geweld. De Engelse club wilde ruimte geven aan het onderzoek naar de zaak, dat nog altijd loopt. Antony traint desondanks, na een paar weken afwezigheid, weer mee.
In de Nederlandse Eredivisie gebeurde jaren geleden iets soortgelijks met Ferne Snoyl, nadat hij in 2007 door de politie was gearresteerd op verdenking van huiselijk geweld. Snoyl werd eerst geschorst door zijn club NEC, en niet lang daarna werd zijn contract ontbonden – er waren ook andere, sportieve incidenten.
Eenmansbedrijfjes
Zover is het op de ATP Tour nog niet. Proftennissers zijn eenmansbedrijven. De ATP heeft wel regels die voorschrijven dat spelers die betrokken zijn bij een rechtszaak, geschorst kunnen worden, maar in de praktijk grijpt de bond vooral in wanneer spelers zich tijdens een wedstrijd, misdragen of bijvoorbeeld bij dopinggebruik.
Een schorsing opleggen heeft ook grote gevolgen: tennissers op de ATP Tour hebben geen basissalaris (met ingang van volgend jaar wel), dus als ze niet spelen, verdienen ze niks. Wat ook niet helpt, is dat de belangen in het tennis, door de aanwezigheid van zeven organisaties (naast de ATP zijn er de WTA (voor vrouwen), de mondiale bond ITF en de vier grandslam-organisaties, versplinterd zijn.
Nadat Zverev in 2020 door Sjaripova was beschuldigd van huiselijk geweld, kondigde de ATP aan een ‘safeguarding policy’ te willen introduceren om de veiligheid van spelers te garanderen. „Dit kan ook impact hebben op het vertrouwen van het publiek in onze sport”, schreef de ATP destijds. Maar nieuw beleid is sindsdien nog niet van kracht geworden.
In de tussentijd lijkt alle commotie weinig invloed op het spel van de Zverev te hebben. Zo ging het ook drie jaar terug, toen hij de finale van het masterstoernooi in Parijs haalde ondanks alle negatieve aandacht. En nu maakt de Duitser nog altijd kans om zich te plaatsen voor de halve finale van de ATP Finals, al moet hij dan wel zijn partij op vrijdagavond tegen Roeblev winnen en hopen dat Alcaraz eerder op de dag niet wint van Medvedev.
Mocht de Duitser zich plaatsen voor de halve finale, dan verzekert hij zich van meer dan 1,1 miljoen dollar aan prijzengeld. „Ik heb nog nooit de tweede groepswedstrijd gewonnen en toch heb ik dit toernooi al twee keer op mijn naam geschreven”, zei Zverev woensdag na het verlies tegen Medvedev op de persconferentie, waar de ontwikkelingen in de rechtbank niet ter sprake kwamen. „Ik heb daarom goede hoop op een goede afloop.”