STOER wil 150 bouwregels schrappen: ‘Elke regel heeft zijn eigen fanclub, natuurlijk komen die in het geweer’

De adviesgroep Schrappen Tegenstrijdige en Overbodige Eisen en Regelgeving, ofwel STOER. Voorzitter Friso de Zeeuw (73) was nooit heel gelukkig met de afkorting, maar staat wel volstrekt achter het doel: een poging om te snoeien in de vele bouw- en ontwikkelregels die woningbouw vertragen. Het hoogste doel: sneller, meer en goedkoper woningen bouwen.

De Zeeuw is emeritus hoogleraar Gebiedsontwikkeling aan de TU Delft en werkt al 45 jaar in de ruimtelijke ordening. Ooit begon hij als jurist bij een stedenbouwkundig bureau. Hij was wethouder in de toenmalige gemeente Monnickendam namens de PvdA en daarna gedeputeerde. Ook zat hij in de directie bij BPD, de grootste gebiedsontwikkelaar van Nederland. Zijn PvdA-lidmaatschap heeft De Zeeuw inmiddels verruild voor dat van de VVD.

Tegenstanders van uitbreidingslocaties noemde hij ‘stadskabouters’

In zijn vakgebied geldt De Zeeuw als man van controverse. Hij spreekt zich in columns al jaren uit als voorstander van grootschalig en ‘buitenstedelijk’ bouwen – en schuwt daarbij soms de persoonlijke aanval niet. Tegenstanders van uitbreidingslocaties noemde hij ‘stadskabouters’. Vastgoedrechtadvocaten zette hij weg als de ‘aanbestedingstaliban’. Ook hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans (‘Hogepriester van de Kantelkerk’) en vrijwel elke Rijksbouwmeester (‘geen verstand van de woningmarkt’) moest het de afgelopen decennia ontgelden.

Dat hij niet bang is om op tenen te staan, zal „misschien wel een beetje geholpen hebben” bij zijn aanstelling, grinnikt De Zeeuw. Zijn opdrachtgever, demissionair minister Mona Keijzer (Volkshuisvesting, BBB) vond in De Zeeuw een geestverwant. Zo werd onder haar de belangrijke beleidsvisie ‘water en bodem sturend’ al afgezwakt, die waterveiligheid en waterberging voorrang geeft boven de aanwijzing van bouwlocaties. Ook werd woningbouwers onder Keijzer toegestaan op kleine punten af te wijken van de strikte bouwregels. Een ander belangrijk voorstel dat Keijzer overneemt is het schrappen van de door bouwers en ontwikkelaars verfoeide Ladder voor Duurzame Verstedelijking, die gemeenten dwingt zo veel mogelijk binnen de bebouwde kom te bouwen.

De voorstellen in het STOER-adviesrapport gaan over een brede waaier aan onderwerpen. Van bouwtechnische eisen, woningbouw bij water en bedrijven, regels voor het verplaatsen van grond, parkeren, welstand, normen voor geur en geluid, tot hoe om te gaan met flora en fauna. De adviesgroep formuleerde pakweg 150 regels en voorschriften die geschrapt, vereenvoudigd of landelijk gelijkgetrokken kunnen worden.

Die zijn soms heel specifiek. Lagere plafondhoogtes in nieuwbouwwoningen bijvoorbeeld, of het loslaten van de verplichte ‘luie’ trappen die minder steil omhoog gaan en daardoor meer ruimte innemen. Soms ook heel pragmatisch, bijvoorbeeld bij het bouwen in de buurt van water (voeg ‘nee, tenzij’ en ‘ja mits’ in de besluitvorming samen tot ‘ja mits’).

Als je alles wat hierin staat overneemt, kun je de voorbereidende fase van grote bouwprojecten van zeven jaar terugbrengen naar drieënhalf

Hoewel ook veel critici van STOER de regeldruk graag zien afnemen, staan zij niet achter de aanpak van De Zeeuw en zijn adviesgroep. Onder meer gemeenten, waterschappen, architecten en de duurzaamheidslobby uitten kritiek. Door nu rücksichtslos te snoeien in regelgeving komen op langere termijn het duurzaamheidsbeleid, de bouwkwaliteit en de leefbaarheid van toekomstige woonwijken in gevaar, zo wordt gevreesd.

Gelijk naar de million dollar question: hoeveel sneller gebouwde woningen gaat STOER opleveren?

„Het gaat om de totale procestijd, van initiatief tot oplevering van de woning. Wij denken dat als je alles wat hierin staat overneemt, je de totale voorbereidende fase van grotere bouwprojecten van zeven jaar kunt terugbrengen naar drieënhalf. En dat bezwaar- en broepsprocedures met twee jaar kunnen worden ingekort. Dan heb je al heel veel tijd gewonnen. Al moeten mensen dit advies natuurlijk wel willen oppakken.”

Dat klinkt heel doortastend…

„En dat is ook nodig. Bij de VNG pleiten ze bijvoorbeeld al heel lang voor De Grote Vereenvoudiging – het terugbrengen van bureaucratie. Ja, oké. Maar als je daar niet heel pragmatisch mee begint, door dat op het niveau van individuele regels uit te werken, dan komt er natuurlijk niets van terecht. Dan ligt de ontsnappingsroute al klaar: men kan naar de ambities van zo’n groot idee verwijzen en gebeurt er ondertussen niets. En worden er in dit geval ook geen woningen gebouwd.”

… maar hoe voorkom je dat gemeenten en provincies niet alsnog extra eisen bovenop de bestaande regels gaan zetten?

„Daar moet je gewoon van zeggen: dat kan echt niet meer, dat gaan we niet doen. Dan kost een woning straks 20.000 tot 30.000 euro extra. En als daar toch discussie over ontstaat, dat heeft de minister ook gezegd, dan hakt zij de knoop wel door. Ze zit daar behoorlijk geharnast in – en dat is ook goed.”

Als lezer is uw rapport wel even slikken: het begint met twaalf kantjes aan regels die volgens u geschrapt, versoepeld of landelijk gelijkgetrokken kunnen worden. Is dit met opzet zo opgeschreven?

„Laat ik het zo zeggen: we hebben nog overwogen het eerste deel wat in te dikken, maar de stemming bij onze adviescommissie was rechttoe, rechtaan: het gaat juist om de opeenstapeling van al deze regels, dus we laten dit zo. Dat zie je ook in de titel. Geen leuk rijmpje dit keer, maar gewoon waar we voor staan: sneller, meer, goedkoper.”

Die regels die jullie willen schrappen. Die zijn er toch niet voor niets?

„Ik noem dat vaak het drama van de goede bedoelingen. Achter elke regel zit een motief, een beweegreden of een oorzaak. Dat kan duurzaamheid zijn, veiligheid of comfort. Maar dat wil niet zeggen dat je er nooit meer kritisch naar mag kijken.

