Column | Lubach en de westerse beschaving

Het was echt grappig wat Arjen Lubach laatst deed: hij toonde de tweet van minister Faber die een foto van zichzelf plaatste waar ze triomfantelijk onder had geschreven dat ze zojuist de Europese Commissie had verzocht om een uitzonderingspositie voor Nederland inzake asielbeleid, hoewel de Commissie daar niet over gaat. Daarna liet hij een foto van zichzelf zien: ‘hier bel ik met de Donald Duck om te zeggen dat het defensiebudget omhoog moet’.

Fijn, satire. En nuttig ook. En je relativeert het geheel weer een beetje.

Toch werd ik er niet vrolijk van, ik relativeerde eigenlijk niks en het nut leek me hooguit dat ik de grappen zou kunnen herhalen tegen anderen die er hetzelfde over denken. Dan kunnen wij gezellig in een klein hoekje gaan lachen.

Het is goed om te blijven lachen en spotten natuurlijk. Maar is dat dan alles?

Het tijdschrift Nexus bracht net een nieuw nummer uit onder het motto: ‘Draag de vlag!’ Die ‘vlag’ heeft alles te maken met waar Nexus altijd al voor stond: beschaving, geschiedenis, humanisme, redelijkheid. Het tijdschrift staat dit keer vol met korte essays van kunstenaars, filosofen, onderzoekers van uiteenlopende richtingen en herkomst, die zeggen wat voor vlag ze willen dragen of die een brief schrijven aan een denkbeeldige jongere vakgenoot.

Dat levert het een en ander aan gemopper op, zoals in het stuk van pianist David Dubal dat ik eerst voor satire aanzag, zij het veel minder leuke dan die van Lubach, zo driedubbeldik gaat hij tekeer tegen alles wat hij ‘rockmuziek’ noemt. Maar er worden ook verstandige dingen opgemerkt. Zoals door de vooraanstaande diplomaat Jean-Marie Géhenno, die begrijpt dat het merkwaardig is om de jeugd de les te lezen nu de wereld in deze toestand verkeert. Hij heeft het onder andere over de moeite die westerse samenlevingen hebben om te weten waar ze voor staan, nu ze geen ideologische vijand meer hebben.

Je gaat dan ook denken aan waar je zelf voor zou willen staan. Ik kan me makkelijk aansluiten bij waar Nexus voor staat, maar dat levert nogal grootse begrippen op: vrede, Europese samenwerking, ‘de toekomst van de westerse beschaving’, het belang van onderwijs en geschiedenis, ‘Bildung’, kunst. Hm, dan voel ik me toch wel een beetje als iemand in verkleedkleren, met die beruchte te grote broek aan.

Maar eigenlijk gaat Lubach ook over ‘de toekomst van de westerse beschaving’, en over het belang van onderwijs en onderzoek en kunst. Dat programma steekt het in een vrolijk giletje, en het houdt het gesprek concreet in plaats van abstract.

En wat je ook ziet, is dat Lubach en zijn redactie niet zozeer mopperen, maar werkelijk ergens in geloven.

Dat is denk ik waar het om draait. Echt in iets geloven, binnen dat hele veld van vrijheid, redelijkheid en menselijkheid enz. Echt van iets houden. David Dubal houdt hartstochtelijk van klassieke piano, dat is dan weer sympathiek. Zodra je enthousiasme voelt en toewijding, voel je ook weer moed en vitaliteit. Of iemand zich nu wijdt aan de zangkunst, de economie of aan de klassieken, maakt dan niet uit.

Echt niet? Het maakt natuurlijk wel uit, maar als er verschil van inzicht is weet je in elk geval dat je binnen dezelfde ruimte discussieert en uitgaat van hetzelfde. Dat je geen brieven stuurt naar instanties van wie je geen antwoord te verwachten hebt.

Dus ik kijk naar Lubach, lees Nexus, probeer van het een en ander te houden, ergens voor te staan, te zwaaien met mijn kleine vlaggetje, terwijl intussen de telefoon bij de Donald Duck roodgloeiend staat.