In het hoofdlijnenakkoord stond het nog zo duidelijk. Als Nederland de klimaatdoelen niet haalt, is „alternatief beleid” nodig. Maar in het begrotingsdebat woensdag bleek de coalitie van PVV, BBB, VVD en NSC verdeeld over de precieze noodzaak van extra klimaatmaatregelen, waartoe ook het Planbureau voor de Leefomgeving onlangs opriep. Een nieuwe crisis is aanstaande, voorspelde de oppositie.
De coalitiepartijen zitten allemaal op een ander spoor, bleek in het debat. De PVV gaat „zeker niet bij voorbaat akkoord” met aanvullende maatregelen. „Als je constateert dat het beleid vastloopt, niet haalbaar, draagbaar en uitvoerbaar is, dan is herbezinning nodig”, aldus Kamerlid Alexander Kops (PVV). „Moeten we dit wel doen? Zo nee, dan niet.” Ook de BBB wil zien of het huidige klimaatbeleid wel uitvoerbaar is en ambieert „een pas op de plaats”.
De VVD verkondigt juist een optimistische boodschap en zegt dat met bestaande, onuitgevoerde plannen „die op de plank liggen” al een heel eind te komen is, zoals regelgeving over het bijmengen van groen gas (uit groen restafval) in het gasnetwerk. NSC wil dat Nederland weer koerst op de klimaatdoelen zoals „in de periode-Jetten [klimaatminister tijdens Rutte IV]”.
Zo opperde Kamerlid Wytske Postma nog eens naar de krimp van Schiphol te kijken, een plan dat juist deze zomer door minister Barry Madlener (Infrastructuur en Waterstaat, PVV) is teruggedraaid.
Nu het moment voor extra maatregelen daar is, houden de regeringspartijen zich in het debat op de vlakte. Ze spraken elkaar niet aan op hun uiteenlopende visies en beperkten zich tot plannen over het wegnemen van „belemmeringen” in de energietransitie, zoals hoge elektriciteitsprijzen en problemen op het stroomnet.
Tot oplopende frustratie van de oppositie. Het onuitgevoerde beleid dat nog op de plank ligt, levert nauwelijks extra reductie op, wierp GroenLinks-PvdA tegen. Zonder geschrapte maatregelen te heroverwegen, zoals de warmtepompverplichting, komt er geen overtuigend aanvullend pakket aan maatregelen in het voorjaar, zeiden CDA en CU.
Een enkele keer liet de coalitie wat van hun denkrichtingen doorschemeren. Zo zei Kamerlid Silvio Erkens (VVD) dat zijn partij de geschrapte warmtepompverplichting tijdens de coalitieonderhandelingen „verloren” had. Zijn handtekening „staat eronder”, maar hij stond positief tegenover het stimuleren van een vrijwillige aanschaf van een warmtepomp. „De minister staat aan de lat om daar duidelijkheid te bieden.”
‘Minister aan zet’
Het is helder dat er weinig enthousiasme is bij BBB en PVV voor nog meer klimaatmaatregelen. De oppositie wijst erop dat deze partijen wel in woorden zeggen zich te willen houden aan de klimaatafspraken, maar concrete maatregelen om daar te komen, afhouden. Welke extra maatregelen de coalitie dan overwoog, vroeg de oppositie. Daar is de minister aan zet, antwoorden de partijen.
„U kunt niet van de PVV verwachten met klimaatmaatregelen te komen”, zei PVV-Kamerlid Kops daarover. „Het is aan de minister. We moeten daarover praten en over onderhandelen. De PVV kijkt per maatregel: gaan we dat doen of niet?” Die toon liet de BBB ook horen. „Een slecht voorstel wordt niet automatisch goed als het gedaan wordt door het kabinet”.
Wel erkende BBB-Kamerlid Henk Vermeer in het debat dat „bijsturing” nodig is om de klimaatdoelen dichterbij te halen. „We hebben nooit anders gezegd dan dat we ons conformeren aan de klimaatdoelen.” Tegelijkertijd wil hij plannen die volgens hem slecht uitpakken, zoals de moeizame uitrol van gemeentelijke warmtenetten, heroverwegen. „We moeten kijken wat echt werkt. Als we allerlei eisen op tafel gaan leggen in de verduurzaming, zoals publiek eigendom van warmtenetten, dan heb ik er een hard hoofd in dat we het gaan halen.”
Bouw windparken op zee
Dat „maximale koersen op gezond verstand”, waar Vermeer het over had, leidde bij groene partijen en christen-democraten weer tot irritatie. Op het landbouwdossier waar BBB-minister Femke Wiersma de scepter zwaait, is de stikstofcrisis nog verre van opgelost. „Wat gaat u tegen uw eigen bewindspersoon zeggen?”, vroeg D66. Toekomstperspectief voor de agrarische sector moest juist uit het geschrapte fonds van 25 miljard euro komen, zeiden CDA en CU.
„Er wordt volop ingezet op innovatie”, zei Vermeer daarover. „We laten de sector niet tegen de muur lopen.” Ook pleitte hij voor een „integrale aanpak” van klimaatplannen tussen de ministeries. „Het kan niet zo zijn dat als er iets vastloopt bij Infrastructuur en Waterstaat het klimaatbeleid niet doorgaat” – doelend op stikstofregels die een verduurzamingsafspraak bij industriebedrijf Dow Chemical verhinderden.
Tegelijkertijd wilde NSC-Kamerlid Postma dat de minister haast maakt met dit soort ‘maatwerkafspraken’ met de grootste industriële bedrijven (subsidie in ruil voor extra verduurzaming). „Het is heel belangrijk voor onze fractie dat we de klimaatdoelen voor 2030 halen.” Dus, zei Postma, moet het kabinet opschieten met de bouw van windparken op zee en moeten de afspraken met de industrie „dit jaar of uiterlijk volgend jaar” klaar zijn. Hoe haalbaar dat is moet blijken.
Toch is het exemplarisch voor contrasterende perspectieven op verduurzaming binnen deze coalitie. Sommige oppositiepartijen hadden, zeiden ze, „bijna medelijden” met de opdracht van klimaatminister Hermans die de komende maanden extra maatregelen moet vinden die zowel effectief zijn als politiek te dragen. Het lijkt al gauw het een of het ander.
Lees ook
Landbouwminister Wiersma steekt miljarden in innovatie om stikstof te verlagen