„Nou, en dat doen wij. En daarbij ontkennen we al die belangen ook niet, we kijken alleen naar die regels en beschouwen die iets meer in het licht van bouwen en wonen. Of het soms een onsje minder kan. Voor mensen met een mooie woning is het makkelijk praten over het thema ‘gezondheid’ bij nieuwbouw. Maar de gezondheidsgevolgen van jonge mensen die zonder woning zitten, die er stress van hebben dat hun ontwikkeling en eventuele gezinsvorming worden uitgesteld omdat ze nog thuis wonen… dát wordt niet meegenomen.”

Critici, ook uit de bouw, stellen dat de échte woningbouwproblemen als netcongestie, grondprijzen en personeelstekorten niet worden opgelost met lagere plafonds of het wegnemen van ‘luie’ trappen. Hoe luistert u naar die kritiek?

„We lossen het stikstofprobleem niet met één grote maatregel op, nee, maar ik vind wel dat we een heel eind komen. Wij zeggen: als je die rekengrens van 1 mol [een plan van landbouwminister Wiersma] kunt invoeren en die juridisch houdbaar is, zou dat de bouw wel enorm helpen. Al moet je dan wel een stevige stikstofreductie in het vooruitzicht stellen.

Friso de Zeeuw: „We ontkennen al die belangen niet, we kijken alleen naar die regels en beschouwen die iets meer in het licht van bouwen en wonen. Of het soms een onsje minder kan.” Foto Olivier Middendorp

„Ook voor grondprijzen en netcongestie doen we voorstellen – al gaat het ons niet om alle losse maatregelen, maar om het totaalpakket. En om hoe mensen dit oppakken, want mensen zijn belangrijker dan regels. Het zou goed zijn als er een mentaliteitsverandering zou komen bij ambtenaren en adviesbureaus. Meer gevoel van urgentie bij woningbouw. Dat ze op vrijdag na vijf uur toch nog even de vergunningsaanvraag afhandelen, zeg maar.

„En de kritiek, tja. Die verschilde in toonhoogte, maar was conform verwachting. Elke regel heeft zijn eigen ambassadeur en zijn eigen fanclub, en natuurlijk komen die in het geweer bij een adviesrapport als dit. Het was denk ik ook niet echt een goed advies geweest als die kritiek niet had geklonken.”

Maar wat doet een lager plafond dan volgens u?

„Met andere versoepelingen scheelt dat 10.000 euro per woning, zonder btw. In dat pakket zit onder meer die steilere trap en die plafondhoogte, maar ook door minder lichtinval toe te laten om hittestress te verminderen. En die 10.000 euro is echt niet voor iedere woning en is ook niet van vandaag op morgen. Maar voor de bouw van sociale huurwoningen, waarbij elke euro telt, zijn dit toch hele serieuze bedragen.”

Dit is niet de eerste adviesgroep die het aantal regels moet laten afnemen. Hoe weet u zeker dat er dit keer wel iets met het advies gebeurt?

„Klopt. In de afgelopen twintig jaar heeft in ieder regeerakkoord wel de term ‘verminderen regeldruk’ gestaan. Het grote verschil is dat er nu ook de politieke wil is om daar echt wat aan te doen. Er zit nu een bewindsvrouw die er meer werk van maakt dan haar voorgangers, die er vooral woorden aan wijdden. Daarnaast is er een heel breed maatschappelijk besef van de woningnood. Die combinatie zorgt in mijn ogen wel voor een doorbraak.”

Je zou ook kunnen zeggen: door te focussen op regelvermindering worden er geen politieke keuzes meer gemaakt over écht grote zaken als stikstof, netcongestie en ruimtegebruik.

„Als je er zo naar kijkt, bied je de politiek al gelijk weer een ontsnappingsroute om dit advies niet op te volgen. Dan wordt het betere de vijand van het goede en gebeurt er weer helemaal niets. Dat er grotere politieke kwesties spelen, betekent niet dat je aan die regeldruk niet wat kan en moet wijzigen. Er blijven altijd grote politieke vragen, maar nu gaat het gewoon even hierom: verminder die regeldruk.”

Lees ook

Lees ook: Neststenen in nieuwbouw: vogels, bewoners én bouwers blij – maar woonminister Keijzer schrapt ze

In de zijgevel van een woning in  nieuwbouwwijk Parijsch in Culemborg zit een neststeen voor vleermuizen. Foto Walter Herfst


Mediatips: Lena Dunham achter de camera in comedyserie Too Much en hoe werkt het autocratisch denken?

Hoe denkt de autocraat?

Autocratische leiders zijn wereldwijd in opmars. In sneltreinvaart breken zij democratische instituties af, zetten de wereldorde op z’n kop en trekken zoveel mogelijk macht naar zich toe. Zij opereren vanuit hun eigen kaders, proberen hun macht te vergroten en de systemen die hen controleren en verantwoordelijk houden tegen te houden. In de vierde uitzending van Het filosofisch kwintet gaat Arnon Grunberg in gesprek met kenners van autocratische leiders. Hoe zijn zij gevormd tot de leiders die ze zijn? Is er zoiets als een psyche van de autocraat, die een flinke snuf narcisme of masochisme moet bevatten? En hoe weten zij zoveel macht naar zich toe trekken? Met de Duitse filosofe Bettina Stangneth, de Amerikaanse hoogleraar sociologie Philip Gorski en filosoof Hanno Sauer.

André Waardenburg

Romcom van Lena Dunham

Acht jaar na haar hitserie Girls keert Lena Dunham terug met een ‘semi-autobiografische’ romcom – maar ditmaal achter de camera, samen met haar man Luis Felber. Too Much volgt workaholic Jessica (Megan Stalter) die na een vrij catastrofale break-up van New York City verhuist naar Londen. Ze wil een tijdje single zijn, droomt van een pastorale Britse romance. Het loopt allemaal anders, van het kleine flatje waar ze in beland tot de verschijning van punkmuzikant Felix (Will Sharpe), die romantisch de roet in het eten gooit. Een sitcom vol extravagante personages, die iets vrolijker is dan het vorige werk van Dunham. Met ook onder andere Stephen Fry en Emily Ratajkowski, en, vooruit, ook een gastrolletje voor Lena Dunham zelf.

Agenten in horrorkantoor

De Finse gamemaker Remedy staat bekend om zijn bizarre, absurdistische horrorwerelden. Met het fantastisch ontluisterende Control (2019) introduceerden ze het Federaal Agentschap van Controle (FBC), dat huist in een enorm brutalistisch kantoorgebouw in het centrum van New York. FBC Firebreak is geen opvolger op Control, meer een zijstapje voor wie zijn games het liefst samen met anderen speelt. Het hoofdkwartier van de FBC wordt geteisterd door rare fenomenen, en de federaal agenten moeten dat met brandblusser of moersleutel in de hand oplossen. Schiet op vliegende monsters in bureaustoel, repareer kapotte panelen met een klap en schrob de machinerie schoon. Een wat warrige en chaotische game met potentie, die naar mate je speelt steeds leuker wordt.

