De kinderen van Gaza zijn hun scholen kwijt

Op het dak van haar huis in Deir al-Balah, in Centraal-Gaza, zijn lakens en kleden opgehangen tegen de zon. Rond een tafel zit een groepje kinderen, dat zich buigt over Engelse lesboeken. Aan een betonnen pilaar hangt een krijtbord. Dit is de school die Alaa Madi (24) vier maanden geleden oprichtte voor kinderen in Deir al-Balah, waar honderdduizenden ontheemden verblijven. Madi studeerde Engels en didactiek.

„Het is een enorme uitdaging om kinderen mentaal voor te bereiden op het leren en hen af te leiden van de zware omstandigheden”, vertelt Madi. „Vaak ben ik meer psycholoog dan docent, wegens het trauma en de wanhoop die ik bij hen zie.”

De school van Madi is een particulier initiatief. In Gaza is het lager en middelbaar onderwijs het afgelopen jaar vrijwel volledig ingestort. Door de aanhoudende Israëlische luchtaanvallen is volgens Unicef circa 85 procent van de scholen verwoest of beschadigd. Dat is nog los van de verwoeste universiteiten. Circa 660.000 kinderen in Gaza – de bevolking van 2,3 miljoen mensen van voor de oorlog telde 1 miljoen kinderen – hebben een jaar lang geen onderwijs gehad.

Alaa Madi geeft les op het dak van haar huis in Deir al-Balah.
Foto Rita Baroud

De VN spreken van systematische vernietiging van onderwijs in Gaza door Israël en waarschuwden in april voor ‘scholasticide’: de massavernietiging van scholen, universiteiten, docenten, leerlingen, en studenten in Gaza.

Ook op de bezette Westelijke Jordaanoever heeft het lager en hoger onderwijs grote klappen gekregen sinds vorig jaar oktober. Door verdere beperkingen van de bewegingsvrijheid voor Palestijnen – zoals door nieuwe checkpoints –  en het geweld door het leger en kolonisten was volgens het ministerie van Onderwijs iedere dag tussen de 8 en 20 procent van de scholen gesloten.

Bezig met overleven

„Absoluut dramatisch”, noemt Jonathan Crickx, hoofd communicatie van Unicef in Palestina, de onderwijssituatie in Gaza. Hij was recent nog in Gaza, onder meer in al-Mawasi, de smalle kuststrook waar ruim een miljoen ontheemden verblijven na diverse ‘evacuatiebevelen’ van het Israëlische leger voor andere delen van Gaza.

De kinderen die Crickx daar zag, zijn vooral bezig met overleven. „Tussen de duizenden tenten lopen talloze kinderen rond met gele jerrycans, op zoek naar water of eten voor hun families. Veel kinderen zijn heel vies, er is geen hygiëne. Bovendien hebben veel van hen familie verloren, of een ouder”, vertelt Crickx telefonisch vanuit Jeruzalem.

Geïmproviseerd onderwijs in Deir al-Balah. Door de aanhoudende Israëlische luchtaanvallen is volgens Unicef zo’n 85 procent van de scholen in Gaza verwoest of beschadigd.
Foto Rita Baroud

De scholen in Gaza die nog wel overeind staan, worden veelal gebruikt als schuilplaats voor ontheemden, en zijn overvol. Maar ook daar is het niet veilig, zo bleek de afgelopen weken weer toen er opnieuw verschillende aanvallen waren op schoolgebouwen. Een groot deel van het onderwijs in Gaza werd tot de oorlog verzorgd door UNRWA, de VN-organisatie voor Palestijnse vluchtelingen. In een recent rapport schrijft de organisatie dat 70 procent van haar scholen is aangevallen, soms verscheidene keren, terwijl ze bijna altijd fungeerden als schuilplaats voor ontheemden.


Lees ook

het liveblog van NRC over de crisis in het Midden-Oosten

Het totale aantal aanvallen op scholen is volgens de VN de vijfhonderd gepasseerd. Alleen al in juli 2024 waren er 21 luchtaanvallen op scholen in Gaza, schrijft UNRWA, met zeker 270 doden tot gevolg. Scholen zijn als civiele plaatsen beschermd onder het internationaal recht. Steeds weer zegt het Israëlische leger dat zich daar strijders van Hamas of andere militante groepen ophouden, zonder daarvoor bewijs te leveren. Ook als dat bewijs er wel was, zou Israël alsnog rekening moeten houden met proportionaliteit en het onderscheid tussen strijders en burgers.

Schriften en pennen

Door de aanhoudende ontheemding in Gaza en Israëlische luchtaanvallen heeft Madi haar school verscheidene keren moeten sluiten of verplaatsen. Een andere, praktische uitdaging is het verkrijgen van schaars en kostbaar schoolmateriaal, zoals schriften en pennen, doordat Israël zeer beperkt commerciële en hulptransporten in Gaza toelaat. Een schrift kost al snel drie dollar, vertelt ze. Als de kinderen nog familie hebben, betalen zij maandelijks een klein bedrag aan Madi.

Initiatieven zoals die van Madi bedienen maar een fractie van de kinderen in Gaza. De meesten, zoals de zestienjarige Hamada uit Deir al-Balah, hebben sinds de oorlog geen onderwijs meer gehad. Zijn vader is bovendien ziek, dus hij helpt zijn familie. „Ik blonk uit op school, vooral in rekenen, en wilde ingenieur worden. Maar alles is veranderd.”

