Column | De legende van de bebloede trui op een kilometer van de streep

Daar is de vod! De vod van de laatste kilometer. De opwinding stijgt, de massasprint wordt ingezet. Of de renners in de ontsnapping beginnen te pokeren, houden in, willen niet meer op kop rijden. Wie gaat er winnen?

Het is zo’n echte wielerterm, maar wat is dat eigenlijk, „de vod”? Goeie vraag, dacht ik, toen ik ‘m las. Ik zit zo diep in het wielrennen dat er veel zaken zijn waar ik me geen vragen meer bij stel. Maar wielrennen hangt zo aan elkaar van jargon, gebruiken, verhalen en gewoontes dat het abracadabra moet lijken als je er weinig van weet en eens naar een wedstrijd kijkt. Er wordt nauwelijks iets uitgelegd, en kennis wordt zo vanzelfsprekend geacht dat elke vraag dom lijkt.

Zo jammer, want wielrennen is en blijft de mooiste sport ter wereld, áls je tenminste snapt waar je naar kijkt.

Daarom geef ik met het grootste plezier antwoord op dit soort vragen. Dat doe ik al jaren, maar sinds kort in de podcast ‘Vlammen’, die ik met de Belgische Linde Merckpoel ben begonnen. De vod, vertelde ik Linde, dat is een rode driehoek van stof die boven de weg hangt en aanduidt dat de laatste kilometer is begonnen. Maar waar komt die vod eigenlijk vandaan? Wie heeft ’m bedacht, en waarom is-ie rood, vroeg Linde. Sommige dingen weet ik ook niet, en dan is het leuk om dat op te zoeken – want in het wielrennen heeft alles een verhaal.

Ik zocht naar „de rode vod”, en vond: de rode vod, of flamme rouge, dook voor het eerst op in de Tour de France van 1906. Die bestaat sinds 1903. En ik vertelde Linde: de eerste drie jaar dat de Tour gereden werd, eindigde de etappe vaak in een chaos. Renners wisten wel waar de finish ongeveer was, in een dorpje of in een stad, maar waar de streep precies lag: geen idee. Zonder tellertjes, die er toen nog niet waren, is dat ook onmogelijk te bepalen.

Na een zoveelste etappe met consternatie alom, geduw en getrek vlak voor de finish en opnieuw een grote valpartij, stond er één man op. Dat was Christophe Drapeau. Het bloed van de val drupte langs zijn benen, en doordrenkte zijn wielertrui. Hij trok zijn trui uit, nam zijn fiets, en reed terug tot het punt waar de laatste kilometer begon. Daar klom hij in een boom, en hing zijn bebloede trui erin, uit protest tegen de onduidelijkheid in de koers en als signaal naar de organisatie.

De volgende dagen hing er telkens een koerstrui in een boom of aan een paal op het punt waar de laatste kilometer begon, en de etappes eindigden veel beter georganiseerd, en met minder valpartijen. Ter ere van Christophe Drapeau en zijn bebloede trui werd een jaar later de rode vod geïntroduceerd in de Tour de France. Sindsdien is de rode driehoek nooit veranderd en nog altijd in elke koers te zien. Amai, wat een goed verhaal, zei Linde. Denk je dat het echt waar is, vroeg ik. Ze keek me met grote ogen aan: is het niet waar?!

Ik bleek toen ik ging zoeken op misschien wel het enige wielerfeit gestuit waar ik helemaal niks over kon vinden. Onbestaanbaar, toch? Misschien, zei ik, moeten we een goed verhaal geen geweld aandoen met de waarheid. Dus chapeau, Drapeau!