
Een uitzondering op het beoogde vuurwerkverbod zou datzelfde verbod wel eens aan een langverwachte politieke meerderheid kunnen helpen. In een Kamerdebat schaarde GroenLinks-Kamerlid Jesse Klaver, die woensdag samen met de Partij voor de Dieren zijn initiatiefwet over een totaalverbod op de verkoop van consumentenvuurwerk verdedigde, zich voorzichtig achter een voorstel van ChristenUnie, SGP en CDA om „georganiseerde groepen burgers” toch vuurwerk te laten afsteken.
Het voorstel zou kunnen betekenen dat een Kamermeerderheid zich binnenkort achter een verbod op consumentenvuurwerk schaart, hoewel partijen als de VVD en NSC nog hun definitieve standpunt moeten bepalen. De VVD zou de doorslaggevende stem kunnen hebben, maar twijfelt al langer openlijk over steun aan een vuurwerkverbod. De liberale partij is tegen te veel overheidsbemoeienis, en wil vuurwerkhandelaren niet duperen. Maar de VVD vindt het aantal slachtoffers en geweld tegen politie en hulpverleners tijdens Oud en Nieuw ook onacceptabel.
Buurtverenigingen
In het voorstel van de christelijke partijen blijft de verkoop en het afsteken van consumentenvuurwerk verboden, maar kunnen groepen burgers van bijvoorbeeld een dorps- of buurtvereniging een uitzondering aanvragen bij de burgemeester. Zij zouden dan nog steeds „op een verantwoorde en veilige manier” vuurwerk kunnen afsteken „op een daartoe aangewezen plek”. Deze manier van vuurwerk afsteken zou een aanvulling of alternatief kunnen zijn voor gemeentelijke vuurwerkshows, die mogelijk niet overal kunnen of zullen worden georganiseerd.
Klaver zei woensdag dat hij en zijn collega Esther Ouwehand (Partij voor de Dieren) de uitzondering liever niet zouden zien. „Voor ons geldt: hoe minder uitzonderingen hoe beter, want dat maakt de handhaving makkelijker en overzichtelijker.” Toch willen Klaver en Ouwehand graag met de christelijke partijen over het voorstel in gesprek omdat ze „recht willen doen aan de gevoelens hier in de Kamer”. Klaver zei dat „de kern van de wet overeind moet blijven”, maar open te staan voor de uitzondering als deze „beheersbaar en handhaafbaar” is.
Klaver en Ouwehand verdedigen hun voorstel voor een totaalverbod op consumentenvuurwerk woensdag drie jaar nadat de Kamer er in eerste termijn vragen over had gesteld. In 2022 wilden veel partijen het effect van de coronajaren nog afwachten, toen er vanwege het virus al twee keer een verbod gold. Ook kwam er de afgelopen jaren al een verbod op verschillende typen knalvuurwerk, maar bleef de verkoop en het afsteken van siervuurwerk toegestaan.
Slachtoffers
De situatie is na al die jaren „niet beter geworden”, zei Klaver, die erop wees dat agenten en hulpverleners jaarlijks met vuurwerk worden aangevallen en dat ook legaal vuurwerk relatief veel slachtoffers maakt. Hij sprak de hoop uit dat het inzetten van vuurwerk als wapen tegen hulpverleners „links en rechts zou kunnen verbinden”. De praktijk van de afgelopen jaren, waar in sommige grote steden al een verbod gold maar de verkoop wél was toegestaan, werkt volgens Klaver niet. „Burgers hebben nu geen idee meer wat wel en niet mag.”
Partijen als de PVV en BBB bleven erop hameren dat een totaalverbod veel goedwillende burgers zou treffen en dat vooral illegaal vuurwerk voor problemen zorgt. Klaver erkende dat, maar zei dat voor de politie op straat duidelijkheid nodig is. „Als je goed wil handhaven op illegaal vuurwerk, is een totaalverbod nodig.” Klaver zei verder dat het verbod niet de oplossing voor alle problemen rond de jaarwisseling is, maar hopelijk wel „een fundament”.
Over een paar weken gaat de Kamer verder met de tweede termijn. Dan zal blijken of de uitzondering die de christelijke partijen willen bijvoorbeeld de VVD over de streep kan trekken en zo na jaren van felle politieke discussie een verbod op consumentenvuurwerk mogelijk maakt.
