Column | Een groot kind

Die live uitgezonden persconferentie van Donald Trump na de NAVO-top: een fascinerender uurtje televisie heb ik zelden gezien. Alles wat hem berucht heeft gemaakt zat erin: zijn onbedaarlijke snoeverij, zijn haat tegen een deel van de pers (CNN en The New York Times), zijn wraakzucht (hier tegen Spanje), zijn onbetrouwbaarheid bij de evaluatie van gebeurtenissen (de effecten van de bombardementen in Iran).

De discussies na afloop op de Nederlandse tv spitsten zich vooral toe op de vraag: had Mark Rutte hem niet te veel stroop om de mond gesmeerd, was hij daarmee niet door „een morele ondergrens” gezakt? Mijn houding is opportunistischer: als je met vleierij een belangrijk en nuttig doel kunt bereiken, moet je het niet laten.

Ruttes critici vergeten bovendien dat je Trump als een groot kind moet beschouwen – en navenant behandelen. Hij wil gepamperd worden, hij moet in alles zijn zin krijgen en als dat niet snel genoeg gebeurt, begint hij te stampvoeten en te krijsen. Wie zelf zo’n groot kind gehad heeft – ik gelukkig niet – weet dat je het niet in alles zijn zin moet geven. Maar in het geval van Trump is grote voorzichtigheid geboden, want hij is toevallig het machtigste grote kind ter wereld.

Daarom nam Rutte zijn toevlucht tot de firma Slijm & Stroop. En zie: het werkte. Trump zei zelf op die persconferentie dat hij zich tijdens de vlucht naar Nederland eigenlijk „iets anders” had voorgenomen – wat precies bleef onduidelijk, zoals vaak bij hem – maar dat hij van gedachten veranderd was toen hij al die lieve hoofden van staatshoofden in Den Haag om zich heen had gezien. Ze wilden hun land beschermen, had hij gemerkt. En wie hadden ze daarbij nodig? Hém!

Nou ja, hij was de beroerdste niet, dus waarom zou hij die stumpers niet even helpen, als ze het maar zelf wilden betalen?

Intussen zou hij zelf wel even afrekenen met de klootzakjes die aan de zijlijn bleven zaniken. CNN, The New York Times en Spanje, dat niet wilde meewerken aan de 5 procent-norm: hij lustte ze rauw. Onnauwkeurige bombardementen? „Wie zegt dat? Een lek van de Inlichtingendienst? Het is een schande dat onze moedige piloten…. En Spanje? We hebben een handelsdeal met ze, we laten ze nu twee keer zoveel betalen.”

Wie ook zijn lesje heeft geleerd als ouder van dit grote kind is Zelensky. „Hij is aardig, aardiger dan ooit”, mompelde Trump. Ze hadden eens een vervelende ruzie gehad, maar nu was alles vergeven en vergeten. Zelensky had het moeilijk, hij wilde nu ook wel van die oorlog af, constateerde Trump. Hij zou het er nog eens met Poetin over hebben.

Toen brak het opmerkelijkste moment van de persconferentie aan. Myroslava Petsa, een reporter van de BBC, vroeg hem of hij Oekraïne bij de luchtverdediging meer kon helpen. Hij luisterde aandachtig en vroeg haar of haar man daar soldaat was. Dat bleek het geval. „Ik kan zien dat het u veel doet”, zei Trump. Hij zou nagaan of er nog Patriots beschikbaar waren, Amerika zelf en Israël hadden ze ook nodig.

Dit empathische kantje had ik niet eerder van Trump gezien. Rutte misschien wel? Het zou kunnen verklaren waarom hij al tien jaar bevriend met hem is.


Opinie | Bird ID App

De gebruikte Bird ID app is doorgaans gevoelig en accuraat. Totdat het voor ons huis aan een haven in de Dordtse historische binnenstad een ringnekfazant meent te horen. Niet echt de biotoop van deze vogel. Een Engelse logee denkt mee en suggereert, terwijl hij naar de talrijke luxe boten in de haven wijst: „There might be pheasant on the menu.”

Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]


Opinie | Toelage

Onze twee oudste zonen krijgen een maximale aanvullende beurs – het voordeel van het bescheiden gezamenlijk inkomen van hun ouders. Uit een gesprek met hun vrienden vang ik terloops op hoe deze toelage heet onder studenten: „Ja joh, ik ga wel rondkomen, want ik krijg naast die basisbeurs ook nog de ‘zielige ouders’-toeslag.”

Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]


Column | Lik omhoog!

Wij kunnen goed organiseren! Wat kunnen wij goed organiseren! Het goede deel van de wereld was hier twee dagen te gast en reken maar dat ze er nog over doorpraten. Over het diner, de faciliteiten, de enorme gastvrijheid, de vrolijke ambtenaren die de treintjes bestuurden, het weer misschien wel want dat was goed beschouwd ook heerlijk: niet te warm, maar ook zeker niet te koud of te nat.

Zelf waren we ook vol van ons. De gemiddelde NAVO-top gaat voorbij zonder extra uitzendingen, maar voor deze summit was zelfs voor Nieuwsuur een speciale arena gebouwd, waarin alle gasten, ondanks Jeroen Wollaars, prachtig binnen de lijntjes kleurden. Op een mini-snelwegdemonstratie van Extinction Rebellion op een snelweg en een terroristische aanslag op het spoorwegnet na, tenminste dat denkt minister van Buitenlandse zaken Caspar Veldkamp die automatisch overschakelt op het Engels als hij wat van belang zegt, gebeurde er niets onoorbaars.

Alles vlekkeloos, met een glansrol voor het koningshuis dat de echte baas van de NAVO, president Donald Trump van de USA, met meer dan gemiddelde passie vertroetelde in de eigen woning. Het was even wachten maar voorstanders van de monarchie hebben dan eindelijk een succes om naar te verwijzen: daarvoor werd het paleis Huis ten Bosch dus voor 63 miljoen belastinggeld verbouwd, zodat de koning die mocht beslissen over het interieur kan uitpakken als het moet. Het was het allemaal meer dan waard: president Trump vond het (quote) ‘een mooi huis’.

Als goed gastheer gingen we meteen aan de voeten van de machtigste partij liggen

Over de Nederlandse inbreng bij de besluitvorming ging het helemaal niet. Als goed gastheer gingen we meteen aan de voeten van de machtigste partij liggen. De vorige premier en de demissionaire legden zich neer bij de feiten. En wat een voorbeeld gaven zij aan alle anderen die zich klein voelen. Is iemand groter en machtiger? Zeg wat hij of zij wil horen. Lik omhoog! Mooier dan NAVO-baas Mark Rutte over Donald Trump kan niemand het zeggen: „U bent een man van kracht en vrede.”

Amen. Trots dat hij Nederlander is!

Wij zijn als mijn moeder die ooit een etentje organiseerde voor het schoolbestuur. De pingpongtafel in de schuur stond vol met schalen ‘koude schotel’. Op de avond zelf had ze weinig in te brengen. Ze schepte de borden vol, leegde de asbakken, serveerde koffie, maar ze kon nog maanden teren op het compliment van het schoolhoofd (een vrouw) die bij het weggaan zei dat ze geweldig had gezorgd.

De inwoners van Nederland – en hun verslaggevers! – zijn tijdens dit soort hoogtijdagen vooral druk met het grasduinen in de (sociale) media in de hoop dat in de andere landen iets over ons land en ons organisatietalent is gezegd. Welnu: het is niet onopgemerkt gebleven! Als het niet zo treurig was zou ik ervan gloeien.

Marcel van Roosmalen schrijft op maandag en donderdag een column.


Opinie | Kringloop

Ik koop een legpuzzel bij de kringloop, mooi maatje, 600 stukjes, oubollig plaatje, een haven met bootjes. Bij het openen herken ik duidelijk het handschrift. Ik lees H… in de doos. Mijn eigen achternaam: ‘Eén ontbrekend stukje, zie kruisje op de voorkant doos’. Voor 50 cent koop ik de puzzel van mijn moeder terug. Twaalf jaar geleden ruimden we het ouderlijk huis op.

Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]


Column | Trump als clown

Donald Trump krijgt de Nobelprijs voor de Vrede niet cadeau, dat is dinsdag wel duidelijk geworden. Op weg naar Nederland moet hij zich een soort maffiabaas hebben gevoeld die twee ondergeschikte maffiosi uit elkaar moest halen toen ze aan het moorden sloegen. Ze weten niet meer waar de fuck ze mee bezig zijn, tierde Trump.

Ik denk dat Iran en Israël dat wel degelijk fucking goed beseften, ze wilden alleen aftasten hoe lang ze nog konden doorgaan. Maar Trump laat zich de Nobelprijs niet meer ontgaan en dwong Netanyahu zijn vliegtuigen om te draaien.

Nu kan alleen Zelensky hem nog van die Nobelprijs afhouden door halsstarrig stand te houden tegen de Russen. Zal Trump hem ontmoeten in Den Haag? Ik vermoed dat Trump er weinig behoefte aan heeft, hij ziet Zelensky als een lastpost, iemand die een oorlog voert die hij nooit kan winnen, tenzij het Westen hem op grote schaal helpt. Zelensky moet weg, want Trump wil vriendjes blijven met Poetin.

Intussen krijgt Trump in eigen land zelfs steun vanuit een voor hem zeer verdachte hoek: The New York Times. Daarin schreef de opinie-columnist Bret Stephens al enkele dagen geleden dat Trumps beslissing om bombardementen uit te voeren boven Iran „moedig en juist” was. Trump verdiende volgens Stephens respect, „wat je ook verder van deze president en de rest van zijn politiek mag vinden”.

Hoe zal Stephens achteraf oordelen als het toch anders loopt: een steeds weer oplaaiende oorlog tussen Iran en Israël waarin Amerika zal worden meegezogen? In zijn slotalinea schrijft hij hoopvol: „En tegenstanders overal, inclusief in Moskou en Beijing, weten nu dat zij niet te maken hebben met een papieren tijger in het Witte Huis. Het zal de wereld veiliger maken.”

Wie had die laatste regel ooit in The New York Times verwacht? Trump niet, maar ik ook niet. En het moet gezegd: als Trump er ook nog in slaagt zonder al te gekke concessies Poetin uit Oekraïne te krijgen en Netanyahu uit Gaza, zullen mensen als ik (en hopelijk ook u) ons kritische oordeel over hem moeten herzien. Dan is hij toch de strenge heelmeester gebleken die stinkende wonden kon genezen.

Maar zover is het nog lang niet en in de tussentijd mogen we ons vrolijk maken over Trump als clown. In die hoedanigheid is hij nu al onovertrefbaar. Er is te weinig aandacht voor Trump als communicator. Hij weet als geen andere politicus zijn publiek via de media te bereiken. Hij doet dat door zichzelf te zijn: een hork.

Hij mijdt zoveel mogelijk plechtstatige persconferenties, maar doet zijn belangrijkste mededelingen plompverloren, als het ware tussen de schuifdeuren van zijn toevallige omgeving: bij het betreden van een vliegtuig, tijdens een wandelingetje op weg naar zijn witte huis. Hij praat dan op volstrekt informele toon over de ernstigste zaken. „Of ik bommen ga gooien? Ja, dat ga ik jullie hier niet aan je neus hangen. Niemand die het weet. Jullie zullen wel zien.”

Als Trump ooit een Derde Wereldoorlog moet afkondigen, zal hij dat doen met zijn bonte MAGA-petje op zijn kop en gezeten op een wc-bril, terwijl hij met één voet de wc-deur op een kier houdt voor het opdringende journalistieke tuig. En terwijl hij doortrekt , zal hij boven het lawaai van de spoeling uitschreeuwen: „Jesus Christ, this is the best shit ever produced by an American president!”


