De eerste keer dat ik Navalny zag: bij een extreemrechtse demonstratie

Op 4 november 2007 stond ik temidden van enkele duizenden schreeuwende Russische patriotten in een Moskouse buitenwijk. Het was de Dag van de Nationale Eenheid en zij vierden die met hun ‘Russische Mars’. Alles wat zich in Rusland rechts en extreemrechts noemde, leek zich in de vrieskou tussen de mistroostige flatgebouwen te hebben verenigd. Neonazi’s en skinheads met swastikavlaggen, monarchisten, jodenhaters, oorlogsveteranen. Hun gezichten deden denken aan pitbullterriërs. Vreemdelingenhaat was wat hen verenigde. Vooral als het om arbeidsmigranten van de Kaukasus ging.

Een van de aanvoerders van de mars was een nieuwkomer: Aleksej Navalny. Temidden van de betogers viel hij op. Groot, blond, slank en sterk was hij, als een zakenman die zojuist van de sportschool kwam. Ook kon hij een grote bek opzetten.

Opmerkelijk was dat Navalny bij de links-liberale, buitenparlementaire partij Jabloko hoorde en zich inzette voor Moskovieten die protesteerden tegen illegale bouwprojecten die met corruptie tot stand waren gekomen.

Op grond van zijn deelname aan deze mars zou hij kort daarop uit Jabloko worden gezet. Zelf zat hij daar niet mee, want hij vond toch al dat die partij in haar verkiezingscampagne van dat jaar het migrantenvraagstuk niet aan de orde had gesteld. Hij richtte nu zijn eigen beweging op, Narod (Het Volk) genaamd, dat behalve aan nationalisten ook aan democraten onderdak bood.


Lees ook
Moderne martelaar Navalny bestreed het Kremlin te vuur en te zwaard

Aleksej Navalny, december 2018

Vuige taal

Ik probeerde Navalny tijdens die mars te interviewen. Tussen het gejuich van de meute door, legde hij zijn politiek in een paar korte zinnen uit, zonder me aan te kijken. Hij had alleen oog voor Russische journalisten, bij wie hij meer te winnen had. Het kwam erop neer dat het afgelopen moest zijn met die illegalen van de Kaukasus, dat er geen geld uit de staatskas meer naar dat gebied moest gaan en dat Rusland voor de Russen moest zijn.

Terwijl de neonazi’s massaal de Hitlergroet brachten en de monarchisten het tsaristische volkslied zongen of antisemitische slogans ten gehore brachten, moedigde Navalny zijn eigen aanhangers aan met vuige taal. Migranten waren „kakkerlakken”, riep hij herhaaldelijk.

En toch was hij anders dan degenen in wier rangen hij verkeerde. Dat bleek toen ik kort daarna de prominente journaliste Jevgenia Albats interviewde, die bezig was met het organiseren van politieke grassroots-bewegingen in Rusland. Zij vertelde dat ze Navalny had aangeraden om aan de Russische Mars deel te nemen, omdat hij alleen op die manier een achterban zou kunnen opbouwen.

In de zomer van 2008 viel Rusland buurland Georgië binnen. Kaukasushater Navalny steunde die invasie. Zijn nationalistische en racistische veren stonden die dagen rechtop. Ik vroeg een interview bij hem aan, maar ving bot.

Corruptieschandaal

Pas in 2010 zag ik hem weer. Op zijn blog had hij toen een enorm corruptieschandaal geopenbaard van een vriend van Poetin, die bij de aanleg van een oliepijplijn in Siberië vier miljard dollar achterover had gedrukt. Het was het begin van Navalny’s Anticorruptiefonds, dat het ene na het andere schandaal zou onthullen.

Ik volgde Navalny in het vervolg met plezier. Als we elkaar in Moskou tegenkwamen, deed hij steeds vriendelijker, alsof hij wist dat hij zijn zaak behalve bij Russische ook bij westerse journalisten onder de aandacht moest brengen.

Ook zorgde hij voor vermaak bij mijn Russische vrienden. Zij zagen hem als een eigentijdse Robin Hood, die het opnam tegen de corrupte Poetin-kliek. Maar behalve bewonderaars kende ik ook Russen die hem als een ‘project van het Kremlin’ zagen.


Lees ook
VN-mensenrechtenbureau wil grondig en transparant onderzoek naar dood Navalny

Desondanks was zijn ster rijzende. Dat bleek in december 2011, toen na afloop van de door forse fraude getekende parlementsverkiezingen met name in Moskou en Sint-Petersburg de bevolking massaal de straat op ging om te protesteren. Uit tienduizenden kelen klonk ‘Weg met Poetin’ en ‘Poetin is een dief’. En wie sprak de betogers toe? Aleksej Navalny. Ineens was hij een held geworden, die de andere oppositieleiders verdrong en vooral door de jongere generatie als een popster werd toegejuicht. Hij was een democraat geworden, vertelde hij me na afloop van dat protest.

Lijfwachten

Vanaf die dag werd hij omringd door lijfwachten, want ineens gold hij als een serieuze tegenstander van Poetin. Dat bleek ook tijdens het Ronde Tafel-overleg, dat de oppositiepartijen in die woelige dagen voerden. Ik zag hoe Navalny er het hoogste woord voerde, tot ergernis van de andere aanwezigen.

Maar net als zij kwam ook hij niet verder dan een ‘weg met Poetin’ als het om oplossingen ging. Bovendien leek hij niet tot compromissen bereid. En toch maakte hij met zijn machismo en daadkracht zoveel indruk op oppositie-coryfee Boris Nemtsov dat deze in de maanden hierna het leidersstokje aan Navalny doorgaf. Daarmee kreeg de oppositie een nieuw gezicht. Navalny zou Poetin in de komende jaren uitdagen op een manier zoals niemand dat eerder had gedurfd. Voor die bravoure heeft hij met zijn leven betaald.