Len Maessen

Vurig strijkkwartet

Op zondag 13 juli live vanuit het Concertgebouw in Amsterdam: het vision string quartet. De vier musici van het Berlijnse vision string quartet worden geroemd vanwege hun levendige, vurige en opwindende uitvoeringen. Het kwartet speelt alles uit het hoofd en besteedt veel aandacht aan de onconventionele podiumpresentatie. Op het programma staat zondagavond Langsamer Satz van Anton Webern, een vroeg werk waarin hij nog niet zo druk experimenteert maar wel al een rijke klankwereld tevoorschijn tovert. Daarnaast Strijkkwartet in F van Ravel, vol met fijnzinnige Franse melodieën en contrastrijke stemmingen, van dromerig en berustend tot uitbundig en energiek, en Strijkkwartet nr. 13 in G, op. 106, B 192, waarin Antonin Dvořák expressieve, opzwepende Boheemse volksdansen gebruikt.

Vincent Bijlo


Opinie | Het is tijd voor wat e-bikeschaamte

Een fiets is een tweewielig voertuig dat wordt aangedreven door spierkracht. Zo luidt de definitie. Dat betekent dat als je een eind wil fietsen, je voortdurend je spieren moet gebruiken. Haal je iemand in, dan moet je daar een extra beroep op doen. Heb je tegenwind dan vergt dat meer van je spieren. Wil je hard of harder fietsen, dan moeten ze flink aan de bak.

En bergop vraagt helemaal veel van ze. Dat leidt tot hijgen en puffen, verhoogde hartslag en zweten. Voordeel is dat je conditie met sprongen vooruitgaat. Daar kan je bij een volgende fietstocht alleen maar van profiteren. Ander voordeel: je kunt met je partner of vriendengroep met trots terugkijken op de dag; die 50 kilometer, dat hebben we samen toch even geflikt!

De e-bike, die steevast valselijk een fiets genoemd wordt, is niet afhankelijk van die spierkracht. Heb je tegenwind, wil je harder, ga je bergop, wordt besloten tot een langere rit; je zet je ‘fiets’ op turbo. Spieren in ruststand. Je kunt gewoonweg niet moe worden en je gaat nooit over een grens; ver voor dat moment schakel je op 100 procent accu.

Vijf miljoen Nederlanders hebben een e-(toer)bike. Het bezit hiervan is begrijpelijk als je bijvoorbeeld niet meer met de auto naar het werk wil, 25 kilometer verderop. En voor een 85-jarige die zich er 75 jaar doorheen heeft geslagen, door weer en wind, zonder versnelling, is zo’n e-tweewieler een uitkomst.

Maar op een zondag dat iedereen eropuit trekt, zie je juist andere mensen, met hele andere leeftijden. Zo stond ik op zo’n zondag ergens in Friesland samen met mijn vrouw te wachten op een pontje om een rivier over te steken. Van de twaalf tweewielers waren er tien zeer nieuw uitziende e-bikes. Wij vormden de minderheid. En wat denkt u, allemaal oude mensen die eigenlijk niet meer gewoon kunnen fietsen? Niks daarvan. Tien gezonde en vitale mannen en vrouwen met geld tussen de 40 en 65. Vrolijk en goedgemutst, geen schaamte te bekennen.

Bewegingsarmoede

Dat laatste is logisch. Maak je deel uit van een meerderheid dan schaam je je niet. Nee, je kon zien dat ze er aan het einde van de pontvaart weer zin in hadden hun bike in de turbo te zetten om de dijk op te ‘fietsen’. Deze mensen willen niet moe worden, maar wel juist heel veel meer kilometers ‘fietsen’. Om daarvoor eerst maar eens wat aan de conditie te doen, wordt gezien als een vervelende inspanning en een omweg die bovendien niet nodig is. Zo bezien is de turbogroei van e-bikes niet verrassend. Wat me juist weer wel verbaast is dat er zo weinig aandacht is voor het maken van al die accu’s, waarvoor zeldzame grondstoffen nodig zijn.

En vanuit het oogpunt van volksgezondheid valt er toch ook wat over te zeggen. Er is namelijk sprake van ‘bewegingsarmoede’, vastgesteld onder jongeren. Die neemt alleen maar toe als massaal van jongsaf aan gerijwield wordt met de nep-fiets.

We kennen het fenomeen vliegschaamte. Iemand die dit opgelopen heeft, vliegt niet meer, of mindert, en kiest voor bijvoorbeeld de trein. E-bikeschaamte zou eenzelfde effect kunnen sorteren. Deze schaamte zou geactiveerd kunnen worden door vanaf nu niet meer te spreken van een e-bike, maar van een elektrische bromfiets. Dat lijkt me niet iets om op een verjaardagsfeestje hardop te vertellen; „Ik fiets al een tijdje niet meer, ik rij op een elektrische bromfiets”. Mensen van boven de 40, gevoelig voor imago, die op het punt staan elektrisch te gaan, zouden er weleens vanaf kunnen gaan zien. „Elektrische bromfiets? Kom op zeg, waar zie je me voor aan! We gaan fietsen, echt fietsen!”


Tv-recensie | Genocide in Gaza? Talkshows brengen gezellige televisie!

‘Demonstreren tegen azc’s scoort goed bij de achterban!”, riep presentator Sam Hagens gisteravond enthousiast in zijn intropraatje. „Welkom bij Goedenavond Nederland!” Ze gingen praten over hoe slim en goed Wilders bezig is, door nu al campagne te gaan voeren. Bas Erlings was te gast, oud-campagnestrateeg van de VVD.

Peter van der Sluis, die al 26 jaar bij het COA werkt, vertelt in Achter de Poort, een programma van RTV Noord (deel van het bijzondere Noord-Zuid-Oost-West op NPO 2, een soort ‘best of’ de regionale omroepen), over een man op hoge leeftijd in Ter Apel. Deze man woont al sinds 2015 op de afdeling voor mensen die naar hun land moeten terugkeren. Van der Sluis vraagt zich af waarom Nederland hem niet gewoon een verblijfsstatus geeft. „Laat hem gewoon zijn ouwe dag hier in Nederland uitzitten. […] Je kunt heel erg star vasthouden aan dat mensen moeten terugkeren, maar in hoeverre wil je doorgaan? Mensen moeten niet 5-plus jaar in de opvang zitten, want dan ga je wennen aan een land, aan een omgeving.” Er worden kinderen geboren die opgroeien in Ter Apel, en toch naar het land van ‘herkomst’ worden gestuurd.

„Ik blijf hier”, zegt Lydia later op de tv-avond in de documentaire Mijn Noord, ook op NPO 2. „Dat heb ik altijd gezegd. Ik blijf tot ik in zes planken vertrek. Ik heb het zo naar m’n zin hiero, met de mensen. Dat kippehokkie, ik vind het perfect zo.” Fotograaf en documentairemaker Jaap van den Beukel ruilde zijn strakke nieuwbouwwoning in voor een arbeidershuisje in Tuindorp Nieuwendam, Amsterdam-Noord. Hij maakte een film over zijn nieuwe buurt, die in trek is bij jonge gezinnen, expats en yuppen.