Bokkig en welbespraakt, in de Rosmalense zwartkast

Ook na de week waarin Rosm alen de grastennishoofdstad van Nederland is, zijn er vaste waarden, zoals De man in het zwartboek (en kast). Meer dan een kast, want op de zijkant zit een gedicht van Marino van Liempt, die ook de beheerder blijkt (en auteur van onder meer Man in het lichtzwart).

De zwartkast trekt de betere boeken aan: Zweig in het Duits, Conrad in het Engels, Claus in het Nederlands. En De Nederlandse maagd van Marente de Moor, de roman waarvan de bekroning met de AKO-literatuurprijs in 2011 als een verrassing gold, maar waarbij je je bij lezing nu al snel afvraagt waarom er ooit andere mogelijke winnaars naar voren werden geschoven. Aan het woord is Janna, een jonge schermster die in 1936 in de leer wordt gestuurd op het landgoed van Egon von Bötticher, een oude vriend van haar vader, bij Aken.

Daar kun je er allerlei historisch een politieke context bij voorstellen en die zit er ook allemaal in, maar in eerste instantie heb je al genoeg aan de zinnen van De Moor, die van zelfs de kleinste observatie een avontuur maken. Neem de ontmoeting met een groepje runderen: „Kwam je dichterbij, dan werkten ze zich overeind en hoorde je het klotsen en borrelen in die grote lijven, daar werkte de machinerie op volle toeren. Ze lieten zich niet aaien, maar wikkelden wel hun lenige tongen om je voeten en kwijlden er half verteerd gras overheen.”

Janna heeft een wat bokkige welbespraaktheid, die je bij de karakters van De Moor wel vaker tegenkomt. „De moeder moet ooit beeldschoon zijn geweest. Nu was ze niet meer zo zeker van haar zaak. Toch liet ze nog steeds haar wimpers trillen als ze een slokje wijn nam, hield ze haar hoofd als een porseleinen kleinood op haar dun bespannen hals.” Die moeder is de moeder van een identieke tweeling – beeldschone, puntgave jongens – die ook naar het landgoed is gebracht om schermles te krijgen. Dreiging: de dienstplicht die jonge Duitsers in 1936 boven het hoofd hing.

Meer dan door die twee mooie leeftijdsgenoten is Janna dadelijk gefascineerd door haar leraar. Het gezicht van Von Bötticher wordt gedomineerd door grote littekens: het gevolg van oorlog en sport. Hij is zo’n hoofdzakelijk op zichzelf betrokken man die diepe gronden lijkt te suggereren. Hij laat Janna tegen haar spiegelbeeld schermen (geen genoegen: „Ik was niet mijn smaak”, zegt ze) en gebruikt zijn huiskonijn om een brief van Janna’s vader open te knagen.

Tussen de twee oude vrienden blijkt veel te zijn voorgevallen. Janna’s vader is de arts die Von Böttichers verwondingen behandelde, waar die laatste zo zijn gedachten over heeft. Want moet beschadiging wel worden vermeden? „Pijn? Jouw vader wil daar niets van weten.” De tegenstelling tussen de arts en de schermer verbeeldt ook die tussen het ‘laffe’ Nederland dat niet meevocht in de Eerste Wereldoorlog en Duitsland. Kun je wel deelnemen aan het leven als je neutraal blijft, als je niet bereid bent beschadigd te raken?

Zo voert De Moor je met zekere hand van het kleine naar het grote. Ergens in het bos schopt Von Bötticher een paddenstoel om. „De tederheid waarmee hij de afgebroken hoed weer op de steel probeerde te leggen, bracht me van mijn apropos.” Later licht hij zijn daad nog toe: „Deze paddestoel heeft schade opgelopen, maar nu zijn tenminste zijn sporen verspreid.” In deze roman kan alles zich op een bospad voltrekken.

Wilt u het besproken exemplaar van De Nederlandse maagd hebben? Stuur dan een mail naar [email protected]; het boek wordt onder inzenders verloot, de winnaar krijgt bericht.


