Column | Wilders is bezig de nieuwe Pieter Omtzigt te worden

Blufte Geert Wilders toen hij maandag tegen het tuig van de richel zei dat zijn geduld op was? Dat zijn grens bereikt was? Of meende hij het maar half en was het vooral een doorzichtige poging om zijn ontevreden achterban gerust te stellen?

Als nietig speeltuigje van die richel wil ik hier graag een nieuwe interpretatie van Wilders’ manoeuvre aanbieden. Die komt hierop neer: Wilders weet zelf ook niet of hij wel of niet blufte. Hij verkeert in ernstige staat van verwarring. Vorige week las hij in De Telegraaf een kritisch bericht over een aanzwellende immigratiestroom naar Nederland: sinds april 2024 zijn er volgens het CBS 130.000 migranten bijgekomen. En dat nog wel, voegde De Telegraaf er bitter aan toe, „sinds start ‘strengste asielbeleid ooit”.

Sindsdien vraagt Wilders zich wanhopig af wat hem te doen staat. In de regeringscoalitie blijven of juist niet? In de peilingen is hij al tot onder GroenLinks/ PvdA beland en nu schrijft ook ‘zijn’ krant spottend over hem. In zijn politieke borst beginnen zich twee zielen opstandig te roeren.

De ene zegt: „Kap ermee, zo snel mogelijk. Hier valt niets meer te bereiken. Een partij als NSC zal altijd blijven zaniken.” De andere stelt daar tegenover: „Wat bereik je met stoppen? Je zult weer een politieke paria worden. Niemand, zelfs de VVD niet, zal ooit nog met jou een regering willen vormen. Je bent voorgoed je gezag kwijt, ook in het buitenland. Je zult dat missen! Hoe fijn vond je het niet om in het buitenland de grote jongen van de Nederlandse politiek uit te hangen? Eindelijk kon je je meten met Orbán, Meloni en Le Pen!”

Wilders kan zijn tweestrijd vooralsnog niet beslechten. Hij doet datgene wat hij zijn politieke vijand, Pieter Omtzigt, verweet: hij blijft aarzelen. Daarom dreigt hij fors, maar schrikt hij als iemand het dreigen noemt. Daarom valt hij het beleid van zijn eigen minister, Faber, aan zonder haar de schuld te geven. Hij zit in een spagaat en kan niet meer omhoog komen. Wat niemand had verwacht, voltrekt zich nu: Wilders is bezig de nieuwe Pieter Omtzigt te worden. De ene dag wil hij „eruit stappen”, de volgende dag bedenkt hij zich.

Toen een vasthoudende verslaggeefster van RTL4 hem op de persconferentie met zijn tweeslachtige gedrag ten opzichte van Faber confronteerde, reageerde hij betrapt en kapte hij haar volgende vragen af: „Als u mij niet laat uitpraten, antwoord ik niet.” Faber is zijn achilleshiel. Hij beseft dat het zijn zwakste minister is en dat ze zich steeds weer in de nesten zal werken, maar hij kan haar niet meer laten vallen zonder eigen gezichtsverlies.

Wat zal hij uiteindelijk doen? Ook al twijfelt hij hevig en weet hij het zelf nog niet, durf ik toch een voorspelling te wagen. Alles hangt af van nieuwe peilingen. Peilingen zijn de lust en last van zijn politieke leven. Een diepere val van de PVV zal hij Frans Timmermans niet gunnen. Hij weet dat de asielkwestie nog altijd belangrijk is voor de gemiddelde Nederlandse kiezer, zó belangrijk dat hij er ook nieuwe verkiezingen mee kan winnen. Liever de ongekroonde kampioen van de oppositie dan een stuurloze bijwagen in de regering – zo zal Geert Wilders in de Nederlandse politiek eindigen.