Over de documentaire schrijft Human op de website: „Die transformatie, ook wel gentrificatie genoemd, gaat niet zonder slag of stoot, want de oorspronkelijke Noorderlingen zien de huren stijgen, de boodschappen duurder worden en hun onder-elkaar-gevoel bedreigd.” Haat en nijd, zou je denken, maar niets is minder waar. Mijn Noord is een ontroerende documentaire over gemeenschapszin en over thuis zijn. Met prachtige, verstilde shots, ingetogen muziek van Lilian Hak en ontwapenende interviews. Tillie woont al heel haar leven in Nieuwendam. „Vroeger was het allemaal wat gereserveerder. En dat is door deze jonge mensen wel anders geworden. Dat vind ik een pluspunt. Je voelt je ook minder oud. Want je telt nog een beetje mee. Ik vind het enig.” Als er polarisatie is, dan niet in Tuindorp Nieuwendam. Wat menselijk contact blijkt genoeg om te wennen aan een omgeving. Dan wil je niet meer terug.

Drie eisen

Bij Goedenavond Nederland (NPO 2) vertelde Bas Erlings dat mensen stemmen op een politiek leider als diegene aardig overkomt, bekwaam lijkt, en niet voor eigen gewin maar voor de kiezer in de politiek zit. Vervolgens gingen ze de huidige leiders langs die lat leggen, en kwamen tot de conclusie dat niemand aan alle drie de eisen voldoet. Verder ging het ook over relevante zaken als Irene Moors die fotografiewedstrijd Het Perfecte Plaatje won en de extreem antisemitische chatbot van Elon Musk. Het was er wel gezellig. Net als bij de andere talkshows. Roxy Dekker, de Tour, B&B. Natuurlijk niets mis mee.

Maar het Israëlische leger doodde gisteren ook vijftien mensen bij een medisch noodhulppunt in Gaza: negen jonge kinderen en vier vrouwen, die in de rij stonden bij een noodhulppunt van Project Hope, een toevluchtsoord voor kleine kinderen en zwangere vrouwen, en een zusterorganisatie van Unicef, de kinderrechtenorganisatie van de Verenigde Naties. Drie talkshows. Geen woord. Ook de dag ervoor niet, toen de Israëlische minister van defensie, Israel Katz, zijn plannen bekendmaakte om 600.000 Gazanen in een kamp te concentreren, gebouwd op de ruïnes van Rafah. Ik zou graag schrijven over wat er gebeurt op de Nederlandse televisie in Nederland. Gezellig. Maar als er de hele week bij al die talkshows geen woord besteed wordt aan de genocide in Gaza, is het ook belangrijk om op te merken wat er niet gebeurt op de Nederlandse televisie.


Honderd kilometer lopen om Srebrenica niet te vergeten

De val van Srebrenica is vandaag 30 jaar geleden. Correspondent Mark Middel liep mee in een herdenkingsmars door het getraumatiseerde gebied. Nabestaanden vertellen hem hoe belangrijk het is dat we spreken van genocide. En hoe pijnlijk het is dat het nu wéér gebeurt.

Heb je vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze redactie via [email protected].

Gast:
Mark Middel
Presentatie:
Bram Endedijk
Redactie:
Ruben Pest en Ilse Eshuis
Montage:
Marco Raaphorst
Eindredactie:
Tessa Colen
Coördinatie:
Belle Braakhekke
Productie:
Andrea Huntjens
Foto:
Bahrudin Bandic


Opinie | Adoptie

Een gesprek tussen een moeder en haar dochter van 7. Dochter: „Ga jij ons weggeven voor adoptie?” Moeder (verbaasd): „Nee.” Dochter: „Waarom niet?” Moeder: „Omdat we van jullie houden en omdat we het leuk vinden jullie op te voeden.” Dochter: „Maar waarom doen sommige moeders dit dan?” Moeder: „Geen moeder doet dit graag, maar ze doen dit meestal omdat ze geen geld hebben.” Dochter: „Mama, als jouw geld op is dan heb ik nog wel wat in mijn spaarpot.”

Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]


Trumps hogere importheffingen voor Brazilië moeten oud-president Bolsonaro helpen, maar kunnen een averechts effect hebben

50 procent. Dat was het importtarief dat de Amerikaanse president Donald Trump woensdag aankondigde op alle import uit Brazilië. Volgens hem is dat noodzakelijk vanwege de „oneerlijke handelsbalans”. Hij koppelde de hogere tarieven ook expliciet aan de volgens hem „onrechtvaardige behandeling” van ex-president Jair Bolsonaro, Kort na de mededeling van Trump kondigde de Braziliaanse president Lula da Silva tegenmaatregelen aan.

Bolsonaro, wel de Tropische Trump genoemd, staat in Brazilië terecht voor onder meer een poging tot het beramen van een staatgreep na de verkiezingsuitslag van 2022 die hij op het nippertje verloor van Lula da Silva. Ook zou Bolsonaro kennis hebben gehad van een moordaanslag op onder meer Lula en hooggerechtshofrechter Alexandre de Moraes die bij verschillende rechtszaken tegen Bolsonaro betrokken is. De ex-president kan een gevangenisstraf van tientallen jaren krijgen. Bij de presidentsverkiezingen van volgend jaar is hij uitgesloten van deelname.

Dat Trump de zaak tegen Bolsonaro nadrukkelijk noemt als een van de redenen voor het importtarief is door Lula sterk veroordeeld. Dit wordt gezien als „buitenlandse inmenging in een soeverein land”.

Bij veel Brazilianen heeft de aankondiging van Trump felle reacties uitgelokt, want bemoeienis met interne aangelegenheden ligt in dit land zeer gevoelig. „Historisch gezien heeft Brazilië weinig op met externe inmenging, dat kan worden gezien als koloniaal en een aanval op de onafhankelijkheid van Brazilië”, stelt hoogleraar Oliver Stuenkel van het instituut Getulio Vargas, een denktank in Brazilië, in de Braziliaanse media. Zelfs voor veel aanhangers van Bolsonaro gaan de dreigende heffingen van Trump, die op 1 augustus in zouden moeten gaan, te ver.

Volgens politiek analist Marco Carvalho Teixeira kan het besluit van Trump voordelig uitpakken voor Lula omdat het de nationalistische gevoelens in Brazilië versterkt. Normaliter is het de ultrarechtse aanhang van Bolsonaro die met nationalisme dweept. „Lula kan profiteren als het hem lukt de tegenheffingen neer te zetten als noodzaak om de eigenwaarde en onafhankelijkheid van Brazilië te behouden.”

Met zijn actie probeert Trump de verkiezingen van volgend jaar te beïnvloeden. Maar in Brazilië functioneert de scheiding der machten, zegt Carvalho Teixeira. Hij ziet een verschil met de VS waar de bestormers van het Amerikaanse Capitool op 6 januari 2021 van Trump amnestie kregen. Na een vergelijkbare gebeurtenis in de hoofdstad Brasilia waar aanhangers van Bolsonaro op 8 januari 2023 overheidsgebouwen vernielden en binnen vielen, kregen de bestormers juist zware gevangenisstraffen.

Onschuld

Bolsonaro zelf reageerde in eerste instantie behoedzaam. Op sociale media benadrukte hij zijn onschuld, en retweette hij Trumps bericht die schreef dat een heksenjacht op Bolsonaro gaande was.