Opinie | Droneverbod

Op het NOS Radio 1 Journaal hoor ikeen vraaggesprek van Astrid Kersseboom met een luchtmachtofficier. Het gaat over een droneverbod in het Haagse luchtruim. Uiteraard vanwege de NAVO-top.

Zonder dat Astrid het doorheeft -vermoed ik- stelt zij de volgende vraag: „Wat hangt een drone-eigenaar eigenlijk boven het hoofd bij het negeren van dit verbod?”

Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]


Opinie | Vergeetachtig

De 94-jarige schoonmoeder van mijn tante woont nog zelfstandig maar raakt wat vergeetachtig. Ze belt mijn tante om te vertellen dat ze haar telefoon kwijt is. Wat mijn tante ook probeert uit te leggen, namelijk dat ze hem in haar hand houdt omdat ze aan het bellen is, helpt niet: ze kan hem echt niet vinden. Uiteindelijk fietst mijn tante naar haar toe. Binnengekomen zit schoonmoeder stralend te wachten: „Ik heb hem weer gevonden hoor! Nadat ik jou had gebeld zag ik hem op mijn tafeltje naast de stoel liggen!”

Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]


Column | Frans Timmermans, de straatjongen

Het leven van Frans Timmermans is een boek vol verrassingen. Elke keer als je denkt ‘nou we zijn er wel’ volgt op de volgende bladzijde weer een plotwending. Op het eerste congres van de nieuwe grote linkse partij in Nieuwegein onthulde hij, het was maar in een bijzin maar toch: „Ik ben voor een deel op straat opgegroeid.”

Weer een kraal aan de toch al prachtige ketting levensverhalen: kleinzoon van een koempel, Roda JC-supporter, AS Roma-supporter, zeven talen, misbruik, maagverkleining, nieuwe gymschoenen.

Ik wist al veel van de extreme armoede en de ellendige omstandigheden die zijn jeugd tekenden in het armzaligste deel van Limburg, waar je moeder pas bij grofvuil je onderbroek binnenstebuiten keerde, die dan pas weken later zou worden gewassen in de tobbe, als er zeep voorhanden was tenminste. Waar vaker niet dan wel alleen maar aardappels op het menu stonden, en waar de hele familie ondergronds werd afgebeuld in de Staatsmijnen. En nu kwam dit verhaal er ook nog bij.

Het zorgt ook voor een band: ik ben geboren in een flat aan het Cloekplein in Presikhaaf, Arnhem. Zoek dat maar eens op! Als mijn moeder, ze had al jong nog maar een handvol tanden, de hand had weten te leggen op een paar slavinken liep het kwijl bij de buren uit de mond. Je hoorde er niet alleen alles van elkaar, je rook ook alles.

Mijn ouders kwamen uit Brabant, daar was het ook heel arm, maar als mijn moeder nog geleefd zou hebben zou ze zeggen: „Het was bij ons niet zo erg als bij de Timmermansen.” Gelukkig heb ik er wel genoeg van meegekregen om Frans Timmermans tot op de laatste draad te begrijpen. Het verdraaien van de feiten, de werkelijkheid net iets mooier kleuren, daar heb ik ook een handje van, maar baas boven baas: ook daar is Frans Timmermans beter in. Zijn verhaal over de mondkapjes in de neerstortende MH17: petje af! Verder heeft hij iets van Diego Maradona en André Hazes: hij gaat schreeuwen en herhalen als hij echt wil zeggen, zoals zaterdag „Hou elkaar vast!”, zo ging dat vroeger bij volksfeestjes op straat ook. Zijn afkomst verklaarde ook de manier waarop ‘de oude PvdA-hap’ – Rob Oudkerk, Job Cohen, Gerdi Verbeet, Lodewijk Asscher en anderen – zaterdag werd kaltgestellt. ‘Wie niet voor me is, is tegen me’ en ‘de vriend van vandaag is de vijand van morgen’ zit er diep ingebakken en dat sentiment kan op elk moment draaien: dat zijn nu eenmaal de keiharde wetten van de straat.

Marcel van Roosmalen schrijft op maandag en donderdag een column.