Meisje maakt schoolwerk in Khan Younis. Beeld Bashar Talib

In grote tenten in Khan Younis en Deir al-Balah verzorgt Unicef sinds afgelopen mei tijdelijk onderwijs, waarmee het tot nu toe twaalfduizend kinderen bereikt heeft. Tot die tijd was het simpelweg niet mogelijk voor de organisatie om onderwijs te faciliteren, door de constante gewelddadigheden en vluchtelingenstromen. Wat er in de scholen onderwezen wordt, is „heel basaal”, vertelt Crickx. „Rekenen, schrijven en lezen.”

Daarnaast wordt mentale hulp geboden. Vrijwel alle kinderen in Gaza hebben momenteel psychologische hulp nodig, zegt Crickx. Vóór de huidige oorlog had naar schatting de helft van de kinderen al mentale klachten, onder meer door de diverse eerdere oorlogen die Israël voerde tegen Hamas in het bezette gebied. „Je moet je bedenken dat een kind van vijftien al vijf oorlogen heeft meegemaakt.”

Volgens het Palestijnse ministerie van Gezondheid zijn door de Israëlische aanvallen op Gaza tot nu toe ruim 42.000 mensen gedood. Onder hen zijn ruim elfduizend geïdentificeerde kinderen; duizenden zijn ongeïdentificeerd. Ook liggen er volgens de VN mogelijk nog tienduizend mensen onder het puin.

Beeld Bashar Talib

In Khan Younis wordt in de schaduw van een woonhuis les gegeven aan kinderen.

Foto’s Bashar Talib

Foto Bashar Talib

Leerachterstand

Crickx gaat er vanuit dat het gemiste, afgelopen schooljaar voor veel kinderen door de oorlog in feite op twee jaar achterstand neerkomt, door het trauma, de ontheemding en zware omstandigheden. Bij kinderen die wel les krijgen, zijn die leerachterstanden nu al merkbaar, vertelt docent Alaa Madi. „Sommige kinderen van twaalf kunnen niet lezen.” Voor de oorlog was het percentage geletterdheid in Gaza 98 procent.

Veel kinderen zijn nerveus en angstig en hebben concentratieproblemen. Crickx vertelt dat hij bij een van zijn bezoeken aan Gaza een tienjarig meisje ontmoette dat behalve haar ouders, twee broers en zusje door een bombardement ook haar been verloor. „Ze stond al doodsangsten uit door een dichtslaande deur.”


Lees ook

over Israëlische plannen voor nederzettingen in Gaza

Israëliërs kijken vanuit de zuidelijke stad Sderot naar Gaza, op 21 oktober 2024.

Een ouder van vier kinderen uit Deir al-Balah, Lamis Mohamed (46), vertelt over de verandering die haar kinderen hebben doorgemaakt. „Het lijkt wel alsof mijn negenjarige zoon een oude man is geworden. De oorlog heeft hun kindertijd gestolen. De onschuld die ik in hun ogen zag, is vervangen door verdriet en zorgen.”. Een andere zoon moest vorig jaar oktober zijn studie tandheelkunde onderbreken. „Hun toekomst staat in de wacht.”

Beeld Bashar Talib

De 38-jarige Karam al-Saadoni geeft in de grotendeels verwoeste stad Khan Younis samen met zes andere docenten les aan driehonderd kinderen tussen de zes en veertien, bijgestaan door drie psychologisch verzorgers.

Foto’s Bashar Talib

Net als Alaa Madi geeft ook de 38-jarige Karam al-Saadoni in Khan Younis les in een geïmproviseerde school. Nadat hij Engels aan de al-Azhar-universiteit in Gaza-Stad had gestudeerd, richtte hij veertien jaar geleden in Khan Younis een centrum voor Engels onderwijs op.

Totdat het gebouw in Khan Younis waar hij met zijn vrouw en kinderen woonde werd gebombardeerd, net als het centrum en de gehele wijk waarin hij woonde. Kort daarvoor had het onderwijscentrum nog als onderdak gediend voor ontheemden uit andere delen van Gaza. Al-Saadoni vluchtte met zijn gezin naar Rafah, waar ze met ruim veertig anderen in het huis van zijn schoonouders verbleven.

Driehonderd kinderen

Inmiddels is hij weer teruggekeerd naar Khan Younis, waar hij in het huis van zijn broer verblijft. De met bomen begroeide grond rondom het huis is tot school gemaakt. In de grotendeels verwoeste stad geeft hij samen met zes andere docenten les aan driehonderd kinderen tussen de zes en veertien, bijgestaan door drie psychologisch verzorgers.

Het lesgeven doet Al-Saadoni in Khan Younis met steun van de Hope Foundation in Den Haag, gericht op kunst en cultuur voor kinderen in conflictgebieden, waar hij als vertaler en projectcoördinator werkt. De leerlingen krijgen met name les in Engels, Arabisch en rekenen, maar ook psychologische hulp.

„De meeste kinderen hebben hun huis en dierbaren verloren. Soms zelfs hun hele familie. Kinderen zijn nog steeds in shock. We proberen hen uit de sfeer van de oorlog te halen, en in de sfeer van het leren en spelen te brengen”, vertelt Al-Saadoni telefonisch vanuit Khan Younis. Op de achtergrond klinken drones, en kinderstemmen.

Hij praat gepassioneerd over de school, en stuurt filmpjes van docenten die liedjes zingen met een grote groep kinderen, of hen leren tellen aan de hand van een spel met een knuffel in een doos. Door de ontheemding en het maandenlang niet kunnen werken verloor hij zichzelf, vertelt al-Saadoni. „Ik kon er helemaal niet tegen om niet te werken. Op het moment dat ik lesgeef, ben ik op een andere plek. Ik heb mezelf weer gevonden.”

Docent Karam al-Saadoni probeert de kinderen ,,uit de sfeer van oorlog te halen” door ze te laten leren en spelen.
Foto Bashar Talib