Bolsonaro’s politieke bondgenoten deden donderdag verwoede pogingen de aangekondigde handelstarieven neer te zetten als de schuld van Lula en zijn linkse regering. Die hebben gefaald om de relatie met de Verenigde Staten goed te houden. Ook zou Lula het geopolitieke spel niet slim genoeg spelen.

Aanhangers van oud-president Bolsonaro bestormden in januari 2023 het gebouw van het Braziliaanse Congres. Foto Matheus Alves/DPA

Brazilië importeert uit de VS onder meer machines en medicijnen terwijl het producten als koffie, rundvlees en olie naar de VS exporteert. Hoewel er volgens Trump sprake is van een scheve handelsbalans in het nadeel van de VS blijkt uit cijfers dat de VS meer exporteert naar Brazilië dan ze importeren vanuit dat land.

Hoge importheffingen kunnen echter grote impact hebben op de toch al kwakkelende economie in Brazilië, die last heeft van hoge inflatie.

De zoon van Bolsonaro

Trumps aankondiging volgt enkele maanden na het vertrek van Eduardo Bolsonaro, zoon van de ex-president, naar de Verenigde Staten. Bolsonaro junior is Congreslid in Brazilië en wordt gezien als een potentiële opvolger van zijn vader. Hij leeft naar eigen zeggen „in ballingschap” in de VS. Eduardo Bolsonaro probeert bij ultrarechtse krachten in en rondom de regering-Trump steun te vinden voor zijn vader. Hij wil Trump ertoe aanzetten stappen te nemen tegen hooggerechtshof-rechter Alexandre de Moares.

„De brief van de president van de Verenigde Staten bevestigt alleen maar dat we erin geslaagd zijn om hetgeen wat we tot nu toe hebben gepresenteerd, met ernst en verantwoordelijkheid over te brengen”, aldus een reactie van Eduardo Bolsonaro in de media.


Verbeek tweede Nederlandse winnaar ooit van gemengd dubbelspel Wimbledon

Sem Verbeek heeft op Wimbledon de titel in het gemengd dubbelspel gewonnen. De 31-jarige Amsterdammer vierde het grootste succes in zijn tenniscarrière met de Tsjechische Katerina Siniakova aan zijn zijde. Het koppel versloeg op het centre court het Brits/Braziliaanse duo Joe Salisbury/Luisa Stefani in twee sets: 7-6 (3) 7-6 (3).

Verbeek is de tweede Nederlander die Wimbledon wint in het gemengd dubbel. De legendarische Betty Stöve ging hem voor. Stöve won zelfs twee keer, in 1978 en 1981, met de Zuid-Afrikaan Frew McMillan als partner.

Verbeek bereikte eerder dit jaar op de Australian Open de halve finales in het mannendubbel. Hij speelde daar samen met de Zweed André Göransson.

Elfde grandslamtitel

De 29-jarige Siniakova veroverde al haar elfde grandslamtitel. Ze bezat er al tien in het vrouwendubbel, met Verbeek greep ze haar eerste in het gemengd dubbel. De Tsjechische is tevens de olympisch kampioene in het gemengd dubbelspel. Ze veroverde het goud in Parijs samen met Tomas Machac.

De eerste set in de finale ging gelijk op. Beide koppels wonnen steeds hun opslagbeurt, waarna de tiebreak volgde. Die wonnen Verbeek en Siniakova met 7-3.

In de tweede set sloegen Verbeek en Siniakova toe met een break in de derde game. Stefani nam vervolgens een medische time-out voor een blessurebehandeling. De Braziliaanse kon verder, maar Verbeek en Siniakova liepen wel uit naar 4-2. Daarna draaide de wedstrijd ineens de kant op van Salisbury en Stefani, die drie games op rij wonnen en 5-4 voorkwamen. Het Nederlands-Tsjechische duo, met Siniakova als constante factor, sleepte er alsnog een tiebreak uit. Daarin richtte Verbeek zich op. De Amsterdammer serveerde bij 6-3 voor het eerste matchpoint, Siniakova maakte het af.

Lees ook

Laag door de knieën en roffelpasjes maken. Waarom het tennis op gras zo anders is dan op gravel

De Poolse Iga Świątek op Wimbledon in 2023. De bal stuit op het gras niet hoog op, dus spelers moeten flink door de knieën.


Als de manager van Douwe Bob Yesilgöz mailt met de vraag of ze haar tweet wil nuanceren, herhaalt ze haar beschuldigingen

Het is maandag 30 juni, een dag nadat zanger Douwe Bob zijn optreden op het Joodse voetbaltoernooi Jom Ha Voetbal in Amsterdam heeft afgezegd omdat daar „zionistische posters en pamfletten” aanwezig waren. Zijn impulsieve besluit groeit uit tot een nationale rel nadat De Telegraaf-journalist Wierd Duk een video op X plaatst van de toespraak die Douwe Bob houdt voor zijn abrupte vertrek („‘Schande’ dekt de lading niet voor dit wanstaltige gedrag”, is Duks commentaar), en VVD-leider Dilan Yesilgöz daarop reageert met een felle tweet waarin ze de zanger beschuldigt van „Jodenhaat”.

Ewout Key Rameijer, manager van Douwe Bob, probeert die maandag de crisis te bezweren. Sinds de tweets van Duk en Yesilgöz wordt de zanger overspoeld door haatdragende berichten en dreigementen. Een deel daarvan is zo ernstig, zoals van een groep die zichzelf de ‘Amsterdam Defence Force’ (ADF) noemt en zegt te waken over de „cultuur van Mokum”, dat er volgens Rameijer sprake is van een dringende noodsituatie. In berichten op Instagram dreigen mensen, onder wie de voorman van het ADF, Douwe Bob thuis te komen opzoeken: „Halve k**k*r Amsterdam wil je hoofd op een stoeptegel”.

Hoewel Yesşilgöz stelling wilde nemen tegen antisemitisme, had haar tweet grimmige gevolgen, zo blijkt uit een reconstructie op basis van gesprekken met betrokkenen. Niet alleen Douwe Bob werd bedreigd, maar ook Jom Ha Voetbal en sommige Joodse organisaties die aanwezig waren op het toernooi. Zowel Jom Ha Voetbal als het management van Douwe Bob wilde niet reageren.

Op televisie, sociale media en in de kranten ging het al snel niet meer over Jom Ha Voetbal en het besluit van Douwe Bob, maar over toenemend antisemitisme, het zelfbeschikkingsrecht van Israël, en de verwoestende oorlog in Gaza.

Ik loop weg omdat zij zich niet aan de afspraak houden. En nu zit ik hier, om iedereen ervan te overtuigen dat ik geen antisemiet ben

Douwe Bob
bij Renze op Zondag

De mediadynamiek volgde een bekend patroon: veel Joden zijn bang om zich te mengen in het publieke debat, maar merken ook dat er voor hun zorgen nauwelijks plaats is omdat het debat vrijwel altijd draait om politieke of polariserende thema’s.

Het etiket ‘Jodenhater’

Zondag, vrijwel meteen nadat Douwe Bob zijn optreden had afgezegd, werd Rameijer gebeld door de redactie van de talkshow Renze op Zondag, die de tweets van Duk en Yesilgöz heeft gezien. De redactie wil Douwe Bob in de uitzending om hem te laten reageren op de opschudding. Volgens een woordvoerder van RTL kiest de redactie er bewust voor de organisatie van Jom Ha Voetbal niet uit te nodigen voor een debat „omdat het gesprek over de gebeurtenissen snel polariserend werd”. Rameijer aarzelt of het een goed idee is om op de uitnodiging in te gaan. Maar Douwe Bob is zo gestoken door het etiket ‘Jodenhater’ dat hij het noodzakelijk vindt om zijn kant van het verhaal te vertellen.

De zanger legt geëmotioneerd uit waarom hij heeft besloten om zijn optreden op het laatste moment af te zeggen. Volgens hem was er met de organisatie afgesproken dat er „geen religieuze of politieke uitingen” zouden zijn op het evenement. „Het is schandalig dat een kinderfeestje wordt gehijackt door politieke organisaties”, zegt hij. „Ik loop weg omdat zij zich niet aan de afspraak houden. En nu zit ik hier, om iedereen ervan te overtuigen dat ik geen antisemiet ben.”

Lees ook

De diepe wortels van het antisemitisme

Verdrijving van de joden door Ferdinand en Isabella, koning en koningin van Spanje, 1492 Beeld Getty Images

Om dat laatste te benadrukken zegt de zanger dat hij vorig jaar nog heeft opgetreden tijdens de opening van het nieuwe Holocaustmuseum in Amsterdam. „Normaal gesproken denk ik: dit waait wel over. Maar als ik dan door de leider van de VVD voor Jodenhater word uitgemaakt. Dat is gewoon supergevaarlijk, man. Ik word met de dood bedreigd.”

Een familie-evenement

Jom Ha Voetbal is een jaarlijks voetbaltoernooi voor Joden uit alle hoeken van de Nederlandse samenleving, dat sinds 1980 wordt georganiseerd. Oprichters David Kleerekoper en Osi Lilian kwamen zelf uit verschillende geloofsrichtingen: de één was liberaal-Joods, de ander orthodox. Ook dit jaar deden uiteenlopende Joodse groepen mee: van queer-vereniging J-Pride en het orthodoxe Cheider tot de liberale LJG en Haboniem, een socialistisch-zionistische jongerenbeweging. Het doel van het toernooi is verbinding – door simpelweg samen te voetballen.

Dat was ook wat Jom Ha Voetbal aan de boekers van Douwe Bob had meegegeven: dit is een familie-evenement waar iedereen welkom is. De organisatie koos juist voor hem omdat hij eerder had opgetreden op Joodse evenementen. In het boekingscontract stond niets over politieke of religieuze uitingen op het evenement, zeggen beide partijen. De manager van Douwe Bob houdt evenwel vol dat Jom Ha Voetbal vooraf wel mondelinge toezeggingen hierover heeft gedaan – wat de organisatie ontkent.

Voor de Joodse gemeenschap is het gebruikelijk dat er op het voetbaltoernooi zionistische organisaties aanwezig zijn die hun solidariteit betuigen met Israël of een meer politieke boodschap hebben. „Veel Nederlandse Joden zijn gehecht aan een veilige Joodse thuishaven en voelen een persoonlijke band met Israël – via familie, vrienden of geschiedenis”, zegt Jacco, bestuurslid van de liberaal-zionistische jeugdorganisatie Netzer Nederland, die vanwege de gevoeligheid niet met zijn achternaam in de krant wil.

Lees ook

Hoe ‘zionisme’ van een ideaal een scheldwoord werd

Een demonstratie in april in Amsterdam  georganiseerd door Time To Stand Up For Israel tegen wat de   organisatie de toename van antisemitisme, anti-Israël retoriek en academische boycots binnen Nederlandse instellingen en het publieke debat noemt. Foto Joris van Gennip/ANP

Voor buitenstaanders is het minder vanzelfsprekend dat pro-Israëlische organisaties een kraam hebben op zo’n evenement, zeker sinds de Gaza-oorlog. Ook in de muziekwereld ligt steun voor Israël erg gevoelig. Zo annuleren enkele Nederlandse artiesten eerder deze zomer hun optreden op Zwarte Cross omdat het Achterhoekse festival eigendom is van een Amerikaanse durfinvesteerder die geld steekt in Israëlische nederzettingen en wapenfabrikanten. Op het Britse popfestival Glastonbury zijn hetzelfde weekeinde als Jom Ha Voetbal felle protesten van artiesten tegen de oorlog in Gaza.

Een gebrek aan kennis

Twee uur voor het optreden arriveren gitarist Stijn van Dalen en enkele crewleden van Douwe Bob op het terrein van Jom Ha Voetbal voor de soundcheck. Van Dalen heeft de woorden ‘Jom Ha’ gezien – Hebreeuws voor ‘dag van’ – en concludeert ten onrechte dat het toernooi draait om Jom Ha Atsma’oet, de Israëlische onafhankelijkheidsdag.

De organisatie probeert hem gerust te stellen door te zeggen dat het toernooi apolitiek is, maar hij blijft twijfelen. Zijn aandacht richt zich vooral op kraampjes van Joodse organisaties als Chabad, Netzer, BBYO, en StandWithUs. Hoewel alleen StandWithUs zich bezighoudt met politieke pleitbezorging, valt met name de banner van Netzer op: „Liberaal-Joodse & zionistische jongerenvereniging voor jongeren van 12 tot 18 jaar!” Jom Ha Voetbal ontvangt even later een foto van deze banner via WhatsApp.

Douwe Bob is dan nog niet op het terrein. Hij twijfelt of hij wil komen, want hij heeft moeite met „het zionistische”. Om 11:59 uur stuurt de organisatie een appje aan manager Rameijer: „Iedereen is welkom, geen politiek, geen religie, familie-evenement. Als hij het ziet, snapt hij het.” Bij Renze op Zondag zal Douwe Bob later naar dit bericht verwijzen. Zijn manager houdt vol dat het evenement door de organisatie is gepresenteerd als „voetbal, familie en Joods”.

Als Douwe Bob een kwartier later arriveert, krijgt hij een rondleiding. en vraagt hij Netzer om hun kraampje te verwijderen. Maar nog voor er een gesprek ontstaat, komt Jom Ha Voetbal tussenbeide. Daarna ziet hij de rest van het terrein en raakt hij overtuigd van het familiaire karakter. „Kom, we gaan spelen man,” zegt hij tegen de organisatie.

Ondertussen zoekt Van Dalen online naar de namen van sponsoren van het toernooi en stuit op organisaties die hem niet bevallen. Uiteindelijk besluiten Douwe Bob en Van Dalen het optreden toch af te zeggen. Omdat alles al klaar staat, stapt Douwe Bob zelf het podium op om zijn besluit toe te lichten: hij wil niet spelen „omdat hij tegen het zionisme is”.

Zionistisch

De Joodse organisaties die op Jom Ha Voetbal aanwezig zijn, worden zo ook onderwerp van discussie: zijn ze zionistisch? Voor critici is de term synoniem geworden voor de voortdurende Israëlische kolonisatie en annexatie van Palestijns land. Maar de Joodse organisaties bestaan volledig uit vrijwilligers zonder mediatraining, en hebben geen publieke rol voor ogen. „Joodse organisaties zoals Jom Ha Voetbal en Netzer Nederland zijn niet mediagericht of politiek van aard”, zegt Jacco van Netzer. „Daarbij kan ik ook niet namens ‘de Joodse gemeenschap’ spreken.”

De boosheid over de oorlog in Gaza is begrijpelijk, zegt hij. „Maar dat is niet waar het zionisme van Netzer op gebaseerd is.” Tegelijkertijd zijn er in Nederland ook Joodse organisaties die het zionisme niet omarmen. Een Ander Joods Geluid bijvoorbeeld ziet de Joodse kolonisten op de bezette Westelijke Jordaanoever als het fascistoïde gezicht van het zionisme.

Het gaat om een artiest die een domme opmerking maakte, wegliep van het podium

Itay Garmy
Joods gemeenteraadslid (Volt, Amsterdam)

Komen om te voetballen

Ondertussen blijft het zondag op het toernooi opvallend rustig. De jongeren komen om te voetballen, niet voor Douwe Bob. „Er werd wel over gesproken, maar het is niet zo dat Jom Ha Voetbal werd stilgezet of dat mensen in rep en roer waren,” zegt Garmy. „Mensen gingen gewoon door met voetballen.”

Maar dat wordt anders na de tweets van Dilan Yesilgöz en Wierd Duk, en de uitzending van Renze op Zondag. Na de uitzending voelt Jom Ha Voetbal zich genoodzaakt een verklaring te publiceren omdat de organisatie zich niet herkent in het relaas van Douwe Bob. De geest is uit de fles. Vanwege de bedreigingen wijkt Douwe Bob kort uit naar het buitenland.

De zanger overweegt een aanklacht tegen Yesilgöz in te dienen wegens smaad en laster. Maar dat praat Rameijer hem uit zijn hoofd. Het is volgens hem een beter idee om persoonlijk contact op te nemen met de VVD-leider. Hij vindt haar e-mailadres op de website van de Tweede Kamer. In een mail vraagt Rameijer Yesilgöz of ze haar tweet zou kunnen nuanceren of verwijderen omdat die heeft geleid tot doodsbedreigingen. Er is volgens hem sprake van acuut gevaar.

Tot Rameijers verbazing reageert Yesilgöz vrij snel. Ze schrijft dat ze niet bereid is om haar aantijging te nuanceren of te verwijderen, en gaat niet in op zijn verzoek om te de-escaleren. In plaats daarvan plaatst ze een nieuwe tweet waarin ze de bedreigingen weliswaar „ontoelaatbaar” noemt, maar haar kritiek op de zanger herhaalt en hem – impliciet – opnieuw in verband brengt met antisemitisme.

Volgens Garmy voelen veel Joden zich niet vertegenwoordigd door de felheid waarmee links en rechts reageren – vaak, zegt hij, uit politiek gewin. Hij had het waardevol gevonden als het besluit van Douwe Bob aanleiding was geweest voor een constructief gesprek met pro-Palestijnse mensen over wat zionisme betekent, en welke gevoelens die term oproept. „Maar dat kwam er niet.”

Lees ook

Antisemitisme is een begrip waarover al twee eeuwen geruzied wordt

Protest tegen Israël bij de Universiteit van Amsterdam, afgelopen mei. Volgens een veel gehanteerde definitie wordt sommige kritiek op het land ook onder antisemitisme geschaard.


Militaire historici over Srebrenica: ‘Nederland was niet laf, maar terughoudend’

Een groot gevoel van machteloosheid. Een zucht naar rehabilitatie. En een verlangen om een uiterst pijnlijke periode af te kunnen sluiten

Als er drie soorten emoties zijn die dertig jaar ‘Srebrenica-debat’ kenmerken, dan zijn het die wel, schreven Arthur ten Cate, Dion Landstra en Jaus Müller maandag in een artikel voor het vakblad Militaire Spectator. Als het aan de drie militaire historici ligt, komt daar voor de officieren die ze opleiden bij defensie, een ander begrip bij: verantwoordelijkheid nemen, zeker in de wereld van nu.

De genocide op 8.400 moslimmannen in Srebrenica, nu dertig jaar geleden, was grotendeels de schuld van de anderen, luidde lange tijd de boodschap. In wisselende gedaanten kwam die terug in het vuistdikke rapport van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie in 2002, in de reactie daarop van het kabinet-Kok én in interviews met Srebrenica-veteranen zelf.

Het waren allereerst de Serviërs zelf die onder leiding van Ratko Mladic duizenden moslimmannen afslachtten. Maar het mandaat waarmee de Verenigde Naties Dutchbat III op pad had gestuurd om zulke slachtpartijen te voorkomen, was ‘beperkt’, ‘vaag’ en ‘niet realistisch’ aldus NIOD en kabinet. Beloofde luchtsteun van bondgenoten voor het benarde Dutchbat bleef uit, aldus toenmalig Defensieminister Joris Voorhoeve. „De VN heeft ons bedrogen, Dutchbat is bedrogen en uiteindelijk ik ook”, zei dezelfde Voorhoeve nog in 2020.

Dutchbatters zelf voelden zich ook nog eens in de steek gelaten door het kabinet, inclusief minister Voorhoeve; hulp voor hen kwam na terugkeer pas laat op gang. Het laatste kabinet-Rutte erkende dat. Tijdens een ‘Dag van erkenning en waardering’ voor de veteranen, juli 2022, bood het daarvoor excuses aan.

Gemengde gevoelens

De drie historici, ze doceren aan het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) en aan de Rijksuniversiteit Groningen, volgden een en ander met begrip, maar steeds vaker ook met gemengde gevoelens. Het aftreden van het kabinet-Kok in 2002, vlak voor de verkiezingen, functioneerde in hun ogen vooral als zoenoffer dat een pijnlijke periode moest afsluiten. „Maar dat kon natuurlijk helemaal niet”, zegt Jaus Müller. „De laatste decennia kwamen er allemaal documenten vrij – ministerraadsstukken, internationale studies – die juist een ander beeld gaven dan wat wij gewend waren.”

„Kijk, hier heb ik het”, zegt luitenant-kolonel dr. Dion Landstra. Hij pakt zijn laptop erbij in het Haags café waar NRC de drie historici spreekt en begint voor te lezen. „In stukken die de laatste jaren vrijgekomen zijn, zie je premier Kok pogingen doen om regie te houden. In de ministerraad zegt hij dat hij zijn contacten met de fracties zal gebruiken om de zaak te ‘dempen’.”

Wat ‘gedempt’ moest worden, aldus de drie historici, was een ongemakkelijke waarheid die in de officiële beeldvorming weinig ruimte kreeg. De Verenigde Naties hadden Nederland juist wél genoeg ruimte gegeven om gewapend weerstand te bieden, mocht dat nodig zijn. Defensie had veel meer kunnen – en moeten doen – om de Dutchbatters goed uit te rusten met bijvoorbeeld zwaarder materieel.

Dr. luitenant-kolonel Dion Landstra, docent militaire geschiedenis (NIMH).

Foto Maikel Samuels

Jaus Müller, docent militaire geschiedenis bij het NIMH.

Foto privéarchief

Prof. dr. Arthur ten Cate, bijzonder hoogleraar Militaire Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Foto privéarchief

Prof. dr. Arthur ten Cate, bijzonder hoogleraar militaire geschiedenis in Groningen, citeert VN-resolutie 836 van juni 1993 nog maar eens: „De Veiligheidsraad geeft Unprofor de bevoegdheid om noodzakelijke maatregelen te nemen, inclusief het gebruik van geweld in reactie op bombardementen van veilige gebieden.” En wat had Voorhoeve een paar maanden na de val van Srebrenica, oktober 1995, in de ministerraad gezegd tegen zijn collega’s? De vraag of de VN én Dutchbat meer hadden kunnen doen, beantwoordde hij daar „bevestigend”. De uitspraak werd openbaar na de opheffing van de geheimhouding van deze ministerraadsnotulen in 2020.

Tanks

Buitenlandse studies bevestigen het beeld van een natie „die wel de ruimte kréég voor het gebruik van geweld, maar die ruimte niet nám”, aldus Ten Cate. Hij verwijst naar een stuk uit 2017 van een Britse denktank. Het behandelt de verrichtingen van ‘Nordbat II’, de VN-eenheid van Noorse, Zweedse en Deense strijdkrachten in 1993 en 1994. Ze opereerden in hetzelfde gebied met dezelfde VN-instructies. De Zweedse kolonel Ulf Henricsson vroeg voor vertrek naar Bosnië, eind 1993, zijn manschappen hun testament te schrijven; hij hield er ernstig rekening mee dat de bescherming van de burgers in Bosnië doden in eigen gelederen zou opleveren. Ook eiste Henricsson van zijn land een „goed bewapende en goed beschermde eenheid”. Hiermee redden de Scandinaviërs even later enkele moslim-verpleegkundigen uit een ziekenhuis dat werd belaagd door Kroatische milities.

Vergelijkingen als deze roepen de vraag op of Dutchbat III en hun superieuren niet domweg ‘laf’ waren, zoals veel nabestaanden in Srebrenica al snel stelden. NRC sprak in hoofdcommentaren over ‘passiviteit’ en ‘angsthazerij’. Ondanks hun verwijzing naar voorbeelden als Nordbat, wijzen Ten Cate, Landstra en Müller moreel geladen termen als laf van de hand. „We willen als historici analyseren in plaats van te moraliseren”, zegt Müller. Bovendien, vult Ten Cate aan: „Er waren juist ook diverse momenten van dapperheid bij Dutchbat, bijvoorbeeld met het innemen van zogeheten ‘blocking positions’ tussen naderende Servische troepen en burgers die ze moesten beschermen. Dat was niet laf. Eén militair kreeg zelfs een dapperheidsonderscheiding.”

Landstra spreekt liever van terughoudendheid. „Nederland – niet alleen militairen, ook de politieke top – was terughoudend bij het gebruiken van geweld”, zegt hij terwijl zijn twee medehistorici instemmend knikken. Als oorzaken hiervoor noemt Müller „onervarenheid met vredesmissies, maar ook maatschappelijke druk, ook van de media, om ‘onze jongens’ heelhuids thuis te laten komen”.

Ten Cate voegt daaraan toe het ontbreken binnen de krijgsmacht van „tradities van leiderschap zoals bij de Fransen. Toen die door de Serviërs uit hun checkpoint werden geschopt – zoals eerder met Dutchbat was gebeurd – begonnen de Fransen een tegenoffensief en heroverden het checkpoint.”

Overlevenden

Alle drie historici togen de afgelopen jaren naar Srebrenica – soms meerdere keren – om de pijnlijke geschiedenis te laten herleven. Dat deden ze veelal in het gezelschap van militairen-in-opleiding en studenten uit Groningen. Ten Cate: „Ze zien door de verhalen van overlevenden de gevolgen van militair optreden. Onvermijdelijk komen daarbij discussies los over eigen keuzes en verantwoordelijkheden, wat alleen maar goed is.”

Landstra signaleert tijdens de ‘battlefield tours’ naar Srebrenica geregeld schaamte, „zowel als Nederlander en als militair. Het besef dat onder de ogen van Dutchbat mannen, vrouwen en kinderen van elkaar zijn gescheiden, grijpt velen aan. Het was precies dit kantelpunt waarvan minister Jan Pronk destijds achteraf zei: ‘Daar had Dutchbat nooit aan mogen meewerken’.”

Lees ook

Dertig jaar later en nog steeds geen monument om de genocide in Srebrenica te herdenken: ‘Het is een open wond’

Nog ingepakt en vrijdag onthuld: de ‘plaatsmarkering’ voor een Srebrenica-monument op het Churchillplein in Den Haag. Op de achtergrond het gebouw van het voormalige Joegoslaviëtribunaal.

De krijgsmacht leerde na ‘Srebrenica’ de nodige lessen, zagen ze zelf van nabij tijdens de missie naar Mali (2014-2019). Landstra: „We leerden werken met ‘escalatiedominantie’, hetgeen betekent dat je de middelen en de wil hebt om in elk stadium van een conflict de overhand te houden. Daarom brachten we Apache-helikopters mee naar Mali.”

Ook op ‘softere’ vlakken werd er lering getrokken. Müller noemt de ‘legal advisor’ die vaak mee gaat op missies. Die heeft relevante juridische documenten bij de hand over bijvoorbeeld VN-mandaat en uitleg van Defensie. Ook kwamen er ‘dagboekschrijvers’. Deze officieren houden bij wat er binnen een missie gebeurt. Hun verslagen helpen bij reconstructies – en desnoods parlementaire onderzoeken – achteraf. Alle drie historici bekleedden deze functie.

Tot slot, zegt Landstra, „wordt het parlement vooraf beter ingelicht over de doelen van de missie, wat er nodig is om die missie goed uit te voeren en wat de eventuele risico’s zijn”. Dat gebeurt in de artikel 100-brieven. NRC roept het recente rapport-Sorgdrager over het bloedige bombardement op Hawija in herinnering. Dat constateerde toch juist dat in het geval van de missie naar Irak die risico’s juist níet voor het voetlicht kwamen? In de artikel 100-brief van september 2014 repte het kabinet-Rutte niet of nauwelijks van de kans op burgerslachtoffers bij de voorgenomen luchtbombardementen.

Landstra klapt zijn laptop dicht, glimlacht, en zegt: „Dat geeft opnieuw aan hoe belangrijk het is het debat over de eigen verantwoordelijkheid niet te laten stilvallen, maar juist nu te blijven